Een samenvatting van de gegeven hoorcolleges voor het vak RF203 Inkomstenbelasting voor blok 2.3. (week 1 t/m 4) voor studenten aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Let op: collegejaar 2019/2020! Dit document kan dus al verouderd zijn.
, WEEK 1 – HOORCOLLEGE
Introductie:
Waarom wil je een ondernemer zijn? De aftrekposten en de ondernemingsfaciliteiten.
Wet IB 2001:
Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen
Art. 1.1: Onder de naam inkomstenbelasting wordt een belasting
geheven van natuurlijke personen.
Hoofdstuk 2: Raamwerk
Art. 2.1-1a: Belastingplichtigen voor de inkomstenbelasting zijn de
natuurlijke personen die in Nederland wonen (binnenlandse
belastingplichten)
Art. 2.3 en 2.4: Belastbare inkomen uit werk en woning
Hoofdstuk 3: Heffingsgrondslag bij werk en woning
Afdeling 3.1 Belastbaar inkomen uit werk en woning
Art. 3.1-1: Inkomen uit werk en woning verminderd met de te verrekenen
verliezen uit werk en woning
Art. 3.2-2: Inkomen uit werk en woning is het gezamenlijke bedrag van:
• Sub a: de belastbare winst uit onderneming
Afdeling 3.13 Verliesverrekening
Art. 3.148 Verlies uit werk en woning
Art. 3.150 Drie jaar carry back en negen jaar carry forward
Winst uit onderneming – bepalingen IB afdeling 3.2
Winst uit onderneming en ondernemer (3.2-3.5 IB)
• Belastbare winst uit onderneming (3.2 IB)
• Andere winstgenieters (3.3 IB)
• Ondernemer (3.4 en 3.5 IB)
• Urencriterium (3.6 IB)
Totaalwinst (3.8-3.20)
• Totaalwinst (3.8 IB)
• Verliezen (3.9-3.10 IB)
• Objectieve vrijstellingen (3.11-3.13 IB)
• Aftrekbeperkingen kosten (3.14-3.17 IB)
• Privégebruik woning en auto (3.19-3.20 IB)
Wet IB 2001:
• Belastbaar inkomen uit werk en woning (3.1)
2
, • Winst uit onderneming (3.1-2-a)
• Onderneming (???)
• Ondernemer (3.4 en 3.5)
• Winst (3.8-3.73)
• Belastbare winst (3.2):
= winst
o ondernemersaftrek (3.74-3.79)
o MKB- winstvrijstelling (3.79a)
Onderneming – ondernemer - winst
1. Is er een onderneming?
2. Wie zijn de ondernemers?
3. Wat is de winst?
Onderneming - bron
• Bronnentheorie = om überhaupt te kunnen heffen in de IB, moet er een bron van
inkomen zijn. Er zijn drie eisen:
• Stappen: (i) bron, (ii) kwalificatie, (iii) voordeel
• Bron van inkomen: drie algemene cumulatieve eisen
• Rangorderegel (2.14)
Onderneming – definitie (jurisprudentie):
Materiële onderneming (objectieve onderneming)
Hoge Raad:
- ‘duurzame organisatie van kapitaal en arbeid’ = onderscheidende definitie van winst
uit onderneming. Maar wanneer is iets resultaat uit overige werkzaamheden en
wanneer is het winst uit onderneming? Dan komen de volgende kenmerken naar
voren: hoeveel wordt er geïnvesteerd/ hoeveel risico/ reclame/ inschrijving KvK/ zijn
er leveranciers?
- deelname economisch verkeer
- winst beogen
- winst redelijkerwijs te verwachten
Winstoogmerk
- Mammoetbotten- arrest: meneer had een hobby, verzamelden mammoetbotten. Op
een gegeven moment had hij zoveel botten verzameld, dat hij een volledige
mammoet kon creëren. Hier zat heel veel tijd in. Ook kon hij verkopen aan een
museum, met een mooi geldbedrag. Dit is winst, ook al is het eenmalig.
Redelijke verwachting
- Zonnekuilwindschermen uitgevonden (octrooi aangevraagd), strandganger
beschermd. Ging niet zo goed, haalde alleen maar verliezen. Werd niet beter. Kon hij
winst redelijkerwijs verwachten? Waarom zou hij als ondernemer willen worden
aangemerkt? Zodat hij de verliezen kon aftrekken. In eerste instantie werd de
aangifte door de inspecteur gevolgd, maar na een jaar of 6/7 wilde hij toch wel wat
winst zien. Nu accepteert hij het niet meer, het zag er niet meer goed uit, was geen
bron. Verliezen konden niet meer worden afgetrokken.
- Mevr. was getrouwd, wilde een winkel beginnen. Kosten waren hoger, dan de baten.
Op een gegeven moment begon het wel te draaien, maar de financiering viel weg
(want ze gingen scheiden). Hierdoor stopte ze met de onderneming. Was het
redelijkerwijs te verwachten? HR: ja, toen zij begon met de winkel (toen nog
getrouwd) was het redelijkerwijs te verwachten. Ze voldoet aan dit criterium en mag
de verliezen dus in aftrek nemen.
Afbakening t.o.v. andere bronnen: kenmerken
3
, Uitbreiding ‘onderneming’ (3.5 IB)
Het begrip onderneming is gevormd in de jurisprudentie. Bepaling is verder wel uitgebreid in
de wet:
• Zelfstandig uitgeoefend beroep (3.5 IB): ook onderneming (bijv. advocaat, notaris,
etc.)
• Waarom aparte bepaling nodig? Omdat als zelfstandige kapitaal een minder grote rol
speelt. Je zou dan kunnen twijfelen aan of een zelfstandig uitgeoefend beroep onder
het begrip valt.
• Wat is een zelfstandig uitgeoefend beroep?
• ‘persoonlijke kwaliteit van beoefenaar’
• zelfstandigheid, streven naar continuïteit, ondernemersrisico
Afbakening
Als je al belastingplichtige bent voor de IB, dan wil je liever vallen onder w.u.o., vanwege de
vele faciliteiten.
T.o.v. Andere bronnen in box 1:
- Loon uit dienstbetrekking
- ROW
T.o.v. box 3:
- Ondernemen versus beleggen
Waarom heeft winst uit onderneming vaak de voorkeur?
Voorbeeld bedrijfsjurist Sara: bedrijfsjurist bij Shell (dienstbetrekking). Sara bedenkt dat ze
als ZZP’er wil gaan werken, maar enige opdrachtgever is Shell. Al haar werkzaamheden blijft
ze voor Shell verrichten. Hoe wordt ze dan aangemerkt? Stel je voor dat dienstbetrekking
weg is gevallen. Is het dan ROW of w.u.o.? Met een opdrachtgever val je onder ROW.
Nog een voorbeeld over investeringen: vrachtwagenchauffeur was eerst in dienst, trad uit.
Werd zelfstandig, maar had slechts een opdrachtgever. Hij had wel veel investeringen
gedaan (bijv. eigen vrachtwagen gekocht), hierdoor werd het wel als w.u.o. gezien. Het is
dus echt een afweging van elementen.
Box I ‘werk en woning’ (art. 3.1):
• Belastbaar inkomen uit werk en woning is het inkomen uit werk en woning
verminderd met de te verrekenen verliezen uit werk en woning (afdeling 3.13)
• Inkomen uit werk en woning is het gezamenlijke bedrag van:
• de belastbare winst uit onderneming (afdeling 3.2);
• het belastbare loon (afdeling 3.3);
• het belastbare resultaat uit overige werkzaamheden (afdeling 3.4);
• de belastbare periodieke uitkeringen en verstrekkingen (afdeling 3.5);
• de belastbare inkomsten uit eigen woning (afdeling 3.6);
• de negatieve uitgaven voor inkomensvoorzieningen (afdeling 3.8) en
• de negatieve persoonsgebonden aftrekposten (afdeling 3.9);
• verminderd met:
• de aftrek wegens geen of geringe eigenwoningschuld (afdeling 3.6a);
• de uitgaven voor inkomensvoorzieningen (afdeling 3.7) en
• de persoonsgebonden aftrek (hoofdstuk 6).
Loon uit dienstbetrekking
Belastbaar loon is loon verminderd met de reisaftrek, art. 3.80 Wet IB 2001
• Aparte inkomenscategorie
• Loon is ‘al hetgeen uit dienstbetrekking genoten’
• Dienstbetrekking is in beginsel naar zijn aard een bron van inkomen
• Kenmerk: gezagsverhouding
• Voor invulling ‘loon’ integrale verwijzing Wet op de loonbelasting
• Afbakening
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller cheyennesherilyn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.