100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Aarde, mens en milieu 2 $5.88
Add to cart

Summary

Samenvatting Aarde, mens en milieu 2

 25 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van de cursusmap van de cursus Aarde, mens en Milieu 2 van de Open Universiteit, aan de hand van de leerdoelen (ingevuld), begrippen (omschreven) en terugkoppelingen op de opgaven zoals die staan op yOUlearn.

Preview 4 out of 47  pages

  • September 21, 2021
  • 47
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Aarde, Mens en Milieu 2

LE 1 Van milieuproblemen naar duurzame ontwikkeling
Deze leereenheid geeft een algemene inleiding in de cursus en introduceert de kernbegrippen die in deze cursus worden
gebruikt. We gaan in op wat kenmerken van een milieuprobleem zijn en hoe er tegen milieuproblemen vanuit de
maatschappij kan worden aangekeken. Ook gaan we in op duurzame ontwikkeling en de relatie met milieuproblemen.

LEERDOELEN
Uitleggen wat de samenhang tussen milieu en samenleving is.
De samenleving heeft invloed op het milieu door gebruik/misbruik van de natuurlijke omgeving en het milieu is van
betekenis voor de samenleving (menselijke gezondheid, veiligheid, grondstoffen en andere materiële en immateriële
behoeften van de mens).
Mensen veranderen de fysieke omgeving – worden beïnvloed door hun fysieke omgeving – reageren op de veranderingen
die zijn ontstaan.

De essentiële kenmerken van een milieuprobleem aangeven.
Een milieuprobleem is elke verandering in de toestand van de fysieke omgeving die veroorzaakt wordt door menselijk
handelen en waarvan de gevolgen maatschappelijk onaanvaardbaar worden geacht op grond van normatieve opvattingen.
Drie essentiële kenmerken van milieuproblemen; Fysieke dimensie – milieuproblemen hebben altijd te maken met
problemen in de fysieke omgeving, het leefmilieu. Maatschappelijke dimensie – deze veranderingen in de fysieke omgeving
worden veroorzaakt door menselijk handelen en vormen van samenleven. Normatieve dimensie – de door menselijk
gedrag en handelen veroorzaakte veranderingen in de fysieke omgeving worden maatschappelijk onaanvaardbaar
bevonden.

Beargumenteren welke rol normen en waarden, grondhoudingen ten opzichte van de natuur, hinderbeleving en
belangen spelen bij milieuproblemen.
Maatschappelijke normen en waarden bepalen voor een groot deel wat als milieuprobleem wordt gezien en wat niet, of er
urgentie aan wordt gegeven of niet, en welke oplossingen wel en niet acceptabel zijn.

De vier fundamentele grondhoudingen van mensen ten opzichte van de natuur: goedaardig/benign (natuur komt na
verstoring altijd weer terug naar een nieuw evenwicht), tolerant (natuur herstelt zich tot bepaalde grenzen, daarbuiten
treedt onomkeerbare verandering op), vluchtig/ephemral (de kleinste verstoring brengt het systeem onomkeerbaar uit
evenwicht), grillig/capricious (de reactie van de natuur is volledig onvoorspelbaar, elke verandering kan kleine of grote
gevolgen hebben).
De grondhouding die iemand heeft ten opzichte van de natuur speelt mee met de mate en aard van ingrijpen die iemand
nodig acht.

Antropocentrische versus ecocentrische visie is een andere indeling die van invloed is op de manier van ingrijpen in de
natuur die iemand voorstaat. Bij antropocentrische grondhouding wordt de natuur als functioneel voor de mens gezien
(grondstoffen of ecosysteemdiensten); biodiversiteit is een bron van toekomstige toepassingen, natuurgebieden
ontspanning en/of compensatie. In de ecocentrische visie heeft natuur een intrinsieke waarde op zichzelf, recht op bestaan
los van de mens.
Bv achteruitgang wilde bijen; verstoring bestuiven/voedselproductie, of bijen als diersoort op zichzelf.

Hinderproblemen (bv geluid- of stank, zwerfvuil of hondenpoep op straat) spelen een rol in de normatieve dimensie van
milieuproblemen wanneer de hinder collectief en maatschappelijk als problematisch wordt erkend.

Belangen spelen een rol bij het erkennen van milieuproblemen en al dan niet steunen van bepaalde oplossingen
(individuen, bedrijven, landen).

Uitleggen welke rol de tegenstelling tussen collectieve en individuele belangen speelt bij milieuproblemen en wat voor-
en nadelen van verschillende mogelijke oplossingsrichtingen hiervoor zijn.
Tragedy of the Commons was een fictief verhaal over het conflict tussen individuele en collectieve belangen bij
milieuproblemen (Garret Hardin, 1968). Problemen in omgaan met gemeenschappelijke hulpbronnen zouden op te lossen
zijn door de grond te verdelen en de verantwoordelijk voor de duurzaamheid te leggen bij degene die er gebruik van maakt.
Maar andere onderzoekers (o.a. Ostrom, 2015) toonden aan dat collectief eigendom wel duurzaam beheerd kan worden
mbv een aantal ontwerpprincipes voor duurzaam gebruik van gemeenschappelijke hulpbronnen; duidelijke definities van de
middelen en gebruikers, regels geschreven op de lokale situatie, gemeenschappelijke besluitvorming, zeggenschap erkend
door autoriteiten en overheden, systeem om gedrag gebruikers te monitoren, sancties bij overtredingen, arbitrage bij
geschillen en een gelaagd systeem bij grootschalige collectieve milieugoederen.

,Verschillende indelingen van milieuproblemen geven.
Indeling in compartimenten bodem, water en lucht. Tegenwoordig minder vaak gebruikt omdat veel milieuproblemen
samenhangen met meerdere compartimenten. De energie-water-voedsel nexus, met name gebruikt bij milieuproblemen in
ontwikkelingslanden, benadrukt de samenhang van vraagstukken, sectoren en de verschillende compartimenten. Bv keten
van relaties; energiegebruik – opwarming – droogte in ontwikkelingslanden – gevaar voor voedselvoorziening.

Indeling in vijf van lokaal naar regionaal naar mondiaal. Veel van de huidige milieuproblemen zijn duidelijk vraagstukken die
uiteindelijk alleen mondiaal opgelost kunnen worden.

Een globale geschiedenis geven van de omgang met milieuproblemen in de afgelopen decennia.
1962-1972 Vervuiling centraal
De publicatie van Rachel Carson uit 1962, Silent Spring, wordt gezien als het begin van het moderne denken over
milieuproblemen. Het beschreef het effect van toenemend gebruik van pesticiden als DDT. Begin van de milieubeweging in
de VS en wereldwijde aandacht voor het milieu.
In deze eerste periode stond vooral de toenemende vervuiling van de compartimenten bodem, water en lucht centraal.

1972-1980 Uitputting centraal
Begon met de publicatie van het rapport van de Club van Rome ‘Grenzen aan de groei’ in 1971. Met behulp van een van de
eerste computermodellen werd beargumenteerd dat door de bevolkings- en welvaartsgroei grondstoffen op zouden raken.
Aandacht viel samen met de oliecrisis in 1973 (autoloze zondagen), die echter alleen te maken had met politieke
ontwikkelingen die leidde tot een olieboycot.
Maatschappelijke discussie over kernenergie als vervanger voor olie.
In 1972 werd ook eerste United Nations Conference on the Human Environment (UNCHE) gehouden in Stockholm. Deze
conferentie resulteerde in een Verklaring (bestaande uit gemeenschappelijke principes betreffende de rechten van mens en
verantwoordelijkheden voor het mondiaal milieu) en een Actieplan. Leidde niet tot een internationale aanpak omdat vooral
de milieuproblematiek in het Westen centraal stond; ontwikkelingslanden zagen milieuvervuiling als een luxeprobleem dat
het Westen zelf maar op moest lossen. Het Zuiden wilde juist economische groei ipv beperkingen. Communistische landen
in het Oosten namen niet deel aan de conferentie, die vonden het een probleem van de kapitalistische landen. De Oost-
Westtegenstelling heeft vele decennia een stempel gedrukt op de verhoudingen, tijdens de Koude Oorlog was vrijwel alles
ondergeschikt aan de dreigende nucleaire confrontatie.
Ook de oprichting van de United Nations Environment Programme (UNEP) leidde niet tot een gemeenschappelijke
benadering van de milieuproblematiek.
In 1972 was de tijd nog niet rijp.

1980-1987 Samengaan milieu en economie centraal
World Conservation Strategy, een rapport opgesteld in 1980 onder verantwoordelijkheid van de International Union for
conservation of Nature (IUCN), United Nations Environment Programme (UNEP) en het World Wildlife Fund (WWF). Uit de
ondertitel van het rapport: Living Resource Conservation for Sustainable Development, blijkt aandacht voor zowel
ecologische duurzaamheid (conservation) als maatschappelijke ontwikkeling (development) waarmee de begrippen
‘sustainable’ en ‘development’ voor het eerst werden gedefinieerd.
In deze periode ook opkomst van de theorie van ‘Ecological Modernisation’, het idee dat milieuverbetering en economische
groei uitstekend samen konden gaan.

1987-heden duurzame ontwikkeling centraal
Our Common Future, een rapport van de world Commission on Environment and Development (WCED – of Commissie
Brundtland; naar de voorzitter) uit 1987 zorgde voor internationale bekendheid voor het concept ‘duurzame ontwikkeling’.
Dit is mondiaal en in het milieubeleid van vele landen sindsdien een centraal begrip geworden.
Kenmerkend voor deze (vierde) periode zijn mondialisering en de realisatie dat milieuproblemen vaak samengaan met
sociale ongelijkheid en met mondiale ontwikkelings- en verdelingsvragen.
Sinds 1987 is, zonder specifieke momenten, het denken over milieuproblemen verder verandert. In Nederland minder
ambitieus, gedereguleerd en voor een deel verschoven naar lokale overheden. Voor bedrijven is maatschappelijk
verantwoord ondernemen belangrijker geworden. Meer burger-, milieu-, en natuurorganisaties zetten zich op verschillende
wijzen in voor de leefomgeving. De kloof tussen voor- en tegenstanders voor verdergaand beleid lijkt steeds groter
geworden. Onoverzichtelijk speelveld.

In 1989 brak met het ineenstorten van het communistische systeem op internationaal vlak een nieuw tijdperk aan. Ook
werd steeds duidelijker dat het aandeel van het Zuiden in de mondiale milieuproblematiek in de toekomst steeds groter zal
worden door armoede, bevolkingsgroei, economische groei (?) en technologische ontwikkeling.

In 1992 United Nations Conference on Environment en Development (UNCED) in Rio de Janeiro (Earth Summit) met 178
landen met als doel duurzame ontwikkeling bereiken door globale samenwerking tussen rijke en arme landen.
Tegenstelling Noord en Zuid nog niet opgelost; Noorden nadruk op duurzaamheid en toekomst, Zuiden op ontwikkeling en
historisch perspectief (Noorden was en is de grote vervuiler).

,September 2000, bijeenkomt VN in New York, 189 landen committeerden zich aan 8 Millenniumdoelen met de ambitie deze
in 2015 gerealiseerd te hebben.
2002 World Summit on Sustainable Development (WSSD) in Johannesburg, doel was te bezien in hoeverre de uit de UNCED
voortgekomen Agenda 21 was geïmplementeerd en verdere afspraken te maken. Magere uitkomst.

2012 Rio+20 in Rio de Janeiro, leverde alleen een niet-bindend document op: ‘The Future We Want’. Streven naar meetbare
doelstellingen en een manier bedenken om welvaart te meten die ook rekening houdt met sociale en milieufactoren.

Evaluatie van de Millenniumdoelen in 2015, sommigen bereikt maar veel ook niet. Ze werden opgevolgd door ‘2030 Agenda
voor Duurzame Ontwikkeling’ met daarin 17 Sustainable Development Goals. Tegelijk werd een systeem van 169
indicatoren afgesproken waarmee de ambitie om te streven naar duurzame ontwikkeling voor het eerst werd voorzien van
een omvattend systeem van kwantitatieve doelen die deze doelstelling operatief maken.

Op 28 november 2019 keurde het Europees Parlement een resolutie goed waarin een klimaatnoodtoestand werd
uitgeroepen.

Uitleggen wat duurzame ontwikkeling inhoudt, hoofdlijnen van de ontstaansgeschiedenis en mogelijkheden en
beperkingen van het begrip aangeven.
Duurzame ontwikkeling is een ontwikkeling waarbij de huidige generatie in haar bestaansmogelijkheden kan voorzien,
zonder dat voor toekomstige generaties de mogelijkheden daartoe in gevaar worden gebracht. Sinds 1987 mondiaal en in
het milieubeleid van vele landen een centraal begrip.

Het nadeel van de definitie is dat het geen aangrijpingspunten biedt voor concreet handelen. Een aantal aanzetten uit ‘Our
Common Future’; samengaan van technologische, sociale en institutionele verandering en de conclusie dat
wereldvraagstukken als milieu, ontwikkeling en vrede sterk samenhangen.
Bij de evaluatie van de Millenniumdoelen in 2015, werd een systeem van 169 indicatoren afgesproken waarmee de ambitie
om te streven naar duurzame ontwikkeling voor het eerst werd voorzien van een omvattend systeem van kwantitatieve
doelen die deze doelstelling operatief maken.

Duurzame ontwikkeling gaat niet alleen om fysieke milieuproblemen maar ook sociale en institutionele vraagstukken als
vrede en veiligheid die op tal van VN-conferenties in de afgelopen decennia aan de orde kwamen.
Tegenstelling tussen Noord en Zuid, rijk en arm; nadruk op duurzaam en nadruk op ontwikkeling.

De verbondenheid van ‘duurzaamheid’ met ‘ontwikkeling’ en de gelijktijdige gerichtheid op zowel het ‘hier en nu’ als op het
‘elders en later’ maken duurzame ontwikkeling tot een multidimensionaal concept.
Ecologische dimensie/planet; het zodanig beschermen en behouden van natuur en milieu dat de ecologische functies die de
fysieke omgeving voor de mens vervult, blijven bestaan. Milieubehoud gemotiveerd vanuit menselijke behoefte,
antropocentrische visie. Grenzen vaststellen mbv draagkracht en veerkracht, zoals gedaan bij de Planetary Boundries.
Economische dimensie/profit; het bevorderen van een evenwichtige verdeling van natuurlijke hulpbronnen tussen het rijke
Noorden en arme Zuiden en tussen de huidige generatie en toekomstige generaties. De bemoeienis van overheden neemt
hierbij mondiaal toe.
Sociale dimensie/people; mensen wereldwijd als gelijkwaardig beschouwen en tot een meer rechtvaardige verdeling van
natuurlijke hulpbronnen en andere bestaansmogelijkheden komen. Wie profiteren van de ontwikkelingen en wie dragen de
lasten? Voorwaarden scheppen voor de kansarmen, nationaal en internationaal.


BEGRIPPEN
Milieu – dat aspect van onze fysieke omgeving (levende en niet-levende natuur) dat het menselijk leven en bestaan
mogelijk maakt en waarbinnen het maatschappelijk leven zich afspeelt.
Bij milieu gaat het altijd om de leefomgeving van mensen.

Wederkerige relatie tussen milieu en samenleving – de samenleving heeft invloed op het milieu door gebruik/misbruik van
de natuurlijke omgeving en het milieu is van betekenis voor de samenleving (menselijke gezondheid, veiligheid,
grondstoffen en andere materiële en immateriële behoeften van de mens).
Mensen veranderen de fysieke omgeving – worden beïnvloed door hun fysieke omgeving – reageren op de veranderingen
die zijn ontstaan.

Antropoceen – nieuw geologisch tijdperk dat rond de industriële revolutie in 1850 in zou zijn gegaan.

Milieuproblemen – elke verandering in de toestand van de fysieke omgeving die veroorzaakt wordt door menselijk
handelen en waarvan de gevolgen maatschappelijk onaanvaardbaar worden geacht op grond van normatieve opvattingen.

, Drie essentiële kenmerken van milieuproblemen; Fysieke dimensie – milieuproblemen hebben altijd te maken met
problemen in de fysieke omgeving, het leefmilieu. Maatschappelijke dimensie – deze veranderingen in de fysieke omgeving
worden veroorzaakt door menselijk handelen en vormen van samenleven. Normatieve dimensie – de door menselijk
gedrag en handelen veroorzaakte veranderingen in de fysieke omgeving worden maatschappelijk onaanvaardbaar
bevonden.

Draagkracht (carrying capacity) – de druk die een ecosysteem maximaal kan verdragen zonder blijvend verstoord te raken.
Bij milieuproblemen wordt gesteld dat de draagkracht van het milieu wordt overschreven, of bij ongewijzigd menselijk
handelen in de toekomst overschreden dreigt te worden.

Veerkracht (resilience) – de mate waarin een ecosysteem zich van verstoring of vervuiling kan herstellen.

Planetary Boundaries – negen grenzen waarbinnen de mensheid volgens een gepubliceerd onderzoek uit 2009 moet blijven
voor een duurzame ontwikkeling in de toekomst. Wanneer deze grenzen overschreden worden, voorzien de onderzoekers
onomkeerbare veranderingen aan het mondiale milieu. De 9 belangrijkste milieuproblemen voor mondiale duurzaamheid
zijn: klimaatverandering, nieuwe stoffen in het milieu, stratosferische aantasting van de ozonlaag, aerosolen in de
atmosfeer, verzuring van de oceanen, biogeochemische stofstroomkringlopen, het gebruik van zoet water, verandering van
landgebruik en biodiversiteit. Niet van allemaal zijn duidelijke grenzen vastgesteld, wel is duidelijk dat veel van
milieuproblemen met elkaar samenhangen.

Maatschappelijke normen en waarden – bepalen voor een groot deel wat als milieuprobleem wordt gezien en wat niet, of
er urgentie aan wordt gegeven of niet, en welke oplossingen wel en niet acceptabel zijn.

Grondhoudingen van mensen ten opzichte van de natuur – vier fundamentele grondhoudingen, in 1990 onderscheiden
door Schwarz en Thompson: goedaardig/benign (natuur komt na verstoring altijd weer terug naar een nieuw evenwicht),
tolerant (natuur herstelt zich tot bepaalde grenzen, daarbuiten treedt onomkeerbare verandering op), vluchtig/ephemral
(de kleinste verstoring brengt het systeem onomkeerbaar uit evenwicht), grillig/capricious (de reactie van de natuur is
volledig onvoorspelbaar, elke verandering kan kleine of grote gevolgen hebben).
Grondhouding die iemand heeft ten opzichte van de natuur speelt mee met de mate en aard van ingrijpen die iemand nodig
acht.

Antropocentrische versus ecocentrische visie – andere indeling die van invloed is op de manier van ingrijpen in de natuur
die iemand voorstaat. Bij antropocentrische grondhouding wordt de natuur als functioneel voor de mens gezien
(grondstoffen of ecosysteemdiensten); biodiversiteit is een bron van toekomstige toepassingen, natuurgebieden
ontspanning en/of compensatie. In de ecocentrische visie heeft natuur een intrinsieke waarde op zichzelf, recht op bestaan
los van de mens.
Bv achteruitgang wilde bijen; verstoring bestuiven/voedselproductie, of bijen als diersoort op zichzelf.

Hinder – hinderproblemen (bv geluid- of stank, zwerfvuil of hondenpoep op straat) spelen een rol in de normatieve
dimensie van milieuproblemen wanneer de hinder collectief en maatschappelijk als problematisch wordt erkend.

Belangen – spelen rol bij erkennen van milieuproblemen en al dan niet steunen van bepaalde oplossingen (individuen,
bedrijven, landen).

Tragedy of the Commons – fictief verhaal over het conflict tussen individuele en collectieve belangen bij milieuproblemen
(Garret Hardin, 1968). Problemen in omgaan met gemeenschappelijke hulpbronnen oplossen door de grond te verdelen en
de verantwoordelijk voor de duurzaamheid te leggen bij degene die er gebruik van maakt. Maar andere onderzoekers (o.a.
Ostrom, 2015) toonden aan dat collectief eigendom wel duurzaam beheerd kan worden mbv een aantal ontwerpprincipes
voor duurzaam gebruik van gemeenschappelijke hulpbronnen; duidelijke definities van de middelen en gebruikers, regels
geschreven op de lokale situatie, gemeenschappelijke besluitvorming, zeggenschap erkend door autoriteiten en overheden,
systeem om gedrag gebruikers te monitoren, sancties bij overtredingen, arbitrage bij geschillen, gelaagd systeem bij
grootschalige collectieve milieugoederen.

Compartiment – indeling van milieuproblemen in compartimenten; bodem, water en lucht. Tegenwoordig minder vaak
gebruikt omdat veel milieuproblemen samenhangen met meerdere compartimenten.

Energie-water-voedsel nexus – met name gebruikt bij milieuproblemen in ontwikkelingslanden. Benadrukt de samenhang
van vraagstukken, sectoren en de verschillende compartimenten. Bv keten van relaties; energiegebruik – opwarming –
droogte in ontwikkelingslanden – gevaar voor voedselvoorziening.

Schalen – indeling van milieuproblemen in vijf schalen (figuur 1.2.3). Van lokaal naar regionaal naar mondiaal.
Veel van de huidige milieuproblemen zijn duidelijk vraagstukken die uiteindelijk alleen mondiaal opgelost kunnen worden.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Albedo. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.88  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added