100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting aardrijkskunde bovenbouw klimaatvraagstukken $5.67
Add to cart

Summary

Samenvatting aardrijkskunde bovenbouw klimaatvraagstukken

 20 views  2 purchases
  • Course
  • Level

samenvatting over het onderdeel klimaatvraagstukken van het vak aardrijkskunde voor vwo bovenbouw.

Preview 3 out of 18  pages

  • October 4, 2021
  • 18
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
H1 (het klimaatsysteem)
1.1 De atmosfeer: een omhulsel van gas
Weer en klimaat
Het klimaat is de gemiddelde toestand van het weer over een lange periode (30 jaar) en voor een
groot gebied.
Het weer is de toestand van de dampkring op een bepaald moment en voor een klein gebied.
Het klimaat maakt deel uit van het ingewikkelde systeem aarde en dit systeem bestaat uit 4 sferen;
de atmosfeer (waar weer en klimaat zich afspelen), de hydrosfeer (het water op aarde) de lithosfeer
(gesteente) en de biosfeer (het leven op aarde).

Ontstaan van de atmosfeer
4.6 miljoen jaar geleden werd de atmosfeer gevormd, toen de aarde na het ontstaan begon af te
koelen. De atmosfeer ontstond doordat de zwaartekracht ervoor zorgde dat gassen niet konden
verdwijnen in de ruimte. Hoe verder je weg gaat van het aardoppervlak, hoe lager de concentratie
van de bestanddelen wordt.

De samenstelling van de atmosfeer is uniek. Stikstof (78%) en zuurstof (21%), waterdamp en
koolstofdioxide komen voor in de dampkring.

Samenstelling en opbouw van de atmosfeer
De atmosfeer bestaat uit vier lagen:
troposfeer Onderste laag, 9 ( Polen)tot 12 (evenaar) km dik. Per 100 meter die je stijgt in de
troposfeer daalt de temp. Met 0.6 graden.
stratosfeer De laag tussen de tropopauze en stratopauze. 0 graden in stratopauze. Bevat
veel ozongas, door de opname van de ozon wordt de stratosfeer warm.
mesosfeer 45 tot 85 km hoog. Hier beginnen meteorieten die op aarde afkomen te
verbranden.
thermosfeer 85 km tot 200 km hoog. Bevat minder dan 1% van de atmosferische gassen.
De lagen worden gescheiden door pauzes
Energiebalans
De zon is de belangrijkste
energiebron voor het leven op aarde
en aangezien de aarde niet
voortdurend warmer of kouder wordt
moet er sprake zijn van een
energiebalans.

47% van de kortgolvige zonnestraling
bereikt het aardoppervlak. Dit wordt
omgezet in warmte en door de aarde
uitgestraald. De broeikasgassen
zorgen ervoor dat de warmte wordt
geabsorbeerd en weer teruggestraald
naar aarde. Alle langgolvige straling
verdwijnt weer naar de ruimte, het broeikaseffect vertraagt dit. Zonde broeikaseffect zou
gemiddelde temp op aarde -16 graden zijn, nu 15 graden.

,Variaties in de energiebalans
De hoeveelheid straling die een bepaald gebied op aarde ontvangt is afhankelijk van:
Breedteligging Dicht bij de evenaar vallen de zonnestralen loodrecht, de hoeveelheid
straling per oppervlakte-eenheid groter dan op hoge breedte. De
zonnestralen leggen een kortere weg af door de dampkring en er
wordt minder energie door de lucht opgenomen.
Albedo De weerkaatsing van het zonlicht verschilt per gebied, het poolgebied
reflecteert meer zonnestraling.
Gesteldheid van Het verschil tussen land en zee, water wordt langzamer warm en koud
het aardoppervlak dan land.

Water wordt langzamer warm en koud doordat:
1. De zeebodem is diep en daardoor moet dezelfde hoeveelheid energie verdeeld worden over
een groter oppervlakte.
2. Water is in beweging en de warmte wordt dus beter verdeeld.
3. Het kost meer energie om water in temperatuur te laten stijgen dan land.
4. Bij verdamping van water gaat de energie naar de dampkring, boven land is de verdamping
veel lager.

1.2 Warmtetransport door de wind
Luchtdrukverschillen
Transport van de evenaar naar de polen van warmte (door lucht en water) zorgt ervoor dat gebieden
niet steeds warmer worden en andere steeds kouder.

Lucht in de tropen zet door verwarming uit, de lucht stijgt en verdeelt zich naar gebieden met een
tekort aan lucht, hier daalt de lucht, dit proces noem je luchtcirculatie (bedacht door George Hadley
begin 18e eeuw). Er kunnen hierdoor hogedrukgebieden (maximum) en lagedrukgebieden
(minimum) ontstaan.

Het corioliseffect
Ontstaat door de draaiing van de aarde, het rondje op evenaar is veel groter als bij de polen. De lucht
zal hierdoor ook afbuigen (zie afbeelding)

Passaten en moessons
Wet van Buys Ballot = de lucht beweegt van hogedrukgebied naar een lagedrukgebied. Met de wind
in de rug is dit op het noordelijk halfrond een afwijking naar rechts en op het zuidelijk halfrond naar
links. (de passaten zijn rood/oranje op de afbeelding)

De schuine stand van de aardas zorgt ervoor dat de zon staat niet het hele jaar loodrecht boven de
evenaar, maar beweegt tussen de keerkringen. De ITCZ
schuift mee en omdat de verschillen in temperatuur boven
de continenten het grootst zijn, is de verschuiving hier het
sterkst.
De afwijking naar rechts van de wind op het NH zorgen
ervoor dat de lagedrukgebieden boven de continenten
vochtige zeelucht aanzuigen. Dit zorgt voor een aanlandige
moessons die veel neerslag meebrengen. Aflandige
moessons zijn droog.

, 1.3 rivieren in de oceanen
oceanische circulatie
Oorzaak De overheersende winden zijn de belangrijkste reden voor het ontstaan van
oceanische circulatie.
Gevolgen - verantwoordelijk voor een herverdeling van zonne-energie over de aarde.
- Zeestromen hebben op het NH een afwijking naar rechts en op het ZH naar
links.
 Ondiepten in oceanen en de vorm van continenten kunnen dit
verstoren. Belangrijkste uitzondering is de Westwinddrift ten
noorden van Antarctica, de enige zeestroom die ongehinderd van
west naar oost rond de aarde stroomt.


warme en koude zeestromen
er zijn twee soorten zeestromen:
Warme zeestroom Brengen warm water naar de polen, zorgen vooral in de winter voor
aangenamere temperaturen op hogere breedten.
Koude zeestroom Zorgen ervoor dat koud water naar lagere breedtes stroomt, zorgen in de
zomermaanden voor lagere temperaturen.
Warm/koud betekent dat de watertemperatuur hoger of lager is dan je op een bepaalde
breedtegraad zou mogen verwachten.

thermohaline circulatie
Zout water is 2 à 3 procent zwaarder dan zoet water, en koud water is ook zwaarder dan warmer
water. Het zoutere water zal naar de bodem zinken en eenmaal aangekomen naar opzij wegstromen.
Hierdoor ontstaat een convectiestroming, in dit geval thermohaline stroming genoemd.

- De golfstroom voert warmer en iets zouter water vanuit de golf van Mexico naar Noord- en
West Europa. Hierdoor zijn sommige noordelijke havens ijsvrij en is de temperatuur in
Noordwest Europa zacht.
- Voor de kust van IJsland komt het warme water in aanraking met koude lucht en koud water
van de Noordpool. De golfstroom geeft warmte af en koelt zelf af.
- Doordat het afgekoelde water nog steeds een grote hoeveelheid zout bevat is de dichtheid
zo groot geworden dat het naar de bodem zinkt.
- De stroming gaat verder langs de bodem van de oceaan in de richting van de evenaar.
- Onder Afrika buigt het af naar het oosten en vermengt het zich met het koude water rond
Antarctica. Dit duurt 1000 jaar.
- Omdat er bij Groenland steeds opnieuw water naar de bodem zakt, wordt op andere
plaatsen het diepte water omhoog gestuwd.
- Het warme oppervlakte water wordt op sommige plaatsen door de wind weggeblazen
waardoor het koudere water omhoog kan komen (opwellen) waarna het weer opwarmt,
richting de Cariben stroomt en alles weer opnieuw begint.
Het thermohaline circulatiesysteem werkt als een diepwaterpomp. Was deze stroming er niet, dan
zou Europa even koud zijn als Canada op dezelfde breedtegraad. Het is al een aantal keer gebeurd
dat deze stroming tot stilstand kwam. Het stilvallen van de zogenoemde thermohaline pomp wordt
als een van de terugkoppelingseffecten beschouwd naar het in gang zetten van een ijstijd.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Demisnoek. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.67. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50843 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.67  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added