100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Begrippenlijst burgerlijk recht $7.10   Add to cart

Summary

Samenvatting Begrippenlijst burgerlijk recht

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Lijst met verwijzing naar pagina + artikel nummer uit het wetboek voor welzijnswerkers editie . Bijna gelijk met de editie van . Zeer volledige begrippenlijst. Makkelijk aan te vullen.

Preview 4 out of 56  pages

  • September 19, 2021
  • 56
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Deel V. Aspecten van het verbintenissenrecht
Basisbeginselen
Rechtbanken Deze worden onderverdeeld in 4 niveaus:
(1) Vredegerechten en politierechtbanken
(2) Rechtbanken van eerste aanleg, arbeidsrechtbanken,
rechtbanken van koophandel.
(3) Hoven van beroep, arbeidshoven, Hoven van Assisen
(4) Hof van Cassatie

Vredegerechten = Staat dichts bij de bevolking

Bv. voor zaken van huur, handelshuur, consumentenkrediet,
onteigenen, alle beschermingsstatuten (verlengde minderjarigheid,
onbekwaam verklaring, collocatie, voorlopig bewind,…)

Politierechtbanken = Is een strafrechter, die de minst zware misdrijven behandelt.

Bv. overtredingen, gecontraventionaliseerde wanbedrijven, alle
verkeersongevallen, …

Rechtbank van eerste = Worden verder verdeeld in…
aanleg  Burgerlijke rechtbank
 Correctionele rechtbank
 Familie- en jeugdrechtbank
 Strafuitvoeringsrechtbank

Verbintenis Rechtsverhouding tussen twee of meer personen, om iets te doen of
niet te doen.
p. 185 art. 1101  Afdwingbaar
Om iets actief te doen: bv. geldsom beschikking te stellen. Zoals een
waarborg.
Om iets niet te doen: bv. geen oneerlijke concurrentie aangaan.

Rechtsverhouding Rechtsverhouding bestaat uit twee personen.
 De schuldenaar (verbintenis moet nakomen)
 De schuldeiser (voordelen van verbintenis geniet)
= De prestatie die de schuldenaar moet uitvoeren is de schuld.

Burgerlijk Recht = Elk recht toegekend aan elke Belg en vreemdeling die zich wettig
vestigt in België

Meerzijdige wilsuiting Overeenkomst of contract komt tot stand door de wilsuiting van
twee of meerdere partijen.
 Rechtshandeling.


Eenzijdige wilsuiting = Slechts één partij de wil uit en de bedoeling heeft om een
verbintenis aan te gaan ten opzichte van de andere partij.
p. 185 Art. 1103
= de andere partij moet de wilsverklaring niet aanvaarden opdat de
verbintenis tot stand zou komen.

,Verbintenis door = iemand een misdrijf begaat waarbij schade wordt toegebracht aan
onrechtmatige daad of anderen, moet deze schade vergoed worden.
misdrijf
p. 203 art. 1382 = er ontstaat een verbintenis tot vergoeding van de schade, zonder
dat een van de partijen de wil geuit heeft.

Oneigenlijke contracten = vrijwillige daden van de mens, waaruit een al dan niet wederzijde
verbintenis ontstaat ten opzichte van een derde.
p.202 art.1371
Er bestaan drie soorten oneigenlijke contracten:
1) Zaakwaarneming
2) Onverschuldigde betaling
3) Verrijking zonder oorzaak


Zaakwaarneming = Vrijwillig
= Niet uit vrijgevigheid
P.202 art.1372-1375 = Iets doen om andermans belangen te behartigen

Bv. Een buurman ziet dat er bij zijn buren – door een onbekende
reden – een ruit is gesneuveld.
Hij weet dat de buren op dat moment op vakantie zijn.
Om te voorkomen dat er eenvoudig kan worden ingebroken of er
schade ontstaat door bijvoorbeeld regen, besluit hij de ruit te (laten)
repareren.
De kosten betaalt hij uit eigen zak.

Onverschuldigde betaling = Betaling wordt gedaan zonder dat deze verschuldigd is.

art. 1376-1381 = Dit feit heeft tot gevolg dat er een verbintenis ontstaat in hoofde
van de rekeninghouder die de betaling ten onrechte ontving. Hij
moet ze namelijk terugbetalen.

Bv. Jan schrijft per ongeluk een bedrag van € 1.000 over naar Mieke.
Op grond van de onverschuldigde betaling kan Jan de betaling
terugvorderen. Mieke zal € 1.000 moeten terugbetalen.

= De schuldenaar in dit voorbeeld (degene die de onverschuldigde
betaling ontving) heeft geen fout begaan (toedoen van de
schuldenaar) maar toch rust op hem de verplichting om terug te
betalen.

Verrijking zonder oorzaak = Er is verrijking zonder oorzaak.
= Wanneer iemand verarmd wordt ten voordele van een ander die
verrijkt wordt.
= Zonder juridische oorzaak bestaat

Bv. Jan sterft en Mieke erft zijn huis. Mieke verkoopt dit huis aan
Joris. Uiteindelijk blijkt dat niet Mieke, maar Bart de erfgenaam was
van Jan. Iedereen is te goeder trouw.
Bart kan een vordering gegrond op de verrijking zonder oorzaak

, instellen tegen Mieke om de verkoopwaarde van het huis te
recupereren.
Rechtsfeit = Een rechtsfeit is elke gebeurtenis waaruit rechten /plichten
ontstaan.

Bv. Het feit dat iemand geboren wordt of overlijdt is een rechtsfeit.
Gevolg hiervan is dat het kind subjectief titularis wordt van rechten.
Bv. Bij overlijden 'valt de erfenis open'.



Eigenlijke modaliteiten = verbintenis kan zowel voorwaardelijk zijn als een tijdsbepaling
inhouden.
p.189 Art.1181-  Opschortende voorwaarden
Art.1184  Ontbindende voorwaarden


Opschortende voorwaarde = Verbintenis komt tot stand als een bepaalde voorwaarde wordt
vervuld.

Bv. Wanneer iemand woning of bouwgrond aankoopt, dan is het
aangewezen om die koop te sluiten aan dat bedrag op opschortende
voorwaarden dat ik een lening kan krijgen van de bank.
Opschortende voorwaarden = dat ik een lening kan bekomen.


Ontbindende voorwaarde = Verbintenis houdt op te bestaan als een bepaalde voorwaarde
wordt vervuld.

Bv. Iemand gaat tijdelijk naar buitenland om een tijdelijke job uit te
oefenen daar. Dan kan deze persoon ervoor kiezen om zijn woning
ter beschikking te stellen voor een andere persoon. Hier wordt een
overeenkomst gemaakt met ontbindende voorwaarden. Persoon
mag in het huis verblijven tot die overeenkomst eindigt (ontbonden
wordt). Dit kan zijn wanneer de huidige eigenaar terug komt of er
wordt een bepaalde datum vastgelegd.


Oneigenlijke modaliteiten = Eenzelfde verbintenis kan worden aangegaan door meer dan één
schuldenaar.
= Wanneer meer schuldenaars verbonden zijn, is de basisregel dat
elke schuldenaar gehouden is tot het nakomen van zijn aandeel in de
verbintenis.
= De schuldeiser zal elke schuldenaar afzonderlijk moeten
aanspreken.

Oneigenlijke modaliteiten = een verbintenis kan ook worden aangegaan door meer
schuldeisers ten opzichte van één schuldenaar.
 Hoofdelijkheid
 Deelbaar
 Ondeelbaarheid

, In solidum = Hoofdelijk en ondeelbaar
p. 190 art 1197, 1200


Hoofdelijkheid Bij schuldenaar = Wanneer zij (hoofdelijk) verplicht zijn tot dezelfde
zaak, zodat ieder voor het geheel kan worden aangesproken.
P.190 Art.1197
Bij schuldeiser = Elke schuldeiser het recht heeft om betaling van de
hele schuld te eisen.

Deelbaar = Als een aantal schuldenaars verbonden zijn dan moeten ze slechts
een verbintenis nakomen voor hun deel.
p.191 Art.1220
Bv. Wanneer iemand bijvoorbeeld een appartement verhuurt aan
een koppel A en B, dan is er 1 verhuurder en zijn er 2 huurders. De
verhuurder kan het huurgeld vorderen van huurders A en B. De
deelbaarheid is het principe.


Ondeelbaar = De prestatie die moet worden uitgevoerd kan niet worden
opgesplitst tussen verschillende schuldeisers of schuldenaars.
p.191 Art.1222
Bv. als het gaat om de levering van een specifieke zaak of
verplichting om iets te doen.

Authentieke akte = schriftelijk bewijs

p.198-202 Art.1316 = Akte opgesteld door een openbare ambtenaar
Bv. rechter, notaris, officier van politie, burgemeester, …


Onderhandse akte = schriftelijk bewijs

= Akte opgesteld door de partijen.


Louter geschrift = Geschreven document dat kan dienen als bewijs, maar hier niet
voor werd opgesteld.


Getuigenbewijs = verklaring van één of meer personen die getuige waren van
bepaalde rechtshandeling of feiten.
 Niet objectief of betrouwbaar

Vermoeden = onbekende feit als bewezen aanvaarden, wanneer andere feit
vaststaat.
p.198-202 Art.1341
Feitelijk vermoeden = Vermoeden dat niet bij wet wordt ingesteld.

=Wordt overgelaten aan het beleid van de rechter.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lesliepeeters1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.10. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80364 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.10
  • (0)
  Add to cart