Antoine Braet, Retorische Kritiek met toevoegingen uit De Eerste Minuten
Hoofdstuk 1: inleiding
Onderwerp, doel en werkwijze van dit boek
Retoriek: de retorische middelen om een tekst doel- en publiekgericht te maken. Het draait hierbij om
boeiendheid, duidelijkheid en aannemelijkheid. De kunst van het retoriek is om zo veel mogelijk aan
deze eisen te voldoen en hun negatieve tegenpolen te vermijden.
Retorische analyse en kritiek: dit boek dient als doel om van de lezer een betere retorische criticus te
maken. Een goede retorische criticus kan nagaan of er voor de juiste retorische middelen is gekozen
door een spreker. Dit veronderstelt een algemeen verstand van de retorische middelen, maar ook een
vermogen tot inschatting van bijzondere gevallen, specifieke situaties waarin retorische middelen
gebruikt worden.
Klassieke retorica: de retoricaleer uit de klassieke Griekse en Romeinse oudheid. Dit boekt grijpt
veelal terug op deze oorspronkelijke leer. In dit boek worden deze eeuwen aan inzichten
samengebracht tot één systeem. Inhoud, ordening, verwoording en presentatie vormen de
hoofdindeling. Deze klassieke leer is van alle tijden, want het vertelt over wat álle mensen doen
wanneer zij met een betoog een publiek wensen te overtuigen.
Er zijn echter meer redenen om de klassieke leer als uitgangspunt te nemen: (1) het helpt ons
moderne argumentatietheorie te begrijpen. (2) Het behandelt dingen die tegenwoordig
ondergewaardeerd worden. (3) Alle kanten van betogen komen erin aan bod, in een onderling
verband. (4) De bovengenoemde klassieke indelingen zijn nog steeds geldend.
Retorische rollen en situaties
Betogen zijn meer dan de tekst zelf. Het is relevant wie de spreker is, wie het publiek is en wat de
spreekgelegenheid is. Daarnaast bestaan er verschillende communicatiesituaties. Dit boek richt zich
op vooral op situaties met drie rollen, zoals een beginnende partij (die het argument aanvoert) een
reagerende partij en een beoordelaar. In verschillende situaties zie je deze verschillend terug:
- Het gerechtelijk proces laat de twee partijen en de beoordelaar het beste zien. De beginnende
partij (aanklager) richt zich tot de reagerende partij (de beschuldigde) en de beoordelende partij (de
rechter) reageert op basis van het betoog. Hierbij bestaan duidelijke regels voor hoe dit verloopt.
- Het politieke overleg heeft minder duidelijke rollen, die soms ook in elkaar kunnen overlopen,
maar de rollen zijn wel aanwezig. Ook bestaan er regels.
- De gelegenheidssituatie wijkt het meeste af. Denk hierbij aan een toespraak tijdens een
begrafenis. Een regel is dat je de overledene eer aan doet, maar het doel van de spreker is niet zo zeer
overtuigen, maar het goed verwoorden van gemeenschappelijke gevoelens van de beoordelaars.
- Moderne situaties: opiniepagina’s in kranten, direct mails, billboards, voorlichtingsfolders etc.
Vaak hebben deze een ander doel dan de klassieke voorbeelden, zoals bijvoorbeeld opinievorming
over het overhalen tot een aankoop.
Aandacht, begrip en aanvaarding
Drie basisvoorwaarden aan communicatie: uiterst belangrijk voor betogen en retoriek, maar eigenlijk
voor elke vorm van communicatie. De drie eisen gelden zowel voor lange verhalen als korte
uitspraken.
1
, Retorica en Argumentatie - TomasDZH
- Aandacht: betogen zijn vaak lang, men is maar matig geïnteresseerd en het vasthouden van
aandacht is daarom lastig.
- Begrip: betogen zijn vaak ingewikkeld, maar moet wel door de beoordelaars begrepen worden.
Voldoende uitleg, een heldere opbouw en begrijpelijke taal zijn daarom noodzakelijk.
- Aanvaarding: een betoog is gericht op twijfelaars en tegenstanders. Deze overtuigend is vaak
lastig.
Vaak is zelfs perfect voldoen aan deze basisvoorwaarden niet genoeg om iemand te overtuigend.
Zelfs het beste betoog kan een roker bijvoorbeeld niet gegarandeerd laten stoppen.
Ideale en reële situaties: een ideale situatie bestaat wanneer de personen tot wie het betoog gericht is
ook de ideale beoordelaars zijn. Je ziet dit het beste in een zuiver wetenschappelijke
communicatieproces. Een reële situatie zie je vaker, vooral bij massamediale persuasie. De
beoordelaars zijn hier niet perfect afgestemd op het betoog.
Hoofdstuk 2: de Retoriek van de Inhoud
Inleiding
Argumentieve en niet-argumentieve middelen: meestal is de inhoud van een betoog van
doorslaggevend belang, met name de kracht van argumenten. Voor klassieke retorici wordt de
inhoudelijke kant van betogen gezien als de eerste taak van de redenaar: het vinden of bedenken van
de inhoud van een rede. Een betoog vraagt echter om méér, zoals een paar goede grappen, een goede
opening of een slot.
Retorici onderscheiden al met al twee soorten middelen: argumentatieve middelen, gevormd door
het standpunt en de argumenten, en niet-argumentatieve middelen zoals inleidende en afsluitende
opmerkingen, achtergrondinformatie en irrationele persuasiemiddelen (ethos en pathos). Over dit
laatste gaan grote delen van dit hoofdstuk, maar nu eerst aandacht voor standpunten en argumenten.
Standpunten, verdedigingslinies en bewijslast
In klassieke retorische situaties worden drie standaardsituaties besproken waarin betogen en
discussies plaats kunnen vinden:
I. De gerechtelijke situatie: een aanklager (partij 1) moet beargumenteren dat de beschuldigde
(partij 2) schuldig is. De beschuldigde krijgt de kans om te reageren. De rechter moet bepalen of deze
overtuigd is van het betoog van de aanklager. Hoe kan een beschuldigde zich verdedigen? Ook wel de
statusleer:
1: door te ontkennen schuldig te zijn.
2: door toe te geven schuldig te zijn, maar de daad anders te omschrijven, bijvoorbeeld niet als
moord maar als doodslag.
3: door de daad te rechtvaardigen of te verontschuldigen op grond van verzachtende
omstandigheden.
4: door te beroepen op een procedurefout (‘Deze rechter is onbevoegd!).’
Volgens de retoricus Hermagoras is punt 1 het sterkste, gevolgd door punt 2, 3 en 4. Ontkennen moet
wel haalbaar zijn. Wat vervolgens het beste werkt is afhankelijk van wat in een situatie de beste kans
op slagen biedt. Voor de aanklager bepaalt de inhoud van de vier punten van de beschuldigde de
bewijslast. De rechter moet dus op alle vier de punten overtuigd worden.
II. De politieke situatie: slaat in de oudheid vooral op een situatie zoals de Atheense
volksvergadering, maar kan ook vergeleken worden met een moderne vergadering van de Tweede
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tomasdzh. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.