Speciele Anatomie, Fysiologie En Pathologie (20514)
All documents for this subject (3)
1
review
By: Sarili • 1 year ago
Translated by Google
It only goes to chapter 4. I assumed it was about the whole book.
Seller
Follow
annemariekralt
Reviews received
Content preview
Speciële anatomie, fysiologie en pathologie
Hoofdstuk 1, Speciële anatomie van het hart
Anatomie
Ligging van het hart in de thorax
De basis van het hart is die kant van het hart waar de aorta en de arteria
pulmonalis vastzitten aan de kleppen tussen de ventrikels en deze grote vaten.
De ligging van het hart is rechtsboven voor. De apex/linker ventrikel hartpunt
wijst bij een normale ligging naar links van het sternum. Het hart is enigszins
gedraaid, het rechter atrium en de rechter ventrikel liggen aan de voorzijde in de
borstwand.
Fibreus skelet
Bij de ontwikkeling van het hart ontstaan stevige fibreuze ringen die de
atrioventriculaire kleppen omcirkelen. De annulus fibrosus vormt een zeer
belangrijk onderdeel van het steunskelet van het hart. Er ontstaan nog twee
fibreuze ringen die bij de oorsprong van de aorta en de arteria pulmonalis
omcirkelen. Tussen al deze ringen zijn twee driehoeken gevormd die de
samenhang tussen deze annuli fibrosus geven. Linker fibreuze driehoek
kleinere, ligt vooral bij de annulus van de mitralisklep en de aorta. Rechter
fibreuze driehoek ligt vooral tussen mitralisklep, aortaklep en tricuspidaalklep.
Ookwel grote bindweefseldriehoek genoemd, wordt doorboord door de bundel
van His. In de bundel van His treedt een vertraging van geleiding op waardoor de
atria en de ventrikels niet tegelijk samentrekken. Vanuit dit bindweefselskelet
lopen uitlopers naar het bindweefselgedeelte van het tussenschot tussen de
ventrikels. Verder lopen compacte, omcirkelend naar de apex en naar de rest van
de ventrikels en atria.
Opbouw hartwand
Endocard dun, glad vlies waar het bloed langs stroomt.
Myocard spierlaag van het hart die in dikte varieert. Dikte is afhankelijk van de
druk en volumebelasting. De spierlaag van de rechterventrikel is dunner omdat
de druk aan deze zijde van het hart lager is. De linkerventrikel heeft een hogere
druk waardoor het myocard dikker is. Normaal ligt de systolische bloeddruk in de
longslagader rond de 20mmHg, terwijl de druk in de aorta boven de 100mmHg
ligt.
Epicard dun vlies dat het myocard bedekt.
Pericard vlies om het hele hart heen.
Hartholten
Rechter- en linkeratrium worden gescheiden met een septum. Ook de rechter- en
linkerventrikel worden gescheiden met een septum, de wand van de ventrikels
zijn dikker omdat hier de druk hoger is.
Septum
Dit is de scheidingswand tussen de rechter- en linkerharthelft. In het septum
interateriale bevind zich het foramen ovale. Deze is bij de foetus open als
onderdeel van de foetale circulatie om zuurstof en voedingsrijk bloed naar de
grote circulatie van het kind te laten passeren. Omdat er voor de geboorte geen
ademhaling is wordt er via de navelstreng zuurstofrijk bloed naar het kind
gevoerd. Na de geboorte gaat het foramen ovale dicht, soms niet.
, Hartkleppen
In elke harthelft zijn twee kleppen aanwezig, een tussen de atrium en de
ventrikel en een klep tussen de ventrikel en de aorta/arteria pulmonalis. Door het
contraheren van de hartholten ontstaat er een drukverschil wat de kleppen
opent, de kleppen zorgen ervoor dat het bloed één kant op stroomt.
Kleppen tussen de ventrikels en de grote vaten (VA-kleppen)
Pulmonalisklep → klep tussen de rechterventrikel en arteria pulmonalis. Aortaklep
→ klep tussen linkerventrikel en de aorta.
In de annulus fibreusis zijn drie slippen opgehangen die onder invloed van druk
kunnen openen of sluiten naar één zijde. Deze semilunaire kleppen zijn
opgebouwd uit drie klepbladen/cusps. De delen waar de klepbladen samenkomen
in de klepring heet de commissuren.
Kleppen tussen de atria en de ventrikels (AV-kleppen)
Tricuspidalisklep → klep tussen rechteratrium en rechterventrikel. Mitralisklep →
klep tussen het linkeratrium en linkerventrikel.
Vanuit de hartspier vormen zich papilairspieren waaraan de chordae tendineae
zitten, zitten aan de andere kant van de klep vast. Het open/sluiten is een
combinatie van het klepapparaat en het drukverschil. Het klepapparaat zorgt
ervoor dat de klep niet doorslaat bij het sluiten.
Circulatie
De grote circulatie voorziet via de aorta alle organen van het lichaam van
zuurstofrijkbloed voorziet. Het bloed van de organen is zuurstofarm en komt via
de venacava inferior, vena cava superior, sinus coronarius in het rechteratrium
terecht. Vanuit het rechteratrium stroomt het bloed via de tricuspidalusklep naar
de rechterventrikel, dat het bloed in de arteria pulmonalis pompt. Het bloed
wordt door diffusie in de longen voorzien van zuurstof, terwijl koolstofdioxide via
diffusie naar de alveolaire lucht gaat (lucht in longblaasjes). Het zuurstofrijke
bloed wordt vervolgens getransporteerd naar het linkeratrium en gaat via de
mitralisklep in de linkerventrikel. De linkerventrikel pompt het vloed via de
aortaklep in de aorta.
Ductus Botalli
In de foetus gaat dit via een verbinding tussen de longslagader en de aorta →
ductus arteriosis/ductus botalli. Het grootste gedeelte bloed gaat naar de
hersenen, bovenlichaam en naar het hart zelf. Wanneer het kind direct na de
geboorte ademt veranderen de drukverhoudingen in het hart. De druk in de LV
wordt hoger waardoor het foramen ovale zich meestal sluit, zodat bloed uit de
kleine circulatie naar de longen gaat. De ductus van Botalli sluit zich in de eerste
dagen wanneer het kind zelf ademt en zelf zuurstofrijk bloed maakt in de longen.
De hartspier
RVOT = Rechter ventrikel outflow tract, uitstroomgebied van de RV. LVOT =
Linker ventrikel outflow tract, uitstroomgebied van de LV. De hartspier ligt op een
bepaalde manier in het hart zodat optimaal transport van het bloed kan
plaatsvinden, hierbij spelen de kleppen een rol.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annemariekralt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.