Biologie havo 5 thema 3 vertering samenvatting Biologie voor jou
9 views 0 purchase
Course
Biologie
Level
HAVO
Dit is een biologie samenvatting van thema 3 vertering havo 5. Deze samenvatting is gemaakt uit het lesboek Biologie voor jou, aantekeningen in de les en online uitleg video's.
De samenvatting bevat de volgende paragrafen:
§1 Voedingsstoffen
§2 Het verteringsstelsel
§3 Chemische vertering
...
§1 Voedingsstoffen
Voedingsmiddelen: alles wat je eet of drinkt. Voedingsmiddelen bevatten voedingsstoffen.
Bouwstoffen: voedingsstoffen die gebruikt worden voor de vorming van organische
moleculen bij de voortgezette assimilatie (groei en ontwikkeling lichaam, vervanging
afgestorven cellen).
Brandstoffen: voedingsstoffen die energie leveren voor de dissimilatie (beweging,
temperatuur, groei, herstel).
Eiwitten (Proteïne) zijn ketens van tientallen tot tienduizenden aminozuren. Tijdens de
vertering worden eiwitten opgebroken in losse aminozuren. De in totaal 20 aminozuren
vormen de basis voor de eiwitsynthese. Essentiële aminozuren: Acht aminozuren kunnen
door het lichaam niet geproduceerd worden.
Koolhydraten (Sachariden) zijn een belangrijke energiebron voor het lichaam. Voedingsvezels
worden niet verteerd, deze koolhydraten stimuleren de peristaltische beweging van de
darmen. Koolhydraten zijn ook een belangrijke bouwsteen van DNA-nucleotide.
Vetten (Lipiden) zijn opgebouwd uit een glycerolmolecuul en drie vetzuurmoleculen. Bestaan
uit C, o en H moleculen en zijn niet oplosbaar in water. Vetten kunnen dienen als brandstof,
bouwstof en helpt bij de opname van bepaalde vitaminen. Linozuur is een voorbeeld van een
essentieel vetzuur.
Verzadigd: alle bindingsplaatsen van de C-atomen zijn bezet door H-atomen.
Onverzadigd: niet alle bindingsplaatsen van de C-atomen zijn bezet, dus zijn er dubbele
bindingen.
Cholesterol: een vet dat je weinig binnenkrijgt bij de voeding en meestal wordt aangemaakt
door je lever. Komt voor in de celmembranen met als functie de productie van hormonen, gal
en vitamine D.
Een volwassen mens bestaat voor 60% uit water. Water wordt gebruikt als bouwstof, voor
transport, als oplosmiddel en heeft een functie bij de regulatie van de lichaamstemperatuur.
Mineralen (zouten) zijn Anorganische stoffen met als functie bloedstolling, bouwstoffen bij
dieren en signaaloverdracht in de zenuwen. Spoorelementen: mineralen die het lichaam in
kleine hoeveelheden nodig zijn.
Vitaminen zijn organische stoffen die nodig zijn bij stofwisselingsprocessen en bij de vorming
van enzymen. Een tekort aan vitaminen kan leiden tot een gebrekziekte.
Enzymen: eiwitten die processen in het lichaam mogelijk maken of versnellen.
, §2 Het verteringsstelsel
Vertering van voedsel vindt plaats in het darmkanaal. Grote organische moleculen worden
met behulp van enzymen afgebroken tot kleine moleculen (verteringsproducten). Die worden
via de darmwand opgenomen in het bloed. Van deze kleine moleculen kunnen later weer
grote moleculen worden gemaakt.
Het darmkanaal bevat kringspieren en lengtespieren die zich afwisselend samentrekken
(darmperistaltiek). Zo wordt de voedselbrij voortgeduwd, gekneed en gemengd met
verteringssappen, afkomstig van de verteringsklieren.
De darmperistaltiek wordt geregeld door het autonome zenuwstelsel, en je kunt dus
peristaltische bewegingen niet bewust gebruiken.
Mechanische vertering: het kauwen, kneden en mengen van het voedsel door de
darmperistaltiek. Enzymen uit verteringssappen kunnen zo beter op het voedsel inwerken.
Chemische vertering: de bewerking van voedsel door enzymen.
Snij- en hoektanden worden gebruikt om stukken voedsel af te bijten en je kiezen kauwen het
voedsel. Hierdoor wordt het oppervlakte van het voedsel vergroot en mengt het zich met
speeksel. Zo kunnen enzymen goed in het voedsel inwerken en het inslikken gaat makkelijker
door de slijmerige substantie. De tong duwt het voedsel naar de keelholte, waardoor prikkels
ontstaan die zorgen voor een afgesloten huig en strotklepje. Hierdoor kan het voedsel alleen
de slokdarm in en wordt de luchtpijp afgesloten.
Het slikken zet de peristaltische beweging in werking, waardoor het voedsel naar de maag
wordt vervoerd. Die bevat aan de in- en uitgang een kringspier die de passage reguleert, zo
ontspant de spier van slokdarm naar maag bij het slikken en spant de maagportier zich aan
zodat het eten tijdelijk in de maag wordt opgeslagen. Kliertjes van de wand van de maag
voegen maagsap toe die het enzym zoutzuur (HCI) bevat. Dit maakt het milieu in de maag
zuur en dood daarbij de bacteriën. Het slijm vormt een beschermende laag aan de
binnenzijde, zodat het maagsap niet de epitheelcellen kan aantasten. Wanneer de
maagportier zich ontspant gaat er een kleine hoeveelheid voedsel door naar de
twaalfvingerige darm. Hierin monden de afvoerbuizen van de lever en alvleesklier.
De lever produceert gal wat wordt opgeslagen in de galblaas. De galblaas geeft gal af via de
galbuis als vethoudend voedsel de wand passeert. Gal bestaat uit galkleurstoffen wat
afbraakproducten zijn van dode rode bloedcellen die zorgen voor de bruine kleur van
ontlasting. En galzouten die grote vetdruppels vedelen in kleinere druppeltjes (emulgeren).
Door emulgeren wordt het totale oppervlak van de vetdruppeltjes vergroot en kan dit zich
niet meer mengen met water.
De alvleesklier (pancreas) produceert alvleessap. Dit wordt af gescheden door kliertjes in de
wand van de dunne darm.
Sommige eencellige organismen nemen voedsel op door fagocytose: het instulpen van het
celmembraan en het afsnoeren van blaasjes. Bij amoeben en pantoffeldiertjes versmelten
deze blaasjes (voedingsvacuolen) met lysosomen, waarin zich verteringsenzymen bevinden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ElenavanVliet. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.33. You're not tied to anything after your purchase.