Ziekteleer en medicatie
Samenvatting literatuur, Jaëlle Straat, Mondzorgkunde jaar 2.
FARMACOLOGIE, R. MCFADDEN.
Hoofdstuk 2: eiwitten waarop geneesmiddelen aangrijpen.
Inleiding.
- Geneesmiddelen grijpen aan op cellen
- Er zijn 4 aangrijpingspunten voor geneesmiddelen
o Receptoren, ionkanalen, enzymen en transporteiwitten.
Eiwitten.
- Geneesmiddelen grijpen en binden aan eiwitten wat zorgt voor therapeutische effecten.
o Voorbeeld: pijn wordt minder, cholesterol daalt enz.
- Er zijn drie redenen dat eiwitten goede aangrijpingspunten zijn
o Er zijn talloze verschillende eiwitten
▪ Er zijn 20.000 verschillende soorten eiwitten
▪ Maar 200 eiwitten zijn een geschikt aangrijpingspunt.
o Rol eiwitten bij fysiologische processen.
▪ Het functioneren van veel processen hangen af van eiwitten
• Voorbeeld: bloedsomloop, ademhaling, zenuwen ect.
▪ Eiwitten kunnen ook een negatief effect hebben op fysiologische effecten.
o Elk orgaan of weefsel heeft een specifiek eiwit.
▪ Hierdoor kan een geneesmiddel effectief werken op dat orgaan/weefsel
▪ Sommige eiwitten komen op meerdere plekken voor in het lichaam
• Zo ontstaan bijwerkingen
Korte samenvatting.
- Er zijn veel soorten eiwitten, en zo ook veel aangrijpingspunten
- Eiwitten hebben een sleutelrol bij fysiologische processen
o Door medicatie worden deze processen beïnvloed.
- Weefsels maken unieke eiwitten
o Zo kunnen er specifieke geneesmiddelen worden gemaakt.
- Sommige eiwitten komen op meerdere plekken voorkomen in het lichaam
o Ontstaan van bijwerkingen.
Receptoren.
- De communicatie tussen weefsels kan door chemische boodschappers
o Afgegeven door zenuwcellen, kliercellen en andere cellen.
- Chemische boodschappers binden aan receptoren van andere cellen om een effect te maken.
,Chemische boodschappers.
- Hormonen.
o Circuleren in de bloedbaanen komen zo naar weefsels.
o Het effect hangt af van de receptoren
o Horminen kunnen het celmembraan niet passeren en binden aan extracellulaire receptoren
- Neurotransmitters.
o Komen vrij uit neuronen
o Binden aan receptoren of neuronen en sorteren uiteenlopende effecten.
- Mediatoren
o Plaatselijk werkende stoffen die binden aan receptoren
▪ Voorbeeld is histamine
- Chemische boodschappers worden vaak liganden genoemd
o Ligate = latijns voor binden.
o Endogene liganden worden in het lichaam gemaakt
o Exogene liganden worden buiten het lichaam gemaakt.
Chemische boodschapper aan receptoren.
- Een receptor moet de juiste ruimtelijke structuur hebben voor de chemische boodschapper
o De ruimtelijke structuur heet de specificiteit
- De specificiteit wordt bepaald door de vorm
o En wordt vergroot door elektrische aantrekkingskrachten
- De ruimtelijke structuur kan worden vergeleken met een sleutel op een slot.
- Wat er gebeurt bij hechting aan een receptor ligt aan de cel, boodachepper en receptor
Geneesmiddelen op receptoren.
- De ruimtelijke structuur van het geneesmiddel is bijna hetzelfde als die van de natuurlijke
boodschapper.
- Bij hechting van een geneesmiddel concureert met de chemische boodschapper
o Hoe beter het geneesmiddel op de receptor past, hoe meer kans op succes.
- Er kunnen twee dingen gebeuren als een geneesmiddel hecht aan een receptor
o Het geneesmiddel kan hetzelfde effect hebben alsde natuurlijke chemische boodschapper
▪ Agonisten.
o Het geneesmiddel kan de receptor blokkeren en geen effect geven
▪ Antagonisten of blokkers.
Antagonisten/blokkers.
Voorbeeld: adrenaline.
- Adrenaline verhoogt de hartslag.
- Door deze receptoren te blokkeren blijft de hartslag lager.
, Subgroepen receptoren.
- Verschillende weefsels kunnen verschillende subgroepen hebben van receptoren.
o Hierdoor kunnen geneesmiddelen specifiek worden ontwikkeld.
- Natuurlijke boodschappers hebben receptoren weer onderverdeeld in subgroepen
- Het effect van de natuurlijke chemische boodschapper die aan een receptor hecht hangt af van:
o De subgroep waar de receptor bij hoort
o De locatie van de receptor
- Afhankelijk van wat er bereikt moet worden kan de receptor agonistisch en antagonistisch worden
gebruikt.
- Het hebben van groepen receptoren met bijna dezelfde ruimtelijke structuur heeft ook een nadeel.
o Het kan aan een andere receptor binden wat zorgt voor bijwerkingen.
Ionkanalen.
- Veel processen hangen af van ionen op het celmembraan
- Ionen zijn kleine moleculen die licht elektrisch geladen zijn
o Positief geladen = kationen
o Negatief geladen = anionen
- Sommige ionkanalen openen en sluiten met elektrische activiteit in de omgeving.
o Dit zijn spanningsafhankelijke ionkanalen
- Sommige ionkanalen gaan alleen open met een receptor
- Geneesmiddelen kunnen het ionkanaal blokkeren door zelf in het kanaal te zitten
Enzymen.
- Zijn grote eiwitten die reacties katalyseren.
- Enzymen veranderen een stof in een andere stof
o Elk enzym is verantwoordelijk voor een andere stof
o Die nieuwe stof heet een substraat
- Geneesmiddelen remmen vaak het de werking van enzymen.
o Dit komt doordat een geneesmiddel bindt aan de actieve plaats in het enzym
- Geneesmiddelen die de werking van enzymen remmen lijken op het substraat van het enzym
Transporteiwitten.
- Zorgen ervoor dat ionen en andere moleculen het membraan kunnen passeren met behulp van
ATP
- Geneesmiddelen blokkeren het transportmechanisme, maar het effect wisselt
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jaellestraat. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.07. You're not tied to anything after your purchase.