Persoonlijkheid = totaal eigenschappen, karaktertrekken, overtuigingen, gedragingen dat
mens tot uniek individu maakt
Verbanden persoonlijkheidsvragen en gedrag
Persoonlijkheid:
- Psychologische kenmerken = eigenschappen, attituden
- Psychologische mechanismen = cognitieve processen
- Zijn georganiseerd = samenhangen en dynamisch gestuurd
- Relatief stabiel = over situaties en over tijd
- Interacties met buitenwereld = perceptie, selectie, evocatie (roept reactie op van
buitenwereld), manipulatie van omgeving (overhalen, opzettelijk)
- aanpassing aan de omgeving = coping, aanpassingsvermogen
3 niveau’s
1. Menselijke aard sociale gerichtheid
2. Individuele en groepsverschillen (tussen mensen en tussen groepen in mate van
sociale gerichtheid
3. Individuele uniekheid persoonlijke manier
Persoonlijkheidstheorieën beoordelen
- volledigheid hoe concreet
- heuristische waarde vernieuwendheid
- toetsbaarheid theorie van Freuds maar een paar delen
- zuinigheid compactheid, weinig aannamen (skinners theorie) operant conditioneren
- verenigbaarheid en integratie met andere kennis overeenkomen
Persoonlijkheid veranderen belonen of straffen
Meten van persoonlijkheid
- observaties
- gestandaardiseerde testen
- levenskenmerken
Persoonlijkheid en temperament dynamisch, intern, extern
Typeren Theorieën
6 domeinen boek
dispositionele theorie vijf-factor model
Biologische biologische trait-theorie
Persoonlijkheid volgens Freud
- Id libido, biologische impulsen
- Ego reguleert de persoonlijkheid, gedrag afstemmen op de buitenwereld, zelfcontrole
- superego buitenwereld, perfectionistisch, ideale-ik
Ego lost conflict op tussen id en superego (superego: moet je je geld daaraan besteden, ego:
zorgt voor de oplossing heb net tentamenweek gehad, dus ik heb hem verdiend)
Via rationalisatie is het probleem opgelost
Je hebt een bepaalde energie ego kunnen opraken
Ego-depletie kan opraken
Geest Freud
Deel onder water onbewuste van de geest
Deel boven water bewust hele ego
Voorbewust = niet bewust, maar wel deels oproepbaar
Freudiaanse verspreking = dromen
Onbewuste en invloed op gedrag
- blindsight blind maar toch kunnen zien, onbewust zien optische zenuw heeft
vertakkingen
- deliberation-without awareness beslissingen nemen
Hypothese
Makkelijke beslissingen bewuste afweging best
Complexe beslissingen onbewuste afweging best (nachtje over slapen), vaak even
afgeleid beter beslissingen nemen
Angst stuurt gedrag
Objectieve angst = buitenwereld
- impulsen id en eisen superego
Neurotische angst = controleverlies over impulsen id afkeuring door anderen
Morele angst = schuld en schaamte dreiging dat superego controle overneemt (afkeuring
door eigen geweten)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller UvAPedagogischeWetenschappen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.52. You're not tied to anything after your purchase.