Alle hoor- en werkcolleges van sociale ongelijkheid
Alle hoorcolleges – sociale ongelijkheid
Hoorcollege 1 – SO
Dit college vooral over: scheefheid
Doel van de cursus
Ongelijkheidsprobleem
Voortbouwen op de klassieken (denk aan: Max en Weber bv.)
Meer diepgang:
- ongelijkheid: scheefheid en mobiliteit
- ongelijke onderwijskansen: gezin, onderwijsstelsels en scholen
- ongelijke arbeidskansen: van school naar werk en arbeidsmarkt
Concepten, theorieën, onderzoek en beleid
Doel van de cursus: PTOB
Theoretische stromingen
- Functionalisme
Stroming die de samenleving ziet als een soort huis met onderdelen, al deze onderdelen
zijn met elkaar in connectie en hebben een functie. Samen functioneert het als een huis.
Dit is dus net zoals met de samenleving à je hebt verschillende instanties etc. en alles
samen vormt de samenleving. Elk onderdeel heeft dus een functie, en het blijft op deze
manier ook in stand. Alle structuren die er zijn hebben een functie en zorgen dat het
niet uit elkaar valt.
Durkheim, Parsons, Lenski, Blau en Duncan
bv. moderniseringstheorie
- Conflict theorie
De samenleving heeft altijd conflict, er is altijd strijd tussen mensen. Tussen verschillende
groepen/structuren zal er altijd conflict zijn, dit conflict hoeft niet per se gewelddadig te zijn.
Marx, Weber, Collins, Bourdieu
bv. sociale reproductietheorie
1
,Theorie: micro/meso/macro
Micro: individuen, gezinnen
Meso/Macro: contexten
- Meso: buurten, scholen, organisaties (het maakt dus uit bv. in welke buurt je bent
opgegroeid, op welke school je zit/hebt gezeten etc.)
- Macro: samenlevingen
o Historische ontwikkelingen (trends) à leef ik in het nu of vroeger (bv. jaren
70), het maakt dus uit in welke tijd je leeft
o Internationale vergelijkingen à het maakt uit in welk land je leeft
Multiniveau-probleem: kenmerken van contexten beïnvloeden individueel gedrag omdat ze
al dan niet als restrictie werken
Micro/macro (Coleman)
Gevolg individu à dit is waarin je geïnteresseerd bent dus eerst moet je dan kijken naar
oorzaak individu. Voor de sociologen kijk je ook naar de context. De sociale ongelijkheid valt
bijvoorbeeld onder gevolg in context.
Voor sociologen en beleidsmakers is het dus erg belangrijk om naar alle onderdelen te kijken.
Onderzoek: verklaringen
- Verklaren van variatie:
Welke determinanten/factoren?
X ---------------------à Y
- Verklaren van samenhangen:
Begrijpen waarom X ---------à Y
Schijnverband (spurious)
Samenhang tussen twee factoren (X en Y) maar er is een achterliggende factor.
Dus de samenhang berust op een gemeenschappelijke factor uiteindelijk:
2
,Het verband tussen inkomen en museumbezoek wordt dus gedeeltelijk weggenomen door
opleidingsniveau.
Mediërend verband (mediation)
Sociale herkomst = sociaaleconomische staat waarin je opgroeit
Maar er is een mediërend effect:
De tussenliggende stap (opleiding) is dus te veranderen waardoor je beroep kan veranderen.
Aan sociale herkomst kan je ook niks doen.
Interactieverband (moderation)
Mensen met kinderen
3
, Maar het blijkt anders te zijn, het verschilt per geslacht:
Vrouwen met kinderen verdienen over het algemeen minder en mannen met kinderen meer
Voor vrouwen wordt het verband dus minder positief en voor mannen positiever
De samenhang verschilt voor verschillende categorieën van de interactievariabele
Beleid: toepassing T en O op P
- Theorie
“Er is niks zo praktisch als een goede theorie” (Kurt Lewin)
- Onderzoek
R&D van beleid
Grootstedelijke vraagstukken
Beleid gerelateerd aan ongelijkheid: decentralisatie
Gemeenten steeds belangrijkere rol (dit heeft impact op de gelijkheid)
In deze cursus: wijken
Scholen (zie het zo: scholen staan in wijken, denk ook aan witte en zwarte scholen)
Arbeidsmarkt (werkloosheid) à mensen ondersteunen en kansen vergroten in wijken
Opzet van deze cursus
Sociale ongelijkheid met focus op onderwijs en arbeidsmarkt
6 inhoudelijke thema’s (hoorcollege en werkgroep met literatuur)
Beoordeling à literatuur review (40%) + tentamen met open vragen (60%) – min. 5,5
Sociale ongelijkheid
Wie krijgt wat en waarom?
18e eeuw: Rousseau (filosofisch)
19e eeuw: Marx (politieke strijd)
Hier: sociologische, wetenschappelijke benadering
o Probleemstelling: vragen
o Theorie: hypothesen
o Onderzoek: empirie
o Beleid/advies: toepassen
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller zaravss. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.82. You're not tied to anything after your purchase.