100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting organiseren in de 21ste eeuw | colleges + literatuur $6.47   Add to cart

Summary

Samenvatting organiseren in de 21ste eeuw | colleges + literatuur

1 review
 31 views  5 purchases
  • Course
  • Institution

Uitgebreide samenvatting, meer dan voldoende voor een hoog cijfer.

Preview 4 out of 60  pages

  • October 4, 2021
  • 60
  • 2020/2021
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: olinoomens • 2 year ago

avatar-seller
College 1 – Introduction

Crisis  what crisis?
- Wat voor de één een crisis is, is voor de ander nog geen crisis
- Organisaties kunnen van belang zijn bij het ontstaan van een crisis, zijn ook belangrijk bij het
oplossen van een crisis

Kenmare crisis
- Crises reflect system breakdowns (not an incident)
- Are these crises primarily economical or political?
- Or could these crises also be…organizational?
- Which role do organization processes play?  central question during this course
- Crises are very instructive, because they tend to reveal the often taken-for-granted and hidden basic
features of organizational systems. Onthullen veel kenmerken over een systeem, omdat wij zaken
veelal aannemen als vanzelfsprekend. Pas als iets in elkaar stort, dan moet iedereen gaan nadenken
waar het aan ligt. Daardoor wordt een organisatie, elk element wordt naar voren gehaald en opnieuw
besproken.

Continuity and change or continuous change?
1) Do organizations constitute relatively stable structures, which sometimes change?
2) Are 21st century organizations better conceived as continuously changing, in which case stability is
the exception rather than the rule
3) Organizations change because of internal dynamics, interactions with each other, and because of
interaction with society (institutions and markets and other organizations)

Non-formal, non-organizational modes of ordening  zijn dus geen organisaties
- Institutions - Clubs and societites
- Networks - Virtual technologies
- Markets - Independent professional workers
- Kinship relations - (Sub) cultures
- Associations - Social movements
- Entrepreneurship

Complete en partial organization zijn een resultaat van een interventie van individuen en/of
formal organizations die beslissingen maken voor zichzelf, maar ook anderen beïnvloeden. Ze tonen
hierbij overeenkomsten met networks en institutions omdat ze ook gaan over de relaties en
interactie tussen mensen en ook gebruik maken van bepaalde regels of gewoonten die door de
medewerkers worden overgenomen (patterns). Hier stoppen echter de overeenkomsten, want er wordt
gesteld dat networks en institutions emergent social orders  (non-organized) zijn, waarbij er iets
gebeurt in plaats van dat er voor iets wordt gekozen. Dit is wat een organization totaal niet is. Dit
verschil is schematisch verduidelijkt hieronder:




Wat is een institutie?
 Scott, institutions are social structures that have attained a high degree of resilience. [They] are
composed of cultural-cognitive, normative, and regulative elements that, together with associated
activities and resources, provide stability and meaning to social life.
 Czarniawska, an (observable) pattern of collective action, justified by a corresponding norm.

,
,De bankencrisis  “Het kan niet waar zijn” (swimming with sharks)
De bankencrisis werd gekarakteriseerd als een cultuur waarin niks mis kon gaan. Toch werden
bankieren (bankers) gezien als psychopaths, want zij zijn te competitief en willen allen zoveel
mogelijk geld verdienen. Geld verdienen werd voor hen als een verslaving gezien, waardoor men de
realiteit verloren had. Het geld waarmee gehandeld werd, werd als monopoly money gezien.

Joris Luyendijk concludeert in zijn boek dat deze mensen echter geen monsters waren en in principe
niet bewust de markt aan het kapotmaken waren. De bankensector zou een systeem hebben dat de
medewerkers zo programmeert om hun taak uit te voeren, zonder de gevolgen of gevaren ervan in te
zien. Dit wordt aangeduid als  amoral: mensen hebben bepaalde normen en waarden, maar zien dit
los van hun werk. Op de werkvloer gelden alleen de regels die in de wet zijn vastgesteld. Volg je deze
wetten, dan doe je op zich niks fout.

Daarbij benoemt Luyendijk de Wall (code) of Silence: Joris had moeite om te praten met mensen in
de financiële sector. Dit komt omdat de financiële sector totaal geen open cultuur heeft. Je mag niet
zomaar over een deal praten en moet hier duidelijk een contract voor tekenen. Ook zagen we de drang
naar Job security bij de medewerkers. Deze zekerheid die je geeft als organisatie naar de
medewerkers, krijg je terug in loyaliteit. De kwants (medewerkers van banken) hebben daarbij nu een
hele andere achtergrond dan vroeger. Vroeger moest een kwant kennis en expertise hebben om in
de financiële sector te kunnen opereren. Tegenwoordig is dat minder snel nodig en worden er
verschillende mensen aangetrokken tot de sector. Tot slot wordt het idee over Frontstage aangehaald.
Wanneer alles goed gaat in een organisaties zeggen deze markt hero's met trots dat zij ergens
verantwoordelijk zijn. Echter wanneer het fout gaat, in tijden van crisis, verdwijnen deze markt
hero’s en wordt de schuld naar iemand anders gegeven. Het is dus belangrijk om te controleren of deze
markt hero’s ook daadwerkelijk invloed hebben gehad: verifying their stories.

Hoe is de bankencrisis ontstaan?
- Het CDO systeem van deze banken berustte op subprime mortgages, die zoals ze het zelf
beschreven, junk waren. Het waren ontzettend slechte leningen, maar doordat er frauduleus werd
opgetreden door de rating agencies, kregen deze BB, B en C mortgages (junk), de AAA rating (super
veilig en zeker). Mensen kochten leugens, en de investment companies werden er ontzettend rijk
van. Dit liet dus ook zien hoe weinig ze gaven om de mensen, het doel was om hun eigen winst te
maximaliseren. - Alan Greenspan was in deze periode de financiële adviseur van de
president (Bush). Greenspan was een voorstander van de vrijemarkteconomie en was dus niet van
plan iets tegen deze bubbel te ondernemen. De meerderheid van de economische adviseurs in de US
Government waren daarbij afkomstig van de banken die frauduleus bezig waren.
- De SEC (Securities and Exchange Commission: een
Amerikaans overheidsorgaan) liet daarbij ook nog eens de banken meer risico nemen door de
leverage te verhogen. Dit is de verhouding tussen het geleende geld van de bank, en het eigen
vermogen van de bank. De leverage is dus een limiet aan geleend geld die banken mochten hebben.
De SEC verhoogde dit limiet dus waardoor banken nog meer risico kunnen nemen en nog meer geld
uit hun klanten konden trekken. - De AIG
(verzekeringsmaatschappij) verkocht enorm veel Credit Default Swaps. Wanneer investeerders niet
zeker waren van een mortgage konden zij zich hiertegen verzekeren. Hier moesten ze dan wel flinke
premies voor betalen. Wanneer je verlies leed op een mortgage, compenseerde de AIG dit als je
ervoor verzekerd was. Hier werd uiteindelijk enorm misbruik van gemaakt. Normaal gesproken kan
je je alleen verzekeren voor iets wat je bezit. In de tijd van de bubbel waren er misschien wel 50
partijen die zich verzekerde tegen een mortgage. Wanneer deze verlies leed, moest de AIG dus 50 keer
zo veel geld aan de partijen compenseren. De bank Goldman Sachs ging zelf zo ver om een systeem
te ontwikkelen waarin centraal stond dat de verliezen van de klanten, winst voor de bank betekende.
Ze gingen dus tegen zichzelf gokken, omdat ze wisten dat de mortgages junk waren.

, Toen de crisis uitbrak waren de prijzen van de CDO’s zo gedaald dat ze niet meer verkocht konden
worden. Er werd vanuit banken gedacht en gezegd dat alles onder controle was, ze wilde niet inzien
of toegeven dat er een enorme tsunami onderweg was. Verrassend was dat de banken en de AIG, AA
en AAA ratings hadden voordat ze failliet gingen, terwijl dit de meest zekere ratings zijn die bijna niet
kunnen mislukken. De AIG ging failliet, maar de US Government besloot om ze uit te kopen voor
700 Miljard dollar. Ondanks deze bail-out kon de wereldwijde recessie (global recession) niet
worden tegengehouden. Dit omdat de economieën over de hele wereld zo erg verbonden aan elkaar
zijn.

We kunnen daarom de bankensector als partial organization zien waarbij de elementen van (1)
monitoring, (2) sanctions en (3) rules ontbraken en dat er dus voor heeft kunnen zorgen dat het mis
ging.

(Ahrne & Brunsson) - Organization outside organizations: the significance of partial
organization

Je moet de definitie organisatie als een breed begrip beschouwen, dit is nodig om fenomenen zoals
netwerken en instituties te begrijpen.

 Organisatie wordt gezien als een bepaald type van sociale orde. Definitie van een organisatie als
bepaalde orde (decided order), inclusief een of meerdere van de elementen lidmaatschap, hiërarchie,
regels, monitoren en sanctioneren. Dit maakt het onderscheid tussen organisaties en hun omgeving
minder dramatisch.
Besluitvorming (decision) is het meest belangrijke onderdeel van organiseren. Organisationele

besluiten zijn statements die de bewuste keuzes over het gedrag van mensen en classificaties
representeren.

From organizations to organization
In dit artikel wordt er aangegeven dat men tegenwoordig de nadruk heeft gelegd op het verschil tussen
een organization en haar environment, waarbij men ervan uitgaat dat we vaak niet meer kunnen
spreken van stand alone organisaties, maar dat deze vrijwel altijd te maken hebben met netwerken.
Ahrne & Brunsson zijn het hier niet helemaal mee eens en willen daarom onderscheid maken tussen
organized en non-organized, waarbij zij een organisatie zien als een decided order waarin men
minstens een van deze 5 elementen gebruikt:
1) Membership: wie mag meedoen alle werknemers, burger of clublid?
2) Hierarchy: het recht om anderen te verplichten om centrale beslissingen na te leven
3) Rules: leden moeten zich aan de gemaakte regels houden en hun acties classificeren
4) Monitoring: organisaties hebben het recht om naleving van regels en bevelen te monitoren
5) Sanctions: positieve en negatieve sancties kunnen gegeven worden door organisaties wanneer zij
dit nodig vinden

 Partiele organisatie; alle elementen kunnen los van elkaar gebruikt worden.
 Formele organisatie, heeft toegang tot alle elementen, maar maken gebruik van een aantal
elementen.

Het is mogelijk om te organiseren door alleen het gebruik van een lidmaatschap (IKEA Family Club,),
geen van de andere elementen is dan aanwezig. Dit kan ook met hiërarchie, bijv. een groep dat een
restaurant zoekt, wijst meestal iemand aan om dit te doen. Regels kunnen opgelegd worden aan
mensen buiten de organisatie van de oplegger, bijv. bepaalde standaarden waar men aan moet voldoen
van de overheid.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller missvu. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.47. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.47  5x  sold
  • (1)
  Add to cart