Zes psychologische stromingen en
een
Client
Hoofdstuk 1 en 2 vormen de inleiding van het boek
In dit boek wordt Marianne gevolgd. Een cliënte van 46 jaar die lijdt aan
steeds
terugkerende depressies met angstklachten. Voor de behandeling van
depressies zijn
vele therapieën mogelijk. De volgende benaderingen worden door
Marianne
‘uitgeprobeerd’ dat wil zeggen dat zij een korte periode therapie volgt in
deze richting:
• De psychodynamische
• De cliëntgerichte
• De cognitief-gedragstherapeutische
• De systeemtheoretische
• De lichaamsgerichte
• De oplossingsgerichte
Hoofdstuk 3: Psychologische benaderingen
Psychodynamische theorieën en methodes zijn op verschillende manieren
bekritiseerd. Een
lastig punt hierbij is dat de psychodynamische benadering geen eenheid
vormt. In de loop
van de tijd zijn verschillende aanvullingen, correcties en vernieuwingen op
de theorieën van
Freud aangebracht. In zekere zin is er binnen deze benadering sprake van
een doorlopend
gesprek.
Sigmund Freud toonde als eerste aan dat bepaalde lichamelijke klachten
een
psychische oorzaak kunnen hebben. Hij behandelde mensen die doof of
verlamd waren
vanwege traumatische ervaringen die waren onderdrukt. Door hypnose en
de techniek
van vrije associatie probeerde Freud gedrag te verklaren vanuit onbewuste
gevoelens en
gedachten. Ook dromen probeerde hij te verklaren omdat deze naar zijn
idee informatie
over het onbewuste verschaffen.
Freud onderscheidt het Es, het Ego en het Superego.
,Het Es omvat onze driften, en is gericht op behoefte bevrediging. Niet
alleen in seksuele
zin, maar alle ‘levensdriften’ die ons temperament geven. Vanaf de
babytijd leren
kinderen al dat niet altijd direct aan deze driften gehoor kan worden
gegeven. Eten komt
wel, maar niet altijd direct. Door liefdevolle verzorging die wel na redelijke
tijd de
behoeften vervult, maar ook grenzen stelt ontwikkelt zich het Ego. Dit Ego
moet de baas
worden over het Es. Wanneer dit Ego sterk ontwikkelt is kan men de
driften van het Es
aanwenden om energiek aan het werk te gaan om iets goeds te
verwezenlijken, waarna
bepaalde behoeften worden bevredigd; waardering, seks, eten of genieten
van andere
mooie dingen. Tijdens de opvoeding ontwikkelt zich ook het Superego. Dit
is het geheel
aan normen en waarden van waaruit mensen zichzelf sturen. Dit superego
stuurt vanuit
een ideaalbeeld. Meestal wordt dit gevormd door de ouders, aangevuld
met eigen
‘wensen’ over hoe men zou willen zijn. De eisen die het superego aan
mensen stelt zijn
vaak niet haalbaar en zorgen voor interne spanningen. Wanneer het
superego het ego
gaat overheersen ontstaan neurosen en fobieën.
De ontwikkeling van het Es, het Ego en het Superego voltrekt zich volgens
Freud in vijf
fasen:
1. Orale fase (babytijd): De bevrediging van de driften is vooral via de
mond
gericht op sabbelen, drinken. Behoefte is vooral liefde en aandacht.
2. Anale fase (peutertijd): zindelijkheidstraining. De ervaring macht te
krijgen
over de ontlasting. De ontdekking van het kind dat het een eigen wil heeft
(peuterpuberteit). De wilskracht moet gestuurd worden, maar niet
gebroken
door de strenge regels.
3. Fallische fase (kleutertijd): het sekseverschil staat centraal. Het
oedipuscomplex treedt op. Dit houdt in dat jongetjes met moeder willen
trouwen en daarom vader als rivaal zien. Later wanneer de onmogelijkheid
hiervan wordt ingezien gaan jongens hun vader imiteren. Meisjes
ontwikkelen
een soort ‘penisnijd’ en willen (de vrijheid van ) de vader. Wanneer ook
hier
de onmogelijkheid van wordt ingezien gaan meisjes hun moeder imiteren
om
zo ‘via deze omweg’ alsnog vader te ‘veroveren’.
4. Latentie fase (basisschoolleeftijd): rustige periode, de
, persoonlijkheidsstructuur is redelijk gevormd en es, ego en superego zijn
in
balans.
5. Genitale fase (puberteit): onder invloed van hormonen treden conflicten
tussen
es ensuperego op. Wanneer het ego sterk genoeg is zal de persoon
toegroeien
naar volwassen taken en verplichtingen.
Anna Freud onderzocht de mechanismen van afweer die optreden
wanneer er in de
kindertijd geen goede balans is ontwikkeld tussen es, ego en superego. De
interne
spanningen die optreden wanneer het ego onvoldoende overwicht heeft
leiden tot een
aantal verschillende afweermechanismen:
Reactieformatie: ongewenste informatie of ervaringen worden
omgekeerd
geïnterpreteerd alsof het prettige informatie is. De reactie is (overdreven)
positief.
Isolering: ontoelaatbare of beangstigende ervaringen worden niet tot het
gevoel
toegelaten. Dit mechanisme treedt vaak op bij traumatische
gebeurtenissen.
Verdringing: beangstigende ervaringen of gedachten worden onderdrukt.
Onbewust
blijven ze wel invloed uitoefenen, bijvoorbeeld via nachtmerries.
Intellectualisering: door het met veel complexe woorden omschrijven van
ongewenste ervaringen en gevoelens blijft de beleving van deze
gevoelens ‘op
afstand’.
Projectie: onacceptabele gevoelens van jezelf worden op een ander
overgeplaatst.
Sublimatie: de energie van ongewenste driften omzetten in positieve
actie.
Verplaatsing: emoties die veroorzaakt worden de een ‘onaantastbare’
persoon
worden afgereageerd op een andere persoon of situatie.
Splitsing: goede en slechte gevoelens over een persoon of situatie
kunnen niet
tegelijk bestaan. Iets of iemand is daarom of helemaal goed of helemaal
slecht.
Rationalisatie: slecht gedrag wordt met redelijk klinkende argumenten
goedgepraat
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mel1ssa94. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.