Samenvatting Politics, Media and Communication Hoorcolleges 1 tot en met 6 - Voorbereiding op Deeltentamen 1 - Universiteit van Amsterdam
87 views 2 purchases
Course
Politics, Media and Communication (7322E060FY)
Institution
Universiteit Van Amsterdam (UvA)
Dit document bevat een uitgebreide samenvatting van de hoorcolleges 1 tot en met 6 voor het minorvak Politics, Media and Communication aan de Universiteit van Amsterdam.
Het document dient als een zeer goede voorbereiding voor deel- en eindtentamen . Met behulp van mijn samenvatting(en) heb ik ...
Politics, Media and Communication (7322E060FY)
All documents for this subject (1)
Seller
Follow
DeAmsterdamsePoliticoloog
Reviews received
Content preview
SAMENVATTING POLITICS, MEDIA AND
COMMUNICATION DEELTENTAMEN 1
HOORCOLLEGE 1:
INTRODUCTION TO POLITICS, MEDIA AND
COMMUNICATION
LEESMATERIAAL LECTURE 1
• Antonova (2020).
o https://www.bellingcat.com/news/2020/04/15/satanic-vaccines-and-satire-gone-
wild-covid-19-disinfo-meets-religion/
• Barbera et al. (2018).
o https://canvas.uva.nl/courses/18801/files/3005875?module_item_id=641280
THE FUNCTIONS OF MEDIA AND THE DIFFERENT LOGICS OF POLITICAL
COMMUNICATION
• In het boek van Philip van Praag (2017), Political Science and Changing Politics, wordt
het onderscheid gemaakt tussen de verschillende functies die de (nieuws) media hebben:
,o Een informatieve functie.
§ Ze informeren mensen over huidige gebeurtenissen en ontwikkelingen.
o Een platform of expressieve functie.
§ Ze moeten mensen van verschillende kanten laten zien, die bepaalde
standpunten verdedigen, en er zijn ook veel discussies over het gegeven of
de media wel een voldoende ruimte bieden als platform voor mensen die
verschillende meningen willen uitdrukken.
o Het zijn van een check on power.
§ Als derde zijn de media ook erg vaak verbonden aan het idee van hen als
een check on power. Dit komt voort uit het idee omtrent de Trias Politica
van Montesquieu, waarbij wordt beargumenteerd dat de media wellicht een
vierde macht zouden kunnen vormen als een onafhankelijke open
controlefunctie van deze drie overheidstakken. Ze zouden bijvoorbeeld
kunnen helpen bij een gebrek aan oppositie in een land of als een
reflectiemechanisme voor een uitvoerende macht à kortom de media
faciliteren het checken van de machten.
o Een entertainment functie.
§ Deze vierde functie is iets meer omstreden. In de afgelopen jaren zijn de
nieuwsmedia bekritiseerd wegens het steeds meer gericht zijn op
entertaining in plaats van informatief. Vroeger was in Nederland het acht
uurjournaal veel meer gericht als informatief medium, terwijl we
tegenwoordig veel meer human interest terugzien in vergelijking tot in het
verleden.
,• Er ligt geen focus op Nederland in deze cursus, maar de soorten logica zijn ook toepasbaar
op andere landen à er is echter wel een US-bias in deze cursus.
• De eerste periode in Nederland wordt gekarakteriseerd door partijlogica.
o Deze periode wordt beschreven als pillarization, tegenwoordig zouden we echter
spreken van polarisatie. Dit betekende dat in Nederland drie tot vier verschillende
zuilen waren, die onafhankelijk waren van elkaar: de protestantse, katholieke,
socialistische en liberale zuil. Als je leefde in een zuil dan had je weinig tot geen
interactie met mensen uit andere zuilen (deze zuilen waren ook in zekere zin
geografisch bepaald). Dus de media volgden deze zuillogica destijds en de
‘littekens’ hiervan zijn eveneens terug te zien in het medialandschap van
Nederland. Zo was de Volkskrant een krant voor de katholieken, de NRC liberaal,
het Parool socialistisch en NRC protestants. Voor de Tv-zenders idem dito: VARA
was socialistisch, VPRO liberaal en NCRV protestants. Dit is hoe de media
georganiseerd waren en journalisten identificeerden zich ook met een partij.
Daarnaast was journalistiek conform de belangen van de zuil en de agenda werd
gezet door de politieke partij. Dit kun je dus voorstellen op een manier, waarbij
mensen van de Arbeiderspartij ook in de redactie van het Parool zaten. Het nieuws
was gekleurd, maar ook inhoudelijk.
• Vervolgens vond de ontzuiling plaats en ontstond er een nieuwe logica, namelijk: de
publieke logica.
o Sommige mediabedrijven verdwenen uit dit pilarentijdperk, andere hielden vast
aan hun pilaaridentiteit, maar het werd losser. Er is ook een transitie in hoe
journalisten zichzelf identificeerden. Men identificeerde zich niet meer met een
politieke partij, maar met het publieke goed. Het creëren van nieuwsverhalen ging
echt over het vertegenwoordigen van mensen op een manier, waarop de
journalisten meenden dat dit het beste in het belang van de mensen was.
Journalisten worden assertiever en kritischer over het systeem en het nieuws zelf
werd veel meer beschrijvend en bleef inhoudelijk.
• In een derde periode vanaf 1990 ontstond er een nieuwe logica, namelijk: media logica.
o In deze logica identificeerden de media zich niet meer met het publieke goed, maar
met het publiek. Hierin is een wezenlijk verschil. Journalisten kijken veel meer
naar opiniepolls en doen onderzoek naar welke nieuwsitems meer gewaardeerd
worden door het publiek. Vroeger schreven journalisten artikelen met het oog op
, dat het in het publieke goed is, maar ze begonnen te schrijven omdat ze meenden
dat het publiek het zal waarderen. In plaats van dat er geschreven wordt voor de
burgers worden deze burgers eerder gezien als consumenten. In deze tijd begint de
rol van journalistiek ook meer te veranderen in een dominantere en meer
entertaining functie, omdat dit verkoopt. Hierdoor zijn de artikelen
interpreteerbaar, maar ook minder inhoudelijk.
DE MACHT VAN DE MEDIA (I)
• Een ander aspect van de media is dat ze veel macht hebben en in het bijzonder de macht
over de nieuwsselectie (wat is in het nieuws en wat niet).
• Criteria voor selectie van nieuws (geen van deze is objectief):
o Het betreft/beïnvloedt veel mensen.
o Er zijn veel slachtoffers.
o Het is onverwachts (hond bijt man is geen nieuws, maar man bijt hond is zeker
nieuws, want het is onverwacht).
o Het is actueel, heet van de pers.
o Het gebeurt dichtbij (belangrijk kritiekpunt, zoals in gevallen van oorlogen in
Afrika met veel doden en dat zulke onderwerpen weinig worden besproken).
o Het is negatief. Er is een negativity bias in nieuwsselectie en hoe we nieuws
verwerken.
o Het gaat over mensen aan de top.
o Het is ondubbelzinnig. Als nieuws veel verschillende kanten heeft dan is het lastig
te begrijpen en dit vermindert de kansen dat het nieuwswaardig wordt.
• In praktijk: voorkeuren/perspectieven van journalisten en zelfs eigenaren spelen een rol in
de selectie van het nieuws.
DE MACHT VAN DE MEDIA (II)
• Framing.
o Strategic framing (politiek als oorlog/wedstrijd).
o Conflict framing (politiek als een chicken hen).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DeAmsterdamsePoliticoloog. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.72. You're not tied to anything after your purchase.