Many misspellings and important formulas are forgotten
By: muradmekic • 8 year ago
By: martinewestreenen • 8 year ago
Seller
Follow
laurabeekman
Reviews received
Content preview
Bedrijfseconomie
Hoofdstuk 4 – Beoordeling van de financiële
situatie
De vraag naar financiële informatie kan afkomstig zijn van bestuurders en
managers. Zij gebruiken deze informatie bij het maken van beslissingen.
Ook buitenstaanders zijn geïnteresseerd in de financiële situatie van een
onderneming. De buitenstaander kan op basis van de financiële situatie
beoordelen of de onderneming in staat is de rente- en
aflossingsverplichtingen na te komen.
Stuurvariabelen zijn kengetallen die bestuurders binnen de onderneming
gebruiken bij het nemen van beslissingen en bij het achteraf beoordelen
van de resultaten van de genomen beslissingen.
Omzet – alle kosten behalve interestkosten = EBIT
De EBIT wordt bij en nv of bv als volgt verdeeld:
1. De verschaffers van het vreemd vermogen (interestkosten)
2. De overheid (te betalen vennootschapsbelastingen)
3. De verschaffers van het eigen vermogen (winst na
vennootschapsbelasting)
Analyse van de financiële situatie met behulp van kengetallen:
Rentabiliteit
Solvabiliteit
Liquiditeit
Rentabiliteit is de winstgevendheid van een onderneming uitgedrukt in het
percentage van het gemiddeld geïnvesteerd vermogen.
Rentabiliteit totaal vermogen = (EBIT : gemiddeld totaal
vermogen) x 100%
Rentabiliteit eigen vermogen = (EAT : gemiddeld eigen
vermogen) x 100%
Gem kosten vreemd vermogen = (interestkosten : gemiddeld vr
verm) x 100%
Is Rtv groter dan Kvv > positieve hefboomwerking.
Is Rtv lager dan Kvv > negatieve hefboomwerking.
De mate waarin hefboomwerking van de vermogensstructuur op al in
een onderneming:
Veel vreemd vermogen is aangetrokken t.o.v. het eigen vermogen;
de hefboomfactor (VV/EV) is hoog.
Het verschil tussen Rtv en Kvv groot is.
Bij rechtsvormen die geen persoon zijn, kan de Rev relatief hoog uitvallen
in vergelijking met rechtsvormen die wel rechtspersoon zijn.
,Bedrijfseconomie
Uit de rentedekkingsfactor kunnen we afleiden of een onderneming in
staat is de interestkosten terug te verdienen.
Rentedekkingsfactor is hoe vaak je met het resultaat de rente kunt betalen
Rentedekkingsfactor = EBIT : interestkosten
Liquiditeit is de mate waarin een onderneming in staat is aan haar direct
opeisbare verplichtingen te voldoen.
Current ratio = vlottende activa : vlottende passiva
Quick ratio = (vlottende activa – voorraden) : vlottende passiva
Solvabiliteit is de mate waarin een onderneming in staat is om haar
verplichtingen na te komen en haar schulden af te lossen.
Solvabiliteitspercentage = (eigen vermogen : totaal vermogen) x
100%
Debt ratio = vreemd vermogen : totaal vermogen
Managers en bestuurders van grote ondernemingen moeten aan het einde
van het jaar verantwoording afleggen aan externe belangstellenden d.m.v.
het publiceren van de balans en de winst- en verliesrekening.
Belangrijke externe betrokkenen bij kleine ondernemingen zijn de
verschaffers van vreemd vermogen.
De directie van een nv zal periodiek verantwoording moeten afleggen aan
de aandeelhouders tijdens de algemene vergadering van
aandeelhouders (ava).
De wettelijke voorschriften die gelden voor de informatieverstrekking aan
externe belangstellenden zijn opgenomen in het Burgerlijk Wetboek. De
wet is o.a. van toepassing op een nv en bv.
De inhoud van een jaarverslag:
Informatie die de onderneming vrijwillig verstrekt
Financieel verslag
Het financieel verslag bestaat uit:
Het bestuursverslag
o Bestuur van de onderneming geeft visie op het afgelopen
verslagjaar
De jaarrekening
o Balans, W&V-rekening en toelichting daarop
Overige gegevens
Gouden balansregel
Een (financierings)regel die voorschrijft dat de som van eigen
vermogen en vreemd vermogen op lange termijn gelijk moet zijn
, Bedrijfseconomie
aan of groter moet zijjn dan de som van de waarde van de vaste
activa en het vaste gedeelte van de vlottende activa.
Hoofdstuk 5 – Kosten en kostprijs
Kosten zijn gelduitgaven in het verleden, heden of toekomst, die
toegerekend worden aan een bepaalde periode.
Kosten die niet veranderen bij veranderingen van de productieomvang zijn
constante/ vaste kosten.
Kosten die hierbij wel veranderen zijn variabele kosten.
Kosten die evenredig met de productieomvang veranderen zijn
proportioneel variabele kosten.
Een belangrijk ijkpunt is de productieomvang (=verkoopomvang) waarbij
er geen winst wordt gemaakt, maar ook geen verlies wordt geleden. Dit
punt is het break-evenpunt (BEP).
BEP bij het volgende:
1 homogeen product
Vaste kosten blijven onveranderd
Proportioneel variabele kosten
Vaste verkoopprijs
BEP = q = c : (p - v)
Q = aantal (homogene) producten
C = vaste kosten
P = prijs per product
V = proportioneel variabele kosten per product
BEP bij een handelsonderneming
Omzet = inkoopwaarde + variabele kosten van de omzet + vaste
kosten
TO = TK
TO = V + C
TO = (V in % van TO) + C
Brutowinst % = C
Een kostprijs geeft de gemiddelde kosten per product weer op basis van
de normale productieomvang.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller laurabeekman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.