100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting bestuursrecht $3.21
Add to cart

Summary

Samenvatting bestuursrecht

3 reviews
 476 views  19 purchases
  • Course
  • Institution

samenvatting bestuursrecht deel 1 en 2 (2e jaar) L.J.A. Damen

Preview 3 out of 34  pages

  • February 4, 2015
  • 34
  • 2014/2015
  • Summary

3  reviews

review-writer-avatar

By: joellacornelissen • 6 year ago

Translated by Google

With this summary I have achieved a 7.8

review-writer-avatar

By: laurajordan • 7 year ago

review-writer-avatar

By: koenschmitt • 8 year ago

avatar-seller
D – cluster Bestuursrecht Deel 1

Hoofdstuk 1
Bestuursrecht :
- Instrumentarium waarmee de overheid bestuurt;
- Normen die bij het besturen in acht moeten worden genomen;
- Mogelijkheden om zich tegen het overheidsbestuur te verzetten.

Instrumenten = bevoegdheden en bijbehorende macht die het bestuur nodig
heeft om zijn taken te kunnen uitoefenen.
Waarborgen om machtsmisbruik te voorkomen.

Functies:
- Ordende;
- Presterende;
- Sturende;
- Arbitrerende.

Legaliteitsbeginsel:
- Rechtszekerheid: vooraf duidelijk waartoe overheidsorganen bevoegd zijn
en hoever die bevoegdheden reiken.
- Primaat van de wetgever: machtiging van wetgever nodig om op te treden.

‘terugtred van de wetgever’ → wetgever formuleert niet zelf de rechtsnormen
waaraan de burger zich heeft te houden, maar laat die normstelling steeds vaker
aan bestuursorganen over.
- In wifm wordt het vaststellen van avv overgelaten aan bestuursorganen
van de centrale overheid;
- Noch in wifm, noch bestuurswetgeving het gedrag van de burgers wordt
genormeerd, maar dat die normering wordt overgelaten aan een
bestuursorgaan dmv uitoefening van beschikkings- of andere
bestuursrechtelijke bevoegdheden.
* Gelede normstelling: terugtred van de wetgever bij inhoudelijke normering van
het bestuursoptreden geleid dat bestuursorganen in veel gevallen min of meer
zelfstandig bepalen wat rechtens is.

Middel ter verhoging en waarborging van de kwaliteit van het bestuur:
- Kwaliteit van de wetgeving;
- Politieke controle door vertegenwoordigende organen;
- Controle door de rechter;
- Bestuurlijk toezicht (door hogere bestuursorgaan controle worden
uitgeoefend):
o Repressief: hogere bestuursorganen op grond van specifieke wetten
bevoegd zijn om besluiten van lagere bestuursorganen te
vernietigen wegens strijd met recht/algemeen belang.
o Preventief: sommige besluiten aan de goedkeuring van hogere
bestuursorganen worden onderworpen.
* Richtlijnen: regels die zijn bedoeld om de bevoegdheidsuitoefening
door bestuursorganen te sturen of te normeren.

Nederland als democratie → de Nederlandse overheid de samenleving bestuurt
volgens eisen van een democratie, met zeggenschap van de (belanghebbende)
burgers.
Nederland als rechtsstaat → de Nederlandse overheid is gebonden aan algemene
en specifieke rechtsnormen (‘rule of law’).

Democratische rechtsstaat:

1

, - Volkssoevereiniteit (gedachte: grondslag van de overheidsmacht ligt bij de
burgers)
* Democratie = staatsbestel waarvan deze gedachte de grondslag is.
- Machtenscheiding; ‘checks and balances’.
o Wetgevende macht: normeren van het gedrag van overheid en
burgers.
o Uitvoerende macht: voert de besluiten van de wetgevende macht –
de wetten – uit.
o Rechtsprekende macht: beschermt de burgers, en controleert
daarmee ook of de uitvoerende macht zich aan het recht houdt.
- Verantwoordelijkheid;
Bestuursorganen zijn direct of indirect verantwoording verschuldigd aan
een vertegenwoordigend lichaam; verantwoordingsplicht. Hierdoor kunnen
volksvertegenwoordigingen controlerende invloed uitoefenen op de
handelingen van de uitvoerende macht.
- Openbaarheid van bestuur; bestuursorganen zijn verplicht tegenover
burgers een zekere mate van openbaarheid te betrachten.

Rechtszekerheidsbeginsel:
(zorgplicht voor de overheid om de rechtszekerheid te bevorderen vloeit hieruit
voort)
- Formele → ziet op een duidelijke begrenzing van bestuursbevoegdheid en
op ondubbelzinnigheid in de bepalingen van de rechtspositie van de
burger.
- Materiële → houdt in dat het geldende recht ook werkelijk toepassing vindt
en dat besluiten in beginsel niet met terugwerkende kracht aan burgers
mogen worden tegengeworpen.
o Vertrouwensbeginsel: algemene beginsel van behoorlijk bestuur dat
gerechtvaardigde verwachtingen van een burger, opgewekt door
handelen of nalaten van de overheid, zo enigszins mogelijk moeten
worden gehonoreerd.
Functie:
- Afwerend;
- Activerend.

Gelijkheidsbeginsel:
Processuele functie → als de burger voldoende twijfel weet te wekken,
drukt de onderzoeks- en bewijslast op het bestuursorgaan, mits de burger tijdig
komt met zijn lijstje met gelijke gevallen.

Beginsel van procedurele autonomie: het Unierecht bemoeit zich in beginsel niet
met de wijze waarop het in de Nederlandse rechtsorde wordt toegepast.
- Gelijkwaardigheidsbeginsel → regels van nationaal procesrecht voor
vorderingen waarbij Europees recht wordt ingeroepen, mogen niet
ongunstiger zijn dan voor vorderingen die nkel gebaseerd zijn op nationaal
recht.
- Effectiviteits- of doeltreffendheidsbeginsel → deze (niet-discriminatoire)
regels ‘de uitoefening van de door het gemeenschapsrecht verleende
rechten in de praktijk niet onmogelijk of uiterst moeilijk maken’.

Nationaal bestuursrecht en besluiten van nationale bestuursorganen die in strijd
zijn met het recht van de EU, moeten buiten toepassing worden gelaten.
Costa – ENEL
Van Gend & Loos
Doorwerkingsinstrumenten (om voorrang te garanderen):
- Rechtstreekse werking → inroepbaarheid van Europeesrechtelijke normen
voor de nationale rechter. Bestuursorganen hebben de plicht rechtstreeks
werkend Unierecht toe te passen.
2

, - Conforme interpretatie ≈ verzoenende interpretatie → rechterlijke plicht
om het nationale recht zo veel mogelijk te interpreteren overeenkomstig
het Europese recht.

Hoofdstuk 2
Een bestuursorgaan is de eenheid waaraan bestuursrechtelijke bevoegdheden,
rechten en plichten kunnen toekomen. De eigen ‘persoonlijkheid’ van die
eenheid heeft een aantal kenmerken:
- Een bestuursorgaan oefent de bevoegdheid uit op eigen naam en
verantwoordelijkheid;
- Wordt een bevoegdheidsuitoefening in beroep bestreden, dan treedt het
bestuursorgaan in beroep als verwerende procespartij;
- Bestuursorganen kunnen in een bestuursrechtelijke voorziening ook als
eisende of appellerende partij optreden;
- Bestuursorganen bezitten over het algemeen geen eigen vermogen.

Een bevoegdheid die aan een bestuursorgaan is toegekend, moet door mensen
worden uitgeoefend. De handen en voeten van het bestuursorgaan zijn de
handen en voeten van degenen die zijn aangewezen om de functie van het
orgaan uit te oefenen → ambtsdragers.

Is een bestuursrechtelijke bevoegdheid toegekend aan een orgaan, dan kan
onderscheiden worden die bij de uitoefening van de bevoegdheid zijn betrokken:
- Het bestuursorgaan: een niet reëel, maar rechtens bestaande persoon;
- Een reëel persoon of meerdere reële personen die het bestuursorgaan
‘bemenst’/‘bemensen’ en zo diens functie uitoefent/uitoefenen;
- Reële personen die bij die uitoefening behulpzaam zijn.

Bestuursorgaan:
1. Rechtspersoon;
2. Krachtens publiekrecht ingesteld;
ex 2:1 BW, ontstaan van een rechtspersoon, ingesteld krachtens
publiekrecht, gezocht moet worden in de wet.

Art. 1:1¹ (a) Awb
Bestuur als organisatie;
= niet vereist dat openbaar gezag wordt uitgeoefend.
Fulltime bestuursorgaan → ‘echte’ overheid. Organen die altijd bestuursorgaan
zijn en daarom voor hun hele doen en laten onder de werking van de Awb vallen.

Art. 1:1¹ (b) Awb
Bestuur als activiteit;
= beschikken over openbaar gezag is vereist.
Partime bestuursorgaan → organen die slechts voor een beperkt deel
bestuursorgaan zijn en onder de Awb vallen.

Openbaar gezag → valt samen met het (kunnen) uitoefenen van een
publiekrechtelijke bevoegdheid waarmee de rechtspositie van rechtssubjecten
(hun rechten en/of plichten) wordt bepaald.

Belanghebbende ex 1:2 → degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is
betrokken.
OPERA
Objectief bepaalbaar: objectief bepaalbaar belang treffen; een subjectief belang
(bv. smaak, gedachten) volstaat niet.
Persoonlijk belang: persoon moet zich voldoende onderscheiden van willekeurige
anderen.

3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller CharlotteJozinaMaria. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21  19x  sold
  • (3)
Add to cart
Added