100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Ontwikkelingspsychologie (TP1CONTWPS) $10.80
Add to cart

Summary

Samenvatting Ontwikkelingspsychologie (TP1CONTWPS)

 3 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Hierbij een zeer complete samenvatting van Ontwikkelingspsychologie. De samenvatting bevat alles wat je nodig hebt om (net zoals ik) het tentamen succesvol af te ronden. Zo bevat het teksten, tabellen, begrippen en afbeeldingen. Veel plezier en succes!

Preview 4 out of 68  pages

  • October 22, 2021
  • 68
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
WEEK 1 BABY
Fases in de ontwikkeling volgens Piaget:

1. Sensomotorische fase (Babytijd 0-2 jaar): Aan het eind van deze fase beginnen ze te
denken, dan gaat dit over naar de preoperationele fase. Baby leert door dingen te doen/
ervaren/ aanrakken/ oppakken.
2. Preoperationele fase (peuter- en kleutertijd). Leren logisch te redeneren en het denken
wordt ontwikkeld.
3. Concreet operationele fase. Ontwikkelt het concreet denken en het redeneren ontwikkelt
zich verder. Ze leren BV te rekenen.
4. Formeel operationeel. Ontwikkelt het abstracte denken.

Sensomotorische fase heeft 6 substadia:
1. Eenvoudige reflexen (0-1 jaar). BV: Zuigreflex en grijpreflex.
2. Eerste gewoonten en primaire circulaire reacties (1-4 maanden). BV: Activiteiten die een
baby steeds blijft doen. Een zachte knuffels steeds aanraken omdat het fijn aanvoelt, hierdoor
ontstaan schema’s.
3. Secundaire circulaire reacties (4-8 maanden). Het kind richt zich meer naar de
buitenwereld. Ze zien in dat ze zelf veroorzaker kunnen zijn van iets wat in de omgeving
gebeurt. BV: hun stem meer gebruiken omdat ouders daarop reageren.
4. Coördinatie van secundaire circulaire reacties (8-12 maanden). Baby’s gaan gebeurtenissen
op een gecoördineerde manier uitlokken (=intentioneel gedrag): Hij wil iets bereiken met zijn
handelingen. BV: Kan iets wegduwen om iets te pakken wat daarachter ligt. = Besef van
Objectpermanentie= Beseft dat iets wat niet zichtbaar is niet ophoudt met bestaan, maar dat
het bv achter een meubelstuk ligt en gaan ze dus opzoek naar dat onderwerp.
5. Tertiaire circulaire reacties (12-18 maanden). Wordt nieuwsgierig en gaat kijken op welke
gevolgen zijn daden hebben, ontstaat uit interesse naar de wereld. BV: Hard met een bal
gooien om te kijken wat er gebeurt.
6. Het begin van denken (18-24 maanden). Kinderen kunnen mentale representatie van
iemand/ iets maken. BV: Opzoek gaan naar iets wat niet in het zicht is zoals bv een speeltje.
Of ze kunnen doen alsof ze iets aan het doen zijn met bv speelgoed bekertjes doen alsof ze
drinken.


4 Ontwikkelingsgebieden:
Fysieke ontwikkeling – BV lengte, gewicht, veranderring lijf pubertijd
Cognitieve ontwikkeling – BV intelligentie
Sociale ontwikkeling – BV vriendschappen, relaties, scheidingen, ouderdom
Persoonlijkheidsontwikkeling – BV persoonlijkheid, karaktertrekken, ervaringen

,Fysieke ontwikkeling = Ontwikkeling die betrekking heef top de fysieke opbouw van het
lichaam, zoals de hersenen, het zenuwstelsel, de spieren, de zintuigen en de behoefte aan
eten, drinken en slaap. Ze houden zich bijvoorbeeld bezig met de effecten van ondervoeding.

Cognitieve ontwikkeling = Ontwikkeling die betrekking heeft op de manier waarop he gedrag
van mensen wordt beïnvloed door groei en verandering in de eigenschappen die de ene
persoon van de andere onderscheiden. Ze houden zich bezig met bijvoorbeeld leren,
geheugen, probleemoplossing en intelligentie.

Sociale en persoonlijkheidsontwikkeling = Ontwikkeling die bettrekking heeft op sociale
relaties en interacties met anderen en op duurzame eigenschappen die de ene persoon van
de andere onderscheiden.




Ontwikkelingsfasen:
Prenatale ontwikkeling (voor de geboorte)
Baby
Peuter/ kleuter
Schoolkind
Adolescent
Jongvolwassene

,Volwassenen
Ouderen

Leeftijdsgroepen van het kind =
1.Prenetale periode (de periode van conceptie tot geboorte)
2. Baby-en peutertijd (van geboorte tot 3 jaar)
3. Kleutertijd (van 3 tot 6 jaar)
4. Schooltijd (van 6 tot 12 jaar)
5. Adolescentie (van 12 tot 20 jaar)

Centrale vraagstukken:

-Continue verandering (= geleidelijke ontwikkeling waarbij prestaties voortvloeien uit vorige
niveaus. BV lengte en gewicht.) VS discontinue verandering (= ontwikkeling in aparte stadia
waarbij elk stadium ander gedrag oplevert dat kwalitatief anders is dan voorgaande stadia.
BV: fijne motoriek, grove motoriek, lachen, lopen.)

Continue verandering = Geleidelijke ontwikkeling waarbij prestaties op een bepaald niveau
voortvloeien uit die van de vorige niveaus.

Discontinue verandering
= Ontwikkeling die in
aparte stappen of stadia
plaatsvindt, en waarbij
elk stadium gedrag
oplevert dat kwalitatief
anders is dan gedrag in
eerdere stadia.




-Kritieke perioden (= specifieke tijd in de ontwikkeling waarin een bepaalde gebeurtenis een
grote gevolgen heeft. BV: gebrek aan liefdevolle volwassenen in de kindertijd. Heeft invloed
op de rest van je leven.) VS gevoelige perioden (= afgebakende perioden waarin de persoon
extra gevoelig is voor omgevingsinvloeden die betrekking hebben op een bepaald facet van
de ontwikkeling. BV: de eerste 6 levensjaar – de taalontwikkeling. Je ziet goed of dit goed is
aangemoedigd door ouders of juist niet.)
-Nature (= aangeboren kenmerken) VS Nurture (= kenmerken vanuit de omgeving van de
persoon.)

-Levensloop model (= vanuit het boek (opgedeeld vanuit 2 boeken). Levensloop is voor
volwassenen dat alles wat anders kan lopen per persoon.) VS focus op specifieke perioden

Sociale constructie = Een idee over de realiteit dat weliswaar breed geaccepteerd is maar
afhangt van de maatschappij en cultuur van de persoon. Zo kan het moment van adolescentie
bij iedereen verschillen maar is dit een goede richtlijn.

, Kritieke periode = Een specifieke tijd in de ontwikkeling waarin een bepaalde gebeurtenis de
grootse gevolgen heeft. Deze gevolgen zijn onomkeerbaar.

Plasticiteit = De mate waarin een zich ontwikkelend gedragspatroon of fysieke structuur kan
worden gewijzigd.

Gevoelige periode = Een afgebakende periode, meestal vroeg in het leven, waarin de persoon
extra gevoelig is voor omgevingsinvloeden die betrekking hebben op een bepaald facet van
de ontwikkeling.

Maturatie = Het proces van het zich geleidelijk ontvouwen van voorbestemde genetische
informatie.




Jean Piaget heeft veel onderzoek gedaan naar de cognitieve ontwikkeling. Volgens hem
denken we d.m.v. schema’s= mentale structuren waardoor we de wereld zien. BV: Baby heeft
schema van de moeder of hoe je moet eten.

Baby’s zijn flexibel in het aanpassen van schema’s = adaptatie. Heeft 2 vormen:
- Assimilatie = Iets nieuws plaatsen binnen hetgeen dat we al weten (schema). BV: Een baby
weet hoe een blokkendoos werkt, en kan een ster in het gat van een ster plaatsen. Dan zal hij
weten dat dit ook bij anderen vormen kan en zal dit toepassen.
- Accommodatie = Het bestaande schema wordt uitgebreid. BV: Wanneer een vormpje niet
past, gaat hij opzoek naar andere mogelijkheden. Hij komt erachter dat het ook lukt door de
deksel van de doos af te halen.
Door deze 2 vormen gaat de baby de wereld steeds beter begrijpen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller aTessa1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.80. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.80  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added