100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Taalwetenschappen 2e jaar $5.90
Add to cart

Summary

Samenvatting Taalwetenschappen 2e jaar

 227 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van 57 pagina's voor het vak Taalwetenschappen 2 aan de Lessius

Preview 3 out of 57  pages

  • February 2, 2015
  • 57
  • 2013/2014
  • Summary
avatar-seller
Taalwetenschappen 2: samenvatting




Hoofdstuk 1 : Inleiding: communicatie en taal

1.0. Overzicht
1. Communicatie
Taal is een communicatiesysteem en maakt zoals alle communicatiesystemen gebruik van
tekens.

Communicatie is de uitwisseling van symbolische informatie tussen mensen die zich van
elkaars onmiddellijke of gemedieerde aanwezigheid bewust zijn. Deze informatie wordt
deel bewust, deels onbewust gegeven, ontvangen en geïnterpreteerd. (Definitie
communicatie – Oomkes 2011)

Het communicatiemodel :




Terminologie: spraakverstaanbaarheid – spraakverstaan – begrijpelijkheid

Perfect communiceren? Waarom kunnen we nooit zeker zijn dat onze verbale
communicatie perfect verloopt?
Gesprekspartners hebben:
- nooit helemaal dezelfde kennis van de taal
- een individuele visie op zaken en situaties


1.1. Inleiding: Verschillende tekensystemen

Semiotiek = de systematische studie van tekens1 met als onderzoeksterrein de analyse van
verbale en niet-verbale tekensystemen in de menselijke communicatie en ook van alle
mogelijke vormen van communicatie bij dieren en zelf planten OF de leer van de tekens.
1
Een teken is een bepaalde vorm die met iets anders geassocieerd wordt, wat we als de
betekenis ervan opvatten.

Er zijn drie types van tekens:

1) Het index of indexalisch teken: een teken dat naar iets anders ‘verwijst’,
in de onmiddellijke nabijheid. Ze zijn contigu of vertonen contiguïteit aangezien

1

, Taalwetenschappen 2: samenvatting


vorm en betekenis in elkaars verlengde liggen.
Vb: een wegwijzer verwijst naar een volgende stad of het waggelen van een
dronken man

2) Het icoon of iconisch teken: een teken dat iets afbeeldt, een visuele, auditieve,
of enig andere perceptuele weergave van de zaak die het voorstelt.
Deze afbeelding komt slechts bij benadering overeen met de werkelijkheid.
Er is sprake van gelijkenis
Vb: een verkeersbord met drie overstekende kinderen beeldt de nabijheid van
een school af

3) Het symbool of symbolisch teken: een louter conventioneel teken, er is geen
verband tussen de vorm van het teken en de gesuggereerde betekenis. Dit
verband komt tot stand door conventie.
Vb: een rode plaat met een witte streep betekent een verbod om in die straat
te rijden of symbolen voor munteenheden




De tekens berusten op drie meer algemene structuurprincipes om een bepaalde vorm met
een bepaalde betekenis te verbinden. De taal van de mens verschilt van andere (vb.
dierlijke communicatiesystemen) doordat zij niet slechts één tekensysteem maar al de drie
types van tekens gebruikt, en vooral symbolische tekens.

Taal heeft niet enkel een communicatiefunctie, maar is ook een gedeeltelijke
weerspiegeling van de gehele conceptuele wereld van de cultuurgemeenschap. Deze
conceptuele wereld omvat veel meer begrippen - of conceptuele categorieën- dan we in
de taal terugvinden. De talige begrippen zijn de begrippen die we in de taal weerspiegelt
zien.


2

, Taalwetenschappen 2: samenvatting


1.2. Structuurprincipes in de taal
Er zijn drie structuurprincipes :

1.2.1. Het indexicaliteitsprincipe
Definitie: Als we spreken dient onze positie in tijd ne ruimte als referentiepunt voor
de indexalische lokalisering van andere wezens in tijd en ruimte.
voorbeeld: De studente staat hier nu bij mij.

Deiktische uitdrukkingen zijn egocentrische woorden zoals hier en nu, daar en dan,
vandaag, gisteren, persoonlijke voornaamwoorden, …

De interpretatie van de deiktische uitdrukking is volledig afhankelijk van de concrete
situatie waarin ze gebruikt worden. Er zijn twee uitgangspunten:

1) Deiktische oriëntatie: gezien vanuit het standpunt van de spreker
voorbeeld: De fiets staat voor de boom
2) Intrinsieke oriëntatie: kunstmatige dingen of artefacten (gebouwen, auto’s, …)
hebben hun eigen oriëntatie met inherente voor- en achterzijde
voorbeeld: De deur is achteraan in het lokaal

Het antropocentrisch perspectief: mensen bekleden een bevoorrechte plaats in de
beschrijving van gebeurtenissen. Zij worden eerst genoemd als het onderwerp van de zin.
Voorbeeld: Mijn vriendin is haar contactlezen verloren.

Het menselijk subject wordt enkel door een niet-menselijk subject vervangen als er een
speciale klemtoon op ligt. Voorbeeld: Deze tekst moet morgen door iedereen gekend zijn.

- wie versus wat?
- onpersoonlijk passief: Er werd gebeld vs Er werd gegraasd *
* de zin is incorrect en/of onmogelijk

1.2.2. Het iconiteitsprincipe

Definitie: er is een zekere gelijkenis tussen de vorm van de taaluiting en datgene
waarvoor zij staat. Dit komt in uiting in:
- de volgorde van de delen van de taaluiting
- de afstand tussen deze delen
- de hoeveelheid vormen die een uiting bevat

1) Het volgordeprincipe
Volgorde heeft betrekking op twee afzonderlijke taaluitingen en op de delen binnen een
uiting. Zo bepaalt de volgorde de opeenvolging in de tijd van twee of meer
gebeurtenissen.
Vb: Veni, vidi, vici (Ik kwam, zag en overwon)
Wanneer men de volgorde veranderd, krijgt men een totaal andere betekenis.
Gebeurtenissen kunnen op een iconische en niet-iconische wijze beschreven worden.

De taal bevat vaste verbindingen of dubbele uitdrukkingen:

 nu en dan, nu of nooit, dag en nacht, vroeg of laat



3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AlexandraN. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.90  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added