Samenvatting Drugs en alcohol; gebruik, misbruik en verslaving, ISBN: 9789031350599 Leefstijl Van Jongeren 1
45 views 3 purchases
Course
Leefstijl Van Jongeren 1
Institution
Hogeschool Van Amsterdam (HvA)
Book
Drugs en Alcohol. Gebruik misbruik en verslaving
Voor het vak Leefstijl van jongeren 1, is er een tentamen over dit boek. Door middel van de desbetreffende hoofdstukken te hebben samengevat, heb ik een 9 gehaald.
Bachelor Tweedegraads Docent Leraar Gezondheidszorg En Welzijn
Leefstijl Van Jongeren 1
All documents for this subject (2)
Seller
Follow
ashleyspost
Reviews received
Content preview
Hoofdstuk 1 Wat zijn drugs en hoe werken ze?
Definitie drugs
Drugs zijn stoffen die het normale functioneren van ons centrale zenuwstelsel beïnvloeden. Zij
veranderen de manier waarop de zenuwen en hersenen werken, zodat iemand zich door drugs blij en
actief kan voelen of de buitenwereld op een ander manier kan ervaren.
Er is pas sprake van drugs als die invloed door de gebruiker gezocht wordt en geen medisch doel
dient. Oftewel: drugs zijn stoffen die het functioneren van het centrale zenuwstelsel veranderen en
die gebruikt worden met het doel het bewustzijn te veranderen zonder dat daarvoor een medische
indicatie is.
De meeste drugs hebben een plantaardige oorsprong.
Er is sprake van designer drugs als er chemische veranderingen worden aangebracht met de
bedoeling een nieuwe drug te maken.
Voordeel van chemisch gefabriceerde drugs is dat de dosis makkelijk te bepalen is. Bij drugs van
plantaardige herkomst is dat veel moeilijker.
Soorten drugs naar effect
Er zijn 3 soorten drugs als ze worden ingedeeld naar het effect dat ze veroorzaken op het bewustzijn.
1. Verdovende middelen. Deze maken iemand rustig, blij en verminderen angst. Bij kleine
hoeveelheden ervaren mensen het middel niet als verdovend, maar geeft het een fit gevoel.
Dit komt doordat de gevoelens van vermoeidheid en ‘geremd zijn’ verdoofd worden. Het
gaat om stoffen als alcohol, opium, morfine, heroïne, slaap- en kalmeringsmiddelen. De
lichamelijke effecten van deze middelen zijn o.a. vertraagde hartslag en ademhaling. De
spieren ontspannen en de zintuigen functioneren minder goed. Soms is er sprake van kleine
pupillen en obstipatie. Bij hogere doses kan de ademhaling geheel uitvallen.
2. Stimulerende middelen. Deze maken iemand energiek, alert en opgewekt. Het
zelfvertrouwen neemt toe en de gebruiker denkt de hele wereld aan te kunnen. De
concentratie is beter en er is het gevoel beter na te kunnen denken. Het gaat om stoffen als
nicotine, cafeïne, cocaïne, efedra, amfetamine, xtc en khat. Lichamelijke effecten zijn
versnelde hartslag en ademhaling en verminderde eetlust. De spieren spannen, de bloeddruk
gaat omhoog en de pupillen worden groter. Blaas en darmen willen zich ledigen.
3. Middelen die de zintuiglijke ervaringen veranderen. Bij waarnemingsveranderende middelen
gaat het om stoffen die ervoor zorgen dat iemand de buitenwereld anders waarneemt dan
normaal. De gebruiker ziet kleuren intenser, vormen veranderen of ziet dingen die er niet
zijn. Tijd gaat langzaam of staat stil. Ruimtes worden groter of kleiner. De stoffen die tot de
waarnemingsveranderende middelen behoren zijn lsd, psilocybine bevattende
paddenstoelen, sommige cactussoorten en allerlei planten uit het tropisch regenwoud.
Lichamelijke effecten zijn o.a. een iets versnelde hartslag en verhoogde bloeddruk. Verder
verwijden de pupillen en gaat de gebruiker licht transpireren. Hij kan ook misselijk worden.
Drugs veroorzaken meestal meerdere effecten en de effecten zijn ook afhankelijk van de dosis.
Alcohol ontspant, maar bij kleine doses voelt iemand zich fitter. Hasj en wiet ontspannen oom, maar
kunnen in hoge doses ook tripeffecten geven. MDA, een op xtc lijkende stof, veroorzaakt zowel
opwekkende als tripeffecten.
Het blijkt dat mensen ook van bepaalde gedragingen in een roes kunnen raken. Een natuurlijke roes
is minder riskant dan een door drugs opgewekte roes. Mogelijk prikkelen drugs de hersendelen die
bij het roestvlek betrokken zijn op een veel langduriger manier, dan bijvoorbeeld bij hardlopen het
geval is. Het lichaam herstelt dan moeilijker.
Samenvatting leefstijl van jongeren 1 Drugs en alcohol 1
,Redenen en motieven voor drugsgebruik
Er zijn redenen om met gebruik te beginnen en redenen om ermee dor te gaan. De redenen om
ermee te beginnen liggen bij de gebruiker en zijn omgeving. Beschikbaarheid en/of aanbod van drugs
kan iemand overhalen om met drugs te beginnen. Beginnende druggebruikers die doorgaan met
gebruik doen dat om uiteenlopende redenen.
Mensen gebruiken om positieve en negatieve redenen. Negatieve redenen zijn bijvoorbeeld ‘om
lekkerder in je vel te zitten’, ‘om te kunnen slapen’, ‘als kalmeringsmiddel’. Gebruik als ontspanning
kan een negatieve redenen zijn als iemand zonder dat gebruik niet meer tot ontspanning kan komen.
Bij negatieve redenen wordt snel, vaak (dagelijks) en veel gebruikt. Verslaving ligt dan op de loer.
Gebruikspatronen
Er zijn verschillende typen gebruikers. De meeste mensen gebruiken recreatief of uit gewoonte. Een
kleine groep gebruikt excessief of is verslaafd.
Er zijn 5 soorten gebruikers te onderscheiden.
1. De experimentele gebruiker is in de eerste plaats nieuwsgierig naar het effect. Hij wil de
effecten van de drugs ervaren. Het gebruik blijft beperkt tot maximaal enkele keren en in het
gebruik zit geen vast patroon.
2. De recreatieve gebruiker is niet langer nieuwsgierig. Hij kent het effect immers al. De
recreatieve gebruiker wil het effect doelbewust ervaren. Hij is uit op het effect en wil van
stemming veranderen. In het gebruik zit nog geen regelmatig patroon, het vindt
onregelmatig plaatst.
3. De gewoontegebruiker gebruikt volgens een bepaald patroon. Elke dag, elk weekend of
iedere keer als hij uitgaat wordt er gebruikt. De gebruiker heeft controle. Een begin van
verlangen naar de drug kan ontstaan als op het geplande tijdstip niet gebruikt kan worden,
maar dit verlangen is nog makkelijk te overwinnen.
4. De excessieve gebruiker gebruikt veel en regelmatig. Het gebruik heeft duidelijk gevolgen
voor school, werk, relaties en gezondheid. Ondanks deze negatieve consequenties gaat de
gebruiker door met het gebruik. Er begint ook een duidelijk verlangen naar drugs te
ontstaan.
5. De verslaafde gebruiker verlangt naar gebruik. Aan dit verlangen kan bijna geen weerstand
geboden worden. Het gebruik roept steeds meer problemen op, maar ondanks deze
problemen gaat hij gewoon door met gebruik. Het gebruik van drugs neemt steeds meer tijd
in beslag en gaat het dagelijkse leven overheersen. Soms probeert de gebruiker te stoppen,
maar meestal mislukt dit.
Opname, werking en afbraak
De snelheid waarmee drugs de hersenen bereiken bepaalt het verslavend effect. De snelheid van het
effect hangt af van waar de drugs terechtkomen: eerst in de grote of meteen in de kleine
bloedsomloop. De grote bloedsomloop voorziet alle organen van zuurstof en loopt van het hart naar
de organen en weer terug naar het hart. De kleine bloedsomloop zorgt ervoor dat het bloed weer
zuurstof opneemt en loopt van het hart naar de longen en weer terug. De duur van de totale
bloedsomloop is een minuut.
Drugs kunnen op verschillende manieren in het bloed komen:
- Eten, drinken of slikken. Drugs als alcohol, amfetamine, xtc en slaap- en kalmeringsmiddelen
kunnen gedronken, gegeten of geslikt worden. De drugs komen via mond, maag en darmen
in het bloed terecht. Na de darmen passeert het bloed de lever waar een deel van de drug
wordt afgebroken (first pass effect). Na de lever gaat het bloed naar het hart en het hart
pompt het bloed naar de longen en weer terug. Pas dan pompt het hart het bloed met de
drugs naar alle organen, waardoor de hersenen. De effecten bij eten, drinken of slikken
komen na 20-30 minuten op gang.
Samenvatting leefstijl van jongeren 1 Drugs en alcohol 2
, - Roken/inhaleren. Drugs als tabak, cannabis, heroïne en basecoke kunnen gerookt of
geïnhaleerd worden. Bij roken neemt men steeds een trekje, waardoor de totale dosis niet in
1x wordt genomen maar in delen. De stoffen komen bij roken via de longblaasjes in het
bloed terecht. De stoffen zitten dan meteen in de kleine bloedsomloop en hoeven niet eerst
de lever te passeren. Het hart pompt het bloed vervolgens naar alle organen. Roken of
inhaleren is de snelste methode om de effecten van drugs te voelen. Binnen 7-10 seconden
kunnen deze al optreden.
- Spuiten. Drugs als heroïne, cocaïne en amfetamine kunnen door sluiten in een ader in de
bloedbaan gebracht worden. Het is ook mogelijk om in de spieren of direct onder de huid te
spuiten. Bij spuiten treedt een intense flash op die vergelijkbaar is merkt een seksueel
orgasme. Het risico op een overdosis is groot en kunnen er allerlei onzuiverheden in de
bloedbaan terechtkomen. De drug gaat via de aders naar het hart. Darm, maag en lever
hoeven niet eerst gepasseerd worden. In het hart doorloopt het bloed met de drugs eerst de
kleine bloedsomloop, waarna het in de grote bloedsomloop terechtkomt. De effecten treden
na 15-30 seconden op. Spuiten in een spier of direct onder de huid geeft effecten na 3-5
minuten.
- Snuiven. Cocaïne wordt gesnoven. Het lost in het neusslijmvlies op, waarna het in de
bloedbaan terechtkomt. Vervolgens gaat het bloed naar het hart, door de kleine
bloedsomloop en naar de hersenen. Bij snuiven bereiken drugs sneller de hersenen dan bij
eten, de maag, darmen en lever hoeven niet eerst gepasseerd te worden. De effecten treden
na enkele minuten op.
- Absorberen via de huid. Drugs kunnen ook via de huid in het bloed terechtkomen. Nicotine
komt met nicotinepleisters via de huid in het bloed terecht. Nicotine wordt dan over lange
tijd gelijkmatig afgegeven. De effecten treden pas na lange tijd op, 1-2 dagen.
Eenmaal in de bloedbaan opgenomen, bereiken de drugs via de bloedsomloop elk orgaan, weefsel en
lichaamsvocht. Daar worden ze of genegeerd, opgeslagen, afgebroken of ze beïnvloeden de werking
van het orgaan. Belangrijk is dat de effecten van alcohol en drugs afhankelijk zijn van de hoeveelheid
bloed. De effecten op de organen hangen ook af van de doorbloeding van de organen. Het bloed met
drugs stroomt naar alle organen, waaronder de hersenen. Het hersenen heeft een bloed-
hersenenbarriere. Alcohol en drugs kunnen deze wand passeren. Sommige drugs passeren deze
barrière makkelijker dan andere drugs/
Alcohol en drugs beïnvloeden de werking van de zenuwen. Drugs beïnvloeden de prikkeloverdracht
tussen de zenuwen en vervolgens geven de zenuwen via chemische stofjes signalen aan elkaar door.
Deze stofjes worden overdrachtstoffen of neurotransmitters genoemd. Drugs zorgen ervoor dat de
neurontransmissie toe- of afneemt, waardoor de zenuwen extra of minder geprikkeld worden. Dit
geeft allerlei effecten en het optreden van verschillende lichamelijke processen.
Vanuit de hersenen komen de drugs weer in het bloed terecht en worden vervolgens door de lever
afgebroken. Bij elke drug gaat de afbraak anders, maar meestal wordt de drug afgebroken tot een
bepaalde stof die vervolgens weer afgebroken wordt in andere stoffen.
Als een drug snel wordt afgebroken, zijn de effecten ook van kortere duur.
Halfwaardetijd is de tijd die het lichaam nodig heeft om de concentratie van een stof in het bloed
met de helft te verminderen. Bij cocaïne is de halfwaardetijd ongeveer een uur, bij xtc ongeveer 8
uur, bij heroïne enkele minuten. Heroïne wordt eerst afgebroken tot morfine en de halfwaardetijd
van morfine is 2 uur.
Na de afbraak door de lever worden de afbraakstoffen uitgescheiden. Dit gebeurt meestal door de
nieren, maar een deel van de uitscheiding gaat ook via de ademhaling en transpiratie. De zuivering
vindt plaats in de nefronen, de filters van de nieren.
Samenvatting leefstijl van jongeren 1 Drugs en alcohol 3
, De nefron bestaat uit ene bekervormige kop met daaraan een lange lusvormige buis. In de
bekervormige kop zit een kluwen van bloedvaatjes. Door de bloeddruk wordt vocht met allerlei
stoffen, waaronder de afbraakstoffen of de drugs, door de wand van het nefron geperst. Nuttige
stoffen worden verder in de afvoerbuis van het nefron weer aan het bloed teruggegeven, terwijl de
afbraakstoffen en andere afvalstoffen via de urinebuizen worden afgevoerd naar de blaas. Op die
manier raakt het lichaam de toegediende drugs weer kwijt.
Bij testen op drugs wordt meestal getest op de afbraakproducten in de urine. Scoort men positief op
de afbraakstoffen, dan is gebruik van de drug aangetoond. Bij de meeste drugs kan 2-4 dagen na
gebruikt aangetoond worden dat er gebruikt is, bij GHB is dat 12 uur, bij heroïne 3-5 dagen en
cannabis is tot 3 weken aantoonbaar. Drugs zijn dus langer aantoonbaar in urine dan in het bloed.
Werking van de hersenen
Het menselijk zenuwstelsel bestaat uit het centrale (hersenen en ruggenmerg) en perifere
zenuwstelsel. Het perifere zenuwstelsel ontvangt signalen uit de buitenwereld en geeft deze door
aan het centrale zenuwstelsel. Deze interpreteert het signaal en zend vervolgens allerlei
boodschappen naar verschillende delen van het lichaam. Het perifere zenuwstelsel bestaat uit een
willekeurig en een autonoom deel. Het willekeurige zenuwstelsel regelt de bewegingen die de mens
onder controle heeft. Het autonome zenuwstelsel regelt de functies die de mens niet onder controle
heeft en bestaat uit een sympathisch en parasympathisch deel. Het sympathische deel zorgt ervoor
dat het lichaam goed reageert op stress of dreiging. Het zorgt ervoor dat de hartslag gestimuleerd
wordt, de luchtwegen zich uitzetten en de spieren zich spannen. Het parasympasthische deel brengt
het lichaam weer in rust wanneer de dreiging voorbij is waarbij hartslag en ademhaling weer omlaag
gaat. Cocaïne en amfetamine stimuleren het sympathische deel. Heroïne stimuleert het
parasympathische deel van het autonome zenuwstelsel.
De hersenen bestaan uit een oud primitief deel en een in evolutie ontwikkeld nieuw deel. Het oude
deel bestaat onder andere uit de hersenstam en de middenhersenen. Een belangrijk onderdeel van
de oude hersenen is het beloningscentrum. Het nieuwe deel (neocortex) is het rationele deel van de
hersenen. Het zorgt ervoor dat de mens informatie kan interpreteren, begrijpen en beoordelen.
Vanuit de hersenstam worden vitale functies als ademhaling, hartslag, bloeddruk, spijsvertering en
slapen bestuurd.
De middenhersenen zijn betrokken bij onbewust instinctief gedrag, emoties en stemmingen. Een
belangrijk onderdeel van de middenhersenen is het beloningscentrum. Het beloningscentrum zorgt
ervoor dat bepaalde gedragingen met een prettig gevoel beloond worden. Alcohol en drugs zijn ook
in staat om het beloningscentrum op een zeer krachtige manier te prikkelen.
Bij het ontstaan van verslaving zijn van belang:
- Het beloningscentrum. Iemand met een slecht functionerend beloningscentrum zal extra
gevoelig zijn voor het gebruik van drugs. Werkt het beloningscentrum normaal, dan zal de
krachtige prikkeling van drugsgebruik een te sterk en negatief effect kunnen hebben.
Bepaalde genen kunnen verantwoordelijk zijn voor het verminderd functioneren van het
beloningscentrum. Door langdurig drugsgebruik zal het beloningscentrum ook minder goed
gaan functioneren.
- Het geheugen. Het positieve gevoel na gebruikt en de situatie waarin het gebruik plaatsvond,
worden door de middenhersenen in het geheugen opgeslagen en vormen zeer sterke
herinneringen.
- De nieuwe hersenen. De nieuwe hersenen vormen het rationele deel van de hersenen. Een
deel van de nieuwe hersenen heeft tot taak om conflicten tussen verlangens en rationele
overwegingen in goede banen te leiden. De middenhersenen zullen geneigd zijn om aan het
Samenvatting leefstijl van jongeren 1 Drugs en alcohol 4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ashleyspost. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.65. You're not tied to anything after your purchase.