Hoofdstuk 3
Vraag 1A: leg met een voorbeeld uit wat een pijplijnvoorraad is
B: geef een voorbeeld van een seizoenvoorraad voor een kledingwinkel
A: Eigen antwoord, bijvoorbeeld: een speelgoedwinkel bestelt en betaalt een voorraad
nieuwe games. De voorraad is onderweg en zit dus nog in de pijplijn.
B: Een kledingzaak heeft in de winter handschoenen, sjaals en mutsen op voorraad en in de
zomer zijn deze artikelen niet op voorraad.
Vraag 2: welke actie moet je ondernemen als je de minimumvoorraad hebt bereikt?
Je moet nieuwe producten bestellen
Vraag 3: hoe noem je de voorraad waarover je prijsrisico loopt? Kies het juiste antwoord:
A. technische voorraad
B. economische voorraad
C. maximumvoorraad
B economische voorraad
Vraag 4A: wat wordt bedoeld met voorverkopen?
B: geef 2 voorbeelden van voorverkopen
A: Voorverkopen zijn goederen die al verkocht zijn, maar nog niet zijn geleverd en nog in de
winkel en/of het magazijn liggen.
B: Eigen antwoord, bijvoorbeeld:
Een wasmachine die al wel door de klant is betaald, maar die de klant later komt
ophalen.
Een nieuwe game die door een klant is besteld en betaald, maar nog geleverd moet
worden.
Vraag 5A: wat wordt bedoeld met de beginvoorraad?
B: wat wordt er bedoeld met de eindvoorraad
A: De getelde voorraad in winkel en/of magazijn aan het begin van een bepaalde periode.
B: De voorraad die in de winkel en het magazijn is geteld aan het eind van een periode
Vraag 6: een kaashandelaar heeft in zijn magazijn een voorraad van 45.000 kilo kaas. Van
deze voorraad is al 22.000 kilo verkocht, maar nog niet geleverd. Hoe groot is de
economische voorraad van de kaas
Economische voorraad = 45.000 – 22.000 = 23.000 kilo
Vraag 7: Je hebt de volgende gegevens:
, Product A:
Technische voorraad 5.000 kilo
Lopende inkoopcontracten 2.500 kilo
Lopende verkoopcontracten 1.500 kilo
Product B:
Technische voorraad 7.000 kilo
Lopende inkoopcontracten 4.000 kilo
Lopende verkoopcontracten 12.000 kilo
Product C:
Technische voorraad 9.000 kilo
Lopende inkoopcontracten 2.800 kilo
Lopende verkoopcontracten 10.450 kilo
Product A Economische voorraad = 5.000 + 2.500 – 1.500 = 6.000
Product B Economische voorraad = 7.000 + 4.000 – 12.000 = -1.000
Product C Economische voorraad = 9.000 + 2.800 – 10.450 = 1.350
Vraag 9A: hoe groot is de technische voorraad van de kantoorwinkel?
B: bereken de economische voorraad
C: hoe groot is de waarde van de voorraad kantoormeubelen waarover de eigenaar van de
kantoorwinkel risico loopt?
A: € 37.600
B: Economische voorraad = 37.600 – 9.500 + 16.800 = € 44.900
C: € 44.900
Vraag 10: in een dierenspeciaalzaak is de economische voorraad kattenvoer 84 blikken. Er
zijn 18 blikken besteld en 26 blikken verkocht aan het plaatselijke dierenasiel. Deze
moesten over 3 dagen worden geleverd. Hoeveel blikken kattenvoer heet de
dierenspeciaalzaak in voorraad?
Economische voorraad = technische voorraad + voorinkopen – voorverkopen
84 = technische voorraad + 18 – 26
Technische voorraad = 84 – 18 + 26 = 92
Vraag 11A: leg het verschil uit tussen de administratieve en technische voorraad
B: geef 2 verklaringen hoe er een verschil kan ontstaan tussen de administratieve en
technische voorraad
A: De administratieve voorraad is de voorraad die volgens de administratie aanwezig is. De
technische voorraad is de voorraad die werkelijk aanwezig is.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Tryntsjevdv. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.02. You're not tied to anything after your purchase.