Hoofdstuk 1 – De media-explosie – een eerste verkenning
Media maken een enorme ontwikkeling door en veranderen voortdurend, kwantitatief en kwalitatief.
Dit blijkt uit de toenemende invloed van tweerichtingsverkeer tussen zender en ontvanger.
Al deze ontwikkelingen zijn te vergelijken met een explosie, een uitbarsting van vele communicatieve
mogelijkheden. Deze wereldwijde veranderingen in het medialandschap veroorzaken wij zelf.
Cijfers: Elke minuut: 1 miljoen loggen in op Facebook, 156 miljoen mails, 16 miljoen sms’jes, 2 miljoen
foto’s op Snapchat/Instagram Geeft aan hoe groot de kwantitatieve omvang van de media-explosie is.
De 6 kenmerken van de media-explosie:
Groei van communicatieve middelen en communicatieaanbod in aantal en verscheidenheid:
Van boekdrukkunst/drukpers kanalen als film, tv, smartphone internet (1995), met de
komst van internet en smartphones heeft de diversificatie van het media-aanbod voorlopig een
hoogtepunt bereikt.
Diversificatie: kortere levenscyclus media-apparaten & steeds meer keuzemogelijkheden. De
groei van middelen en aanbod zorgt voor crossmediale communciatie: een kruisbestuiving van
verschillende media, waarbij elk medium wordt ingezet voor zijn medium specifieke functies om
een boodschap tot zijn recht te laten komen.
Digitalisering van de media door toepassing van informatie- en communicatietechnologie:
Meer dan 93% van de geproduceerde informatie is in digitale vorm beschikbaar en slechts 7% op
papier. Dankzij de telematica – het samengaan van computernetwerken en telecommunicatie –
kun je overal nieuws horen en doorgeven.
Toegankelijk: je kan overal bij alle informatie, alles ia tijd en overal beschikbaar
Persoonlijk: je kan zelf het tijdstip bepalen waar je wat wil kijken/doen
Vervaging: grenzen tussen professional en amateurs vervagen
Convergentie: ineenvloeien van informatiedragers, informatiekanalen, communicatiemedia:
Informatiedragers: computer, cd-rom, dvd, smartphone
Informatiekanalen: telefoonnet, ether, kabel, satelliet
Communicatiemedia: radio, televisie
Door fusies en overnames komen 3 soorten communicatiebedrijven bij elkaar: fabrikanten in de
computerbranche, aanbieders van telecommunicatie en kabeltelevisie en de leveranciers van
informatie=inhoud als omroepen en bedrijven ontwikkelen nieuwe mediaproducten.
Uitbreiding van de zintuigelijke ervaring in multimediale contacten:
Mediarijkheid van digitale media wordt steeds groter: steeds meer media spelen tegelijkertijd in
op meerdere zintuigen.
Verdwijnen van scheiding tussen interpersoonlijke communicatie en massacommunicatie:
Interpersoonlijke communicatie: informatie vanuit één persoon of zender en is gericht op
één of enkele personen, een klein aantal ontvangers
Massacommunicatie: Eén zender die een hele grote groep bereikt
Deze lijn verdwijnt, dit proces kun je aanduiden met de term: massa-zelfcommunicatie.
Professionalisering: groei van aantal professionele communicatiebanen en mediaberoepen
Hoofdstuk 2 – Van spraak naar schrift: de eerste mediarevolutie
, MEDIA EN MAATSCHAPPIJ SAMENVATTING
Orale cultuur: mondeling, bij luisteren en praten is de mens zelf het medium.
Orale traditie: Cultuurpatroon wordt mondeling doorgegeven:
Memoriseren en imiteren
Soort samenleving: jagers- en landbouwsamenlevingen
Cultuur: grotschilderingen, beeldhouwkunst (Griekenland), architectuur (piramides)
Oude China en Egypte: ontwikkeling van beeldtalen
Grote afstand tussen gesproken en geschreven tekst.
Taaltekens: typisch voor menselijke soort, hiermee geven we onze gedachten en gevoelens weer
Visuele tekens: rotstekeningen bijvoorbeeld dit was het prille begin van visuele massacommunicatie.
Zo’n 6000 jaar geleden begonnen mensen met beeldtekens (boer bracht krassen aan in klei om
veestapel te tellen) zo’n beeldsysteem noemen we een pictografisch schrift. Deze tekens stonden los
van de realiteit (streepje voor een koe, puntje voor een geit etc.): je moet snappen wat er staat.
Zo’n 2000 jaar later begon de ontwikkeling van het spijkerschrift, elk streepje stond voor een
lettergreep. Er moest wel een opleiding voor worden gevolgd om dit notatiesysteem te leren beheersen.
Laatste revolutionaire stap combinatie van beeldtekens en lettertekens, een visuele weergave van
afzonderlijke letters.
1500 voor Chr. Eerste alfabetisch stelsel zonder klinkers (Midden-Oosten)
800 voor Chr. Grieken voegden er klinkers aan toe.
Eerste mediarevolutie was een feit.
Er waren nog geen punten, komma’s of hoofdstukindelingen. Romeinen namen Griekse alfabet over en
verspreidden het over Europa. Plato vond het schrift niet goed, een nieuw medium wordt in het begin
vaak als gevaarlijk en ongewenst beschouwd.
Eerste mediarevolutie: invoering van alfabet en ontstaan van schriftcultuur:
Soort samenleving: Griekse stadstaten, Romeinse wereldrijk, feodale middeleeuwen in Europa.
Direct vastleggen van gesproken tekst in geschreven tekst
Verspreiding van christendom door middel van gesproken en geschreven woord, evangelie in
schrift vorm
Macht van collectieve traditie neemt af: individuele studie van teksten is mogelijk
In plaats van memoriseren: meer individueel initiatief en zelfstandig rationeel denken
Uiting hiervan: klassieke filosofie in het oude Griekenland
Mensen maakte zich los van hun directe omgeving, producenten van de geschreven teksten kregen
steeds meer macht. Ook zat het culturele kapitaal niet meer in de hoofden van de stamladen, maar lag
het opgeslagen in handgeschreven documenten. Deze geschreven teksten vormen het collectieve
geheugen van onze cultuur.
Er is connectionless communication, ongelijktijdige communicatie dus. Het gaat, voordat de drukpers er
was, om ‘point-to-point communication’: een schrijver van een brief communiceert ‘een-op-een’.
Het schriftmedium stimuleert de opbloei van cognitieve vaardigheden en prikkelt het vermogen om
abstract te redeneren, te vergelijken en te analyseren.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mirjamhollestelle. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.34. You're not tied to anything after your purchase.