100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Economie Aantekeningen Hoorcolleges $6.43   Add to cart

Class notes

Economie Aantekeningen Hoorcolleges

 8 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Alle aantekeningen van de hoorcolleges van Economie 1.2, 1.3, 1.4, 2.1, 2.2, 2.3, 2.4, 2.5, 3.1, 3.2, 3.3, 3.4, 3.5, 3.6, 4.1, 4.2, 4.3, 4.4, 5.1, 5.2, 5.3, 5.4, 6.1, 6.2, 6.3, 6.4, 6.5, 6.6

Preview 3 out of 22  pages

  • October 5, 2021
  • 22
  • 2021/2022
  • Class notes
  • Harry kroeze
  • All classes
avatar-seller
Opdrachten Week 1

Opdracht 1: Schaarste
Geef uit je eigen leven een voorbeeld waaruit schaarste blijkt.
 Welke middelen vormen een knelpunt? Geld en tijd, dit heb je in principe nooit genoeg
 Welke keuze maak je uiteindelijk? Kiezen voor school i.p.v. netflix
 Wat zijn de opbrengsten en kosten van deze? Goede cijfers

Opdracht 2: Welvaart / welzijn
 Hoe zou je jouw eigen welvaart willen beoordelen? Goed
 En je welzijn? Goed
 Wat heb nodig om dit te kunnen beoordelen? Behoeften en in hoeverre je deze kunt
vervullen

Opdracht 3: Specialisatie
 Laat met een voorbeeld zien:
- Dat specialisatie voordelen heeft -> mensen kunnen de taak sneller en beter doen, efficiënter
- Dat specialisatie nadelen heeft -> het kan geestdodend zijn, wat zorgt voor stress, verveling
- Wat de voorwaarden zijn om specialisatie goed te kunnen gebruiken -> zorgen voor genoeg
afwisseling tussen taken, zorgen dat iedereen weet wat er gedaan wordt om overzicht te
houden.

PS: Waarom doet niet iedereen hetzelfde? Waarom hebben we eigenlijk bedrijfstakken? Om taken
efficiënter uit te voeren, wanneer iemand iets goed kan wordt dit sneller gedaan wat zorgt voor meer
en ook betere productie.

Kennisclips:

1.1 Wat is economie?
Economie =
 ‘de wetenschap van de schaarste’
 Het vak waarin je gaat kijken hoe je alle behoeften probeert in te vullen met middelen, zoals
geld en vrije tijd, die je slechts in beperkte mate hebt
 Economie gaat dus over het maken van keuzes, wat we elke dag doen

Schaarste
Er zijn twee soorten
1. Absolute schaarste > schaarste in het dagelijkse taalgebruik > er iets te weinig van
2. Relatieve schaarste > schaarste in economische zin >
Schaarste in economische zin
Mensen hebben onbeperkt wensen en/of behoeften
 Meer wensen dan mogelijkheden: keuzes maken
 Schaarste in ‘economische zin’ (relatieve schaarste):
o Als er productiemiddelen of tijd moeten worden opgeofferd om het product voort te
brengen om zo in een behoefte te voorzien
o Opoffering > alternatieve behoefte niet bevredigen
 Een schaars goed is een goed waar iets waardevols voor opgeofferd moet worden
Een vrij goed

1

,Een vrij goed is:
 Het tegenovergestelde van een economisch goed (dat schaars is)
 Een goed waarbij men geen productiemiddelen of tijd hoeft op te offeren om het te
produceren bijv. de zon

Schaarste dwingt tot:
1. Afwegen wat we het belangrijkste vinden
2. Prioriteiten stellen
3. Het maken van keuzes

Daarom: Economie is overal om je heen

1.2 Welvaart en welzijn
Wat is welvaart?
 Economie gaat over schaarste
 Schaarste: spanning tussen (onbeperkte) wensen en (beperkte) mogelijkheden
 De welvaart is groter naarmate consumenten er beter in slagen de spanning tussen
behoeften en middelen – de schaarste – te verkleinen

Welvaart en welzijn
 Welvaart: de mate waarin in de behoeften is voorzien door het gebruik van schaarse
goederen
 Welzijn: de mate waarin behoeften worden bevredigd onafhankelijk van schaarse goederen
 Oftewel: welzijn gaat over hoe ‘gelukkig’ je bent met datgene dat je ‘hebt’

Hoe kun je welvaart meten?
Er zijn ruwweg 2 manieren om de welvaart te meten:
 Het nationaal inkomen: het totaal verdiende inkomen van een land in één jaar (ook als dat
verkregen is door productie in het buitenland)
 Het binnenlands product: de waarde van alle in het land geproduceerde goederen en
diensten
En
 De hoogte van de werkloosheid: alle mensen die wel willen werken tegen het geldende
marktloon, maar geen werk kunnen vinden

Nationaal inkomen: nominaal vs. reëel
 Nominaal nationaal inkomen: het in geld uitgedrukte nationale inkomen
 Reëel nationaal inkomen: hetgeen men voor het nominaal nationaal inkomen aan goederen
kan kopen (koopkracht)

Hoe kun je welzijn meten?
Welzijn is lastig te meten
 Hoe gelukkig iemand is met datgene wat hij/zij heeft is voor iedereen anders bijv.
o Materiële levensstandaard
o Gezondheid
o Opleiding en werk
o Sociale relaties
o Veiligheid
o Milieu en leefomgeving

1.3 Specialisatie

2

, Adam Smith (1723 – 1790)
 Adam Smith zag specialisatie (arbeidsdeling) als een belangrijke oorzaak van
welvaartsverhoging
 Grondlegger van de moderne economische wetenschap
 Voorstanden van vrijhandel
 Door te specialiseren worden mensen productiever

Specialisatie (arbeidsdeling) kan de efficiëntie verhogen
Door specialisatie:
1. Kan iedereen zich toeleggen op die activiteiten waar hij relatief goed in is
2. Wordt het mogelijk gemaakt ervaring op te doen in bepaalde activiteiten, waardoor men
efficiënter kan werken (‘learning by doing’)
3. Kunnen machines, gebouwen en instrumenten efficiënter worden gebruikt als de volledige
tijd aan één type activiteiten wordt besteed

Oftewel beheersing van de arbeidskosten
Ruil (beter, goedkoper, betere opbrengst) > specialisatie > efficiëntere inzet beschikbare
productiemodellen

De nadelen (gevaren) van specialisatie
1. Werk > saai, eentonig, oninteressant, geestdodend
2. Grote mate van afhankelijkheid/maakt kwetsbaar
3. Complexere samenleving/moeilijker om overzicht te bewaren



2.1 de wet van de vraag
De markt
4 belangrijkste elementen van de markt:
 Een product of dienst
 Een prijs voor dat product of dienst
 Aanbieders voor product of dienst
 Vragers naar product of dienst
Zolang er iets te koop is voor een prijs dan is er sprake van markt


Vraagbepalende factoren
1. Behoefte
2. Prijs product
3. Prijzen andere goederen en diensten
4. Inkomen


De wet van de vraag
Een goed wordt minder gevraagd naarmate de prijs van dat goed hoger is
Oftewel een goed wordt meer gevraagd naarmate de prijs van dat goed lager is




De ‘ceretis paribus’ clausule

3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fleurdriessen97. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.43. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

70055 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.43
  • (0)
  Add to cart