In het tweede jaar van de opleiding Social Work krijg je sociologie, bij ons op de Fontys had je hiervoor geen boek maar alleen maar losse artikelen, deze heb ik samengevat en vind je dus in deze samenvatting.
Week 1 Sociologie: H10 rechtvaardigheid, conflict en
emancipatie
Emancipatie (blz. 319)
- Een gevoel van onrechtvaardigheid, onvrede onzekerheid of angst is doorgaans een drijfveer
om iets te willen veranderen aan maatschappelijke verhoudingen. Vaak gaat het daarbij om
emancipatie.
Emancipatie = het proces waarin een groepering vanuit een als onrechtvaardig beoordeelde
situatie op weg gaat naar een rechtvaardigere situatie van gelijkwaardigheid en gelijke
behandeling.
- Van een emancipatiebeweging is sprake als:
1) Het een sociale beweging is die streeft naar verbetering van de maatschappelijke
positie van de sociale groep die door deze beweging wordt vertegenwoordigd.
2) De maatschappelijke uitgangssituatie als onrechtvaardig ten opzichte van andere
sociale groepen wordt ervaren.
Geschiedenis van het denken over rechtvaardigheid (blz.
321)
Rechtvaardigheid is altijd gekoppeld aan het verdelingsvraagstuk. Hierbij Gaat altijd over de verdeling
van zowel rechten als plichten.
De oudheid: talent als maatstaf (blz. 321)
- Aristoteles: als iedereen hetzelfde krijgt, dan worden ongelijken gelijk behandeld. Dit is net
zo onrechtvaardig als gelijken ongelijk behandelen. Iedereen moet krijgen wat hem toekomt,
dat wil zeggen dat iedereen moet doen en moet krijgen naar talent.
- Talent was voor de oude Grieken de maatstaf voor de vraag wat rechtvaardig is.
- Talent werd ook gekoppeld aan verplichtingen. Je moet je talent ook benutten, je hebt dus
plichten.
Er zijn twee mensen waarvan één heel mooi fluit kan spelen en de ander niet. Er is maar één fluit. Het is volgens Aristoteles
rechtvaardig om de fluit te geven aan degene die fluit kan spelen maar hij moet zijn talent dan ook benutten.
Het feodale tijdperk: de standenmaatschappij (blz. 322)
- Talent als belangrijkste verdelingsprincipe werd losgelaten.
- Standenmaatschappij: geestelijkheid, adel, burgerij en horigen. De geestelijkheid was voor
alle talentvolle toegankelijk, binnen de andere standen werd je geboren. Het erfrecht is het
instituut dat bepaalt wat recht en onrecht is.
- Rechtvaardigheid: mensen hebben het recht om te worden behandeld naar hun stand en
hebben de plicht om te handelen naar hun stand.
- Iedere stand kende zijn eigen rechten en plichten.
- ‘Dat wat is, is altijd rechtvaardig’
De Franse revolutie: het gelijkheidsbeginsel (blz. 322)
- Iedereen moet gelijk worden
- Gelijkheid en rechtvaardigheid weren synoniemen: rechtvaardigheid is een samenleving
waarin iedereen gelijk is.
- In revoluties schakelen ze afwijkende mensen af tweede wereldoorlog d.m.v. vergassing met als doel
grote gelijkmaking.
1
, Liberalisme: het dubbele rechtvaardigheidsbegrip (blz. 323)
- Verzet tegen het feodalisme en het uniformiteitsbeginsel
- Het dubbele rechtvaardigheidsbegrip: iedereen blijft formeel (t.o.v. de wet) gelijk. Maar die
gelijkheid werd genuanceerd met de maatstaf ‘verdienste’ die in de economie en private
sfeer wordt beloond. Hierbij wordt talent van Aristoteles vervangen door verdienste. Verdienste wordt in de
economie en in de private sfeer beloond.
- Wat iemand op de economische markt zelf verdient, is per definitie rechtvaardig. Want het is
op rechtvaardige wijze verkregen (de markt als instituut kan niet onrechtvaardig zijn) en de beloonde
verdienste draagt bij aan de verhoging van het welvaartspeil van de samenleving als geheel.
Socialisme en communisme: het behoeftebegrip (blz. 323)
- Verzet tegen liberale maatstaf van ‘verdienste’. Zij vinden dit onrechtvaardig omdat niet
iedereen in een gelijke relatie t.o.v. de economie of markt staat en dus niet in dezelfde mate
in staat is tot ‘verdienste’. Verschil in afkomst leidt tot een ongelijke startpositie in de maatschappij, ook al
is formeel iedereen voor de wet gelijk. Via erfrecht ontstaan er ook structureel ongelijke posities t.o.v. de markt.
- Behoeftecriterium: iedereen moet naar behoefte krijgen: zowel in termen van consumptieve
behoeften als in termen van behoeften naar talent. Baseert zich op het gegeven dat iedereen
op grond van verschil in vaardigheden en talent andere behoeften heeft om zich te kunnen
ontplooien. Een blind kind heeft meer en andere faciliteiten nodig om onderwijs te kunnen volgen dan een
ziende.
- Het is de verantwoordelijkheid van de samenleving als geheel om deze extra faciliteiten te
bieden. In ruil daarvoor mag ook van iedereen worden geëist dat hij presteert naar
vermogen, oftewel zijn sociale plicht vervult.
Hedendaagse invulling van het rechtvaardigheidsbegrip (blz. 324)
- Van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving. In de verzorgingsstaat werd zorg als een
basisrecht beschouwd.
- De naoorlogse verzorgingsstaat is gebaseerd op een stapeling van
rechtvaardigheidsbeginselen.
1) Historisch verworven rechten worden beschermd
2) Formele gelijkheid wordt gegarandeerd
3) Het verdienstencriterium
4) Het behoeftecriterium
5) Het capaciteitscriterium
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Sannedv. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.51. You're not tied to anything after your purchase.