100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting thema 2 (par. 4-6): Transport $4.52
Add to cart

Summary

samenvatting thema 2 (par. 4-6): Transport

 0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

In deze samenvatting staat uitgebreid maar overzichtelijk uitgelegd welke onderwerpen in dit hoofdstuk worden besproken, meestal aangevuld met afbeeldingen en tabellen.

Preview 2 out of 5  pages

  • Yes
  • October 4, 2021
  • 5
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 6
avatar-seller
Biologie SE-week 2
Thema 2 (basisstof 4 t/m 6)


Basisstof 4: De bloeddruk
De bloeddruk (bovendruk/onderdruk in mm Hg) is de druk van het bloed tegen de wand van het hart
en de vloedvaten.

Belangrijkste oorzaak is het samentrekken van (vooral) de linkerhartkamer.

De bloeddruk in de hartkamers is gelijk aan die in de aangesloten slagaders, doordat de
halvemaanvormige kleppen zijn opengedrukt. Doordat de elastische wand van de slagaders uitzet,
daalt de bloeddruk in de slagaders.



Bovendruk (systolische druk): de maximale druk op het moment dat de kamers zich samentrekken
(systole).

Onderdruk (diastolische druk): de minimale druk tijdens de hartpauze (diastole).



Meten van de bloeddruk:

Door een manchet met lucht om de bovenarm, wordt de armslagader dichtgedrukt.

Als er geen bloed meer door de armslagader stroomt, is de druk de hoogste waarde van de
bloeddruk in de slagader.

De lucht wordt uit de manchet gelaten, waardoor bij iedere samentrekking van de kamers de
bloeddruk in de armslagader iets groter is dan die in de manchet. De armslagader wordt bij iedere
samentrekking opengedrukt. Er is dan een vaatgeruis te horen en de bovendruk wordt afgelezen.

Er wordt meer lucht uit de manchet gelaten, de druk neemt af in de slagader en het bloed stroomt
onafgebroken (geen vaatgeruis meer). De onderdruk wordt gemeten.



Als de systole (samentrekking) van de kamers voltooid is, nemen de terugverende elastische wanden
van de slagaders de pompende kracht over.

De bloeddruk neemt vanaf de slagaders af (slagaders-haarvaten-aders).

In de slagader is de stroomsnelheid het hoogst, in de haarvaten het laagste (gevolg: goede
uitwisseling van stoffen tussen het bloed en omringende cellen). In de aders neemt de
stroomsnelheid weer toe.



Hoe komt het dat het vloed (bijvoorbeeld uit de voeten) terugstroomt naar het hart?

1. Zuigkracht van het hart: door samentrekken van de boezems ontstaat een onderdruk.

, 2. De spieren in de kuiten: stuwen het bloed omhoog door samentrekking (de spier wordt
korter en dikker bij aanspanning). Doordat de spier dikker wordt, wordt de ader
dichtgedrukt.
3. Slagader zet zich uit (beenslagader) en duwt tegen de ader aan.

Door kleppen stroomt het bloed niet meer terug.



Door negatieve terugkoppelingsmechanismen blijft de bloeddruk min of meer constant.

Verandering in de bloeddruk worden waargenomen door rekgevoelige zintuigcellen
(baroreceptoren) in de wand van de halsslagader en aorta, die informatie aan de hersenstam geven.

Via het autonome zenuwstelsel wordt het hartritme en het slagvolume aangepast.

Het autonome zenuwstelsel kan vasoconstrictie (=vernauwen van de vaten) of vasodilatatie
(verwijden van de vaten) veroorzaken.



Negatieve terugkoppeling bloeddruk:

1. Invloed van buiten (bijv. wond) verstoort homeostase
2. Bloeddruk neemt af
3. Baroreceptoren: nemen verminderde uitrekking bloedvatwand waar
4. Er worden impulsen naar de hersenstam gestuurd: zorgt voor verhoogde activiteit
orthosympatisch zenuwstelsel en hormoonafgifte door bijniermerg
5. Hart: slagvolume en hartritme nemen toen
Bloedvaten: vasoconstrictie zorgt voor hogere weerstand
6. Bloeddruk neemt toe
7. Homeostase wordt hersteld: bloeddruk keert terug naar normwaarde.

Basisstof 5: Het bloed
Het bloed is onderdeel van het interne milieu (moet dus constant
blijven, homeostase).

Bloedplasma:

Functie: constant houden van interne milieu.

Het bloedplasma bestaat uit water met opgeloste stoffen en plasma-eiwitten.

- Het bloedplasma vervoert vele stoffen (zuurstof, voedingsstoffen, afvalstoffen, regelende
stoffen zoals enzymen en hormonen, en beschermende stoffen zoals antistoffen).

Moeilijk oplosbare stoffen, zoals vetten, worden gebonden aan bepaalde eiwitten in het bloedplasma
(globuline) en vormen zo lipoproteïnen.

- De concentratie plasma-eiwitten beïnvloedt de osmotische waarde van het bloed en de
bloeddruk.

Het plasma-eiwit fibrinogeen vervult een rol bij bloedstolling.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annemijnwoelders. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.52. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

69252 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$4.52
  • (0)
Add to cart
Added