Aantekeningen Politiek voor Dummies hoofdstuk 1 tot en met 8
Staat = soevereiniteit (staat mag zelf beslissing nemen over de staat)
Soorten staten:
Oligarchie: staat waar een kleine groep (rijke) mensen de macht in handen hebben.
Dictatuur vs. Democratie.
Nachtwakersstaat: overheid grijpt alleen in als het nodig is, burgers betalen bijna
geen belasting.
Verzorgingsstaat: overheid zorgt voor zorg, burgers betalen de verzorgingsstaat.
Totalitaire staat: alles onder controle van 1 persoon, niemand zijn leven is zeker.
Vaak ook gericht op een visie van jaren en generaties verder. = nog erger dan
dictatuur.
Eenheidsstaat: centraal gezag, bijv. Nederlands.
Federale staat (België, Amerika, staten in Amerika allemaal kleine staatjes met
macht)
Republiek
Monarchie: (koningshuis)
Plato:
Koning filosofen (deskundige)
Ideale samenleving moet duidelijk verdeeld zijn.
Staat bepaalde wie met wie zich moest voortplanten.
Aristoteles:
Samenleving moest door vrije mannen geregeerd worden (mannen van boven de 30,
geen slaven, geen vrouwen).
Mens was een 'zoön politikon' = mens van politiek.
Men kon enkel volwaardig lid zijn van een samenleving als men ook deelnam
aan het besturen van die samenleving. Dit idee werd gerealiseerd in de
Griekse stadsstaten. Het bestuur daarvan viel in toerbeurt toe aan de vrije,
mannelijke leden ervan.
Inrichting op de samenleving:
Visie op de mens, zijn aard, natuur. Denk aan Hobbes, Locke, Rousseau.
Menselijke samenleving weerspiegelt die visie.
Natuur moet worden gecorrigeerd, aan banden gelegd of bedwongen worden
De contractfilosofen:
Natuurtoestand. Wanneer er geen afspraken zijn en er niets is.
Thomas Hobbes: de oorlog van allen tegen allen:
Natuurwetenschapper, mechanistisch mensbeeld.
Mens wordt gedreven door begeerte naar macht en door doodsansgt.
Mens heeft 'rede', kan nadenken, dus snapt dat er dingen geregeld moet worden.
Soeverein krijgt absulute macht.
Macht wordt geaccepteerd zo lang er vrede en veiligheid is.
Zijn we bereid onze politieke zeggenschap in te leveren voor veiligheid?
John Locke:
, In de natuurtoestand heeft de mens recht op leven, gezondheid en vrijheid. En
eigendom.
Schadenbeginsel: Persoon en eigendommen moeten worden beschermt
Alles wat met eigen arbeid (eigen lichaam) wordt verricht, is eigendom.
Verbod of verspilling.
Genoeg overlaten voor anderen.
Vrede en hulpvaardigheid in natuurtoestand.
Altijd overtreders.
Staatsmacht mag alleen persoon en eigendommen beschermen en is het product van
vrije individuen.
Rousseau:
De mens wordt vrij geboren, maar overal ligt hij in ketenen.
Natuurmens: zelfbehoudend en vermogen tot medelijden.
Eigendom is geen natuurlijk grondrecht.
Sociale contracten.
Rede is niet alleen slecht: daarmee kan de natuur van de mens worden verenigd met
het sociale, in de 'algemene wil'.
Montesquieu:
Democratie.
Rechtstaat.
Trias politica (wat we nu hebben).
1. wetgevende macht (in NL 1e en 2e kamer).
2. uitvoerende macht (in NL regering).
3. uitvoerende macht (in NL rechters etc.).
Constitutie = grondwet
Klassieke grondrechten = gelijke behandeling, vrijheid van meningsuiting, vrijheid van
vereniging, privacy, huisrecht, onaantastbaarheid lichaam, briefgeheim, onteigening,
vrijheidsonderneming, geen straf zonder wet, Ius de non evocando, rechtsbijstand.
HC 2 - 23-11-17
Grote bevolking in Nederland. Eerste bewoners zo'n 250.000 - 400.000 jaar geleden.
Nu: 17 miljoen inwoners (21-03-2016), groei naar 17,8 miljoen in 2030, daarna afnamen
(prognose CBS). We moeten ons politiek systeem hierop gaan aanpassen en inrichten.
Natiestaten: bevolking is homogeen. Spreken dezelfde taal, hebben dezelfde cultuur, zelfde
etniciteit.
-Landen waar geen homogene samenleving is merk je dat er conflicten zijn. Men voelt zich
misschien politiek onderdrukt. Er kunnen conflicten ontstaan die uiteindelijk de vorm van de
staat kunnen gaan bedreigen.
Verschillende klassen vroeger in Nederland:
-Hoge klasse.
-Midden klasse.
-Arbeidsklasse.
Alle groepen hadden een eigen organisatie, ziekenhuis, kerk, etc. Ondanks de grote
verschillen heeft Nederland toch altijd een grote stabiliteit gehad. Tegenwoordig is het
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sannevdbb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.78. You're not tied to anything after your purchase.