Langeveld omschrijft opvoeding als volgt: opvoeding is omgang tussen volwassenen en
kinderen. Die omgang beoogt een bepaalde invloed, namelijk het kind helpen mondig te
worden.
Is opvoeding nodig?
Je kunt een kind niet verzorgen zonder het in een of andere vorm ook op te voeden.
Opvoedingsmilieu; opvoedingsomstandigheden
Opvoeding speelt zich niet in het luchtledige af tussen opvoeder en opvoedeling. Zij heeft
een maatschappelijke context.
Wij staan er niet altijd bij stil hoezeer allerlei instituties in de samenleving en met name
de overheid zich in onze maatschappij met de opvoeding bemoeien. (leerplicht,
kinderbeschermingsmaatregelen)
Wij laten in het midden of deze maatregelen ook altijd in het werkelijke belang van het
kind zijn en beseffen hoe moeilijk het is om dit belang goed te bepalen.
Het gezin
Duidelijk is dat hetgeen wat wij tegenwoordig onder het kerngezin verstaan, niet altijd het
toonaangevende opvoedingsmilieu is geweest en ook niet in alle culturen is. De familie of
de dorpsgemeenschap is vele eeuwen belangrijker als opvoedingsmilieu geweest en is dit
in veel culturen nog steeds.
De school
De school neemt steeds meer en steeds vroeger opvoedingstaken van de ouders over.
Dat betreft niet alleen het onderwijs, maar ook de socialisatie, het aanleren van waarden
en normen, culturele vorming. Het kind leert zich te verhouden tot de wereld, leert ook
eigen mogelijkheden en beperkingen kennen.
Leerstof en leerprestaties hebben op zich een opvoedende functie. Het kind leert zich te
verhouden tot de wereld, leert ook eigen mogelijkheden en beperkingen kennen.
De buurt, de leeftijdsgroep
We spreken van peergroup als het gaat over groepen leeftijdsgenoten die hun vrije tijd
gedeeltelijk samen doorbrengen, elkaar wederzijds beïnvloeden en ook een milieu van
bescherming en vertrouwdheid vormen, vooral tijdens de puberteit en adolescentie
spelen deze peergroups een belangrijke rol als tegenhanger van het ouderlijk milieu,
waartegen de jongeren zich vaak afzetten. We spreken van jeugdcultuur als het gaat over
maatschappelijke stromingen van en voor jongeren, die een identificatiekader vormen
voor bepaalde grotere groepen jongeren. Deze stromingen worden vaak
vertegenwoordigd door bepaalde muziekvormen en kenmerken zich vaak door bepaalde
kleding. (punkers, gothics, skinheads)
,Opvoedingsdoelen
Opvoeding is intentioneel. De opvoeder wil er iets mee bereiken. Dat is meteen het
belangrijkste verschil met verzorging. Iedere opvoeding heeft doelstellingen, ook al is
men zich daar vaak nauwelijks bewust van.
Hoofdgroepen van opvoedingsdoelen:
Een daarvan is dat opvoeders in het algemeen willen dat kinderen leren zich in de
maatschappij te handhaven. Dat houdt onder mee in dat zij leren rekening te houden met
anderen, maar tegelijk ook zichzelf blijven. Een belangrijk onderdeel van dit
opvoedingsdoel is dat kinderen leren verantwoordelijkheid te dragen voor hun doen en
laten.
Een tweede hoofdgroep is dat kinderen zichzelf ontplooien, hun mogelijkheden en
kwaliteiten ontwikkelen. Dat betekent dat kinderen ruimte moeten hebben zichzelf te zijn,
dat zij hun talenten moeten ontwikkelen.
De derde genoemde groep van opvoedingsdoelen is het ontwikkelen van een eigen
identiteit. Dit hangt uiteraard nauw samen met de beide voorgaande hoofdgroepen, die
er als het ware de voorwaarden voor vormen. Een eigen identiteit vormen is leren met je
eigen mogelijkheden en kwaliteiten een herkenbare relatie te vormen met de
buitenwereld.
opvoedingsvoorwaarden
wij onderscheiden voorwaarden in de opvoeding als omstandigheden of condities, die
door de opvoeders worden geschapen om de opvoeding mogelijk te maken. In de eerste
plaats gaat het in de opvoeding om een opvoedingsrelatie. Een opvoedingsrelatie
veronderstelt wederzijdse betrokkenheid en wederzijds respect. Als er iets mis gaat in de
opvoeding is er vrijwel altijd iets mis met de opvoedingsrelatie.
Een hoofdgroep van opvoedingsvoorwaarden is verder het bieden van veiligheid. Het
gaat om het wekken van een gevoel bij het kind dat het op de opvoeders rekenen kan,
dat zij hem of haar accepteren zoals hij of zij is en steunen waar zij kunnen. Het is
misschien goed erop te wijzen dat ook het stellen van regels en grenzen een onderdeel is
van het bieden van veiligheid.
Een derde hoofdgroep van voorwaarden is uitdaging. Om te kunnen groeien is voor een
kind veiligheid niet voldoende. Het moet ook de ruimte hebben, ja de stimulans ervaren
om op avontuur te gaan, risico’s te nemen, ervaring op te doen, ook negatieve.
Ten slotte wordt als aparte opvoedingsvoorwaarde genoemd echtheid of authenticiteit. In
feite is dit een onderdeel van de opvoedingsrelatie. Juist in onze tijd waarin zoveel
pseudorelaties, pseudoliefde en pseudospontaniteit in allerlei situaties te zien zijn, is het
gevaar groot dat ook binnen de opvoeding onduidelijkheid, oneerlijkheid en doen alsof
een rol gaat spelen.
Historische en culturele context van de opvoeding
, In de middeleeuwen, maar ook in de zeventiende eeuw had men een andere opvatting
over het kind, maar ook over volwassenheid. Het kind was meer een volwassene in
zakformaat en de opvoeding was erop gericht zo snel morgelijk de vaardigheden en
opvattingen van de volwassenen aan het kind over te brengen.
In de loop van de achttiende eeuw, met de komst van de moderne industriële
samenleving, ontstond er een kijk op de opvoeding als een grondige voorbereiding op
een volwassen leven, als verantwoordelijk en autonoom individu (rousseau).
Dat hield in dat men kinderen ging isoleren uit de volwassenenmaatschappij, hen begon
te beschermen tegen slechte invloeden en ervaringen, zoals seks en geweld. Er kwamen
speciale kinderkamers, kinderkleding etc..volgens Dasberg wed er een jeugdland
gecreëerd, waar kinderen vrij van de wereld der volwassenen konden opgroeien en zich
op hun eigen wijze ontwikkelen. Maar wel onder regie van de volwassenen. Onder mee
bepleit Dasberg dat we, in plaats van verantwoordelijkheid van kinderen en jeugdigen af
te nemen, juist veel meer en veel vroeger verantwoordelijkheid aan kinderen en
jeugdigen moeten toekennen.
Door de confrontatie met mensen uit andere culturen beseffen we dat onze cultuur veel
nadruk legt op individualiteit en autonomie. Andere culturen benadrukken, ook in hun
opvattingen over opvoeding, veel meer de solidariteit aan de groep, de familie, de
etnische gemeenschap. Het zich conformeren aan de normen en gewoonten van de
gemeenschap waartoe men behoort, wordt hoger aangeslagen dan het hebben en uiten
van een eigen mening.
Het is voor allochtone gezinnen vaak moeilijk om zich aan de Nederlandse situatie aan te
passen. Het gaat daarbij niet alleen om het overschakelen op een ander normen- en
waardenpatroon, maar ook om de confrontatie met de hiervoor genoemde crisis. Door
veel allochtone ouders wordt deze onduidelijkheid en verandering van waarden en
normen als decadentie en normloosheid gezien.
Personalistische of geesteswetenschappelijke pedagogiek
Inleiding en plaatsbepaling
Wilhelm Dilthey (1833-1911) maakte een principieel onderscheid tussen de
natuurwetenschappen die de objectieve natuur bestuderen met behulp van feitelijke,
objectief waarneembare gegevens, en de geesteswetenschappen die de mens zelf
onderzoeken en op een heel andere manier te werk moeten gaan. De geest onderzoekt
als het ware zichzelf en behalve de rede of rationaliteit gaat het dan ook over emotie en
invoelingsvermogen.
Kenmerkend voor deze, overigens vrij pluriforme, stroming is de nadruk die wordt gelegd
op de uniciteit van het kind, op het centraal stellen van de opvoedingspraktijk en de
pedagogische relatie tussen de opvoeder en kind.
Kern van de theorie
Men wil doordringen in de wereld van het kind en de opvoeder om vandaaruit te komen
tot een dieper inzicht in het opvoedingsproces.
Beekman (1972) spreekt hiervan dienstbaar inzicht. Vanuit dienstbaar inzicht kan de
pedagogiek niet neutraal zijn. Zij kiest per definitie voor normen en waarden.
Daarmee zet men zich in deze stroming af tegen de waardevrije benadering van de
pedagogiek. Niet als toeschouwer, maar als medeverantwoordelijke pedagoog neemt
men stelling in het opvoedingsproces.
Wijsgerige antropologie is de tak van de filosofie die zich bezighoudt met de vraag naar
zingeving, waarden en normen van het menselijk bestaan; de mensbeelden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jelisaweirdo. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.34. You're not tied to anything after your purchase.