Inhoud
Probleem 1.......................................................................................................... 2
Hoe worden beperkte (genots)rechten geregeld/gevestigd? Hoe kan het
anders?............................................................................................................ 3
Blijven rechten (overpad enz.) in stand bij verkoop? (vanuit beide partijen
gezien)............................................................................................................. 6
Hoe is natrekking geregeld?............................................................................. 6
Probleem 2........................................................................................................ 10
Wat is retentierecht?...................................................................................... 10
Wat kan je allemaal als onderpand gebruiken? (soorten goederen)...............12
Hoe moet je zekerheidsrechten vestigen?.....................................................12
Kun je afspreken dat iemand anders je schuld betaald als jij het niet meer
kan? (borg/garantstellen)............................................................................... 19
Probleem 3........................................................................................................ 20
A..................................................................................................................... 20
Kun je zekerheidsrechten vestigen voor toekomstige vorderingen?..............20
Wat zijn de gevolgen als een vordering wordt overdragen terwijl het niet
mocht?........................................................................................................... 20
Wat gebeurt er met zekerheidsrechten als er wordt betaald?........................21
Wat gebeurt er met de hypotheek als de vordering wordt verkocht?............21
B..................................................................................................................... 22
Wat is levering C.P.?....................................................................................... 22
Kan een zekerheidsrecht worden gevestigd op een goed dat niet jouw
eigendom is?.................................................................................................. 22
Wat gebeurt er met de auto’s? (casus)..........................................................24
Probleem 4........................................................................................................ 25
A..................................................................................................................... 25
1. Wat houdt faillissement in? En wat zijn de gevolgen?................................25
2. Welke schuldeiser heeft als eerst recht op zijn vordering?.........................25
3. Werkt revindicatie ook bij faillissement?....................................................28
B..................................................................................................................... 29
4. Wat zijn de gevolgen van transacties na faillissement?.............................29
5. Wat zijn de taken van curator?...................................................................30
Probleem 5........................................................................................................ 33
2. Wat zijn toekomstige goederen?................................................................33
1
, 1. Kan pandrecht worden gevestigd op toekomstige roerende zaken?..........33
3. Hoe werkt het eigendomsvoorbehoud?......................................................33
4. Wat gebeurt er als zekerheidsrechten onderling botsen of botsen met
eigendomsvoorbehoud? (casus)....................................................................37
5. Hoe werkt pandrecht als voorbehoud?.......................................................38
Probleem 6........................................................................................................ 41
1. Is het mogelijk een hypotheek op een oudere lening te vestigen? (HEEL
KORT)............................................................................................................. 41
2. Wat zijn boedelschuldeisers?.....................................................................41
3. Mag je verrekenen bij faillissement? Wanneer mag je verrekenen bij
faillissement?................................................................................................. 42
4. Mag je iets uit de boedel halen wat er per abuis is ingekomen?................43
5. Wat als er een tekort is in het faillissement?..............................................43
6. Mag de curator rechtshandelingen van voor het faillissement terugdraaien?
....................................................................................................................... 44
Probleem 7........................................................................................................ 47
Kan een bank een pandrecht zelf vestigen?...................................................47
Kan een pandrecht op bestaande/toekomstige vorderingen worden
gevestigd? Hoe?............................................................................................. 47
Wat gebeurt er met het pandrecht na faillissementen? (Wie is bevoegd de
vordering te innen? Moet de curator informatie verstrekken aan de
pandhouder? Wat zijn de gevolgen als de vorderingen door de curator worden
geïnd?)........................................................................................................... 50
Probleem 8........................................................................................................ 52
Uitwerken casus............................................................................................. 52
2
, Probleem 1
Bronnen:
Goederenrecht (Snijders/Rank-Berenschot): hoofdstukken 1 en 3
Prioriteitsbeginsel
De werking van een goederenrechtelijk recht op een goed tegenover
derden impliceert dat geen enkele derde op dat goed ook een
goederenrechtelijke recht kan vestigen anders dan met volledige
inachtneming van het eerder ontstane goederenrechtelijke recht.
verbod van doublure bij volledige en beperkte rechten.
Eisen voor goederenrechtelijke rechten
Het is een min of meer gesloten systeem.
o Justitiabelen kunnen geen nieuwe goederenrechtelijke rechten in het
leven roepen; zij zijn gebonden aan de typen goederenrechtelijke
rechten die de wet kent.
o Het gaat hier om dwingend recht.
Voor de beperkte rechten in het gesloten systeem gecodificeerd in art.
3:81, eerste zin: hij aan wie een zelfstandig en overdraagbaar recht
toekomst, kan binnen de grenzen van dat recht de in de wet genoemde
beperkte rechten vestigen.
Het toebehoren van zaken, de eigendom, is van een wettelijke grondslag
voorzien in titels 5.1-5.
Publiciteit
Goederenrechtelijke rechten moeten naar buiten toe kenbaar zijn:
o Registergoederen (3:10) over het algemeen het strengst:
Inschrijving in register: constitutieve eis voor levering (3:89)
en bezwaring (3:98 jo. 3:89);
Ingeschreven feiten kenbaar voor derden (3:23);
Vaak ‘registerbescherming’ tegen onvolledigheid (3:24),
onjuistheid (3:25 en 26).
o Niet-registergoederen publiciteitseis minder strikt.
Er kan worden volstaan met bezitsverschaffing (3:90 lid 1),
subsidiair een akte (3:95).
Bij levering van vorderingen kan veelal volstaan worden met
een akte en mededeling daarvan aan de debiteur van de
vordering (art. 3:94).
594…
Redelijkheid en billijkheid zijn niet zonder meer op het goederenrecht van
toepassing verklaard (6:216).
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lauraspekreijse. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.27. You're not tied to anything after your purchase.