In deze samenvatting is de belangrijkste informatie uit de powerpoints weergegeven. Daarnaast staan er ook relevante voorbeelden in die je helpen de opdrachten tijdens het tentamen beter te kunnen maken.
Finance en accounting lesweek 1
Definitie: Een onderneming produceert goederen of diensten en streeft naar winst.
Algemene economie
Bestudeert relaties tussen consumenten en producenten.
Micro-economie
gaat over prijsvorming op markten.
Macro-economie
gaat over de welvaart van het hele land.
Bedrijfseconomie (hier gaan we het vooral over hebben)
bestudeert het economisch handelen binnen organisaties die producten of diensten leveren.
Hierbij spelen begrippen als efficiency (zo snel en goed mogelijk), effectiviteit, winst en
streven naar continuïteit (voortgang zonder onderbreking) een grote rol.
Onderneming:
Productie-organisatie die naar winst streeft:
Productie= omzetting van productiemiddelen in producten.
Organisatie= samenwerkingsverband van arbeid en kapitaal.
Winst= opbrengst producten > kosten productiemiddelen.
Dit hoort bij een bedrijf:
Kano (kapitaal (spullen die je kan vastpakken), arbeid, natuur (grondstoffen) en
ondernemerschap)
Kenmerken van een onderneming:
1. Economisch zelfstandig. Ondernemingen voorzien op eigen kracht in de behoeften
van een consument.
2. De onderneming maakt zelf een bijzonder product of dienst, of handelt daarin.
3. Om een product te maken zijn er productiemiddelen nodig (grondstoffen, arbeid
(personeel) en kapitaal om te investeren in gebouwen en apparaten.
4. Het bedrijf maakt met de productiemiddelen een eindproduct. Dit heet het
productieproces of het transformatieproces (zie schema blz. 17)
Productieproces:
1
,Bij een bedrijf zijn er verschillende mensen (Stakeholders/ belanghebbenden) nodig:
1. Eigenaar
2. Werknemers
3. Leveranciers
4. Klanten
5. Overheid (belastingdienst)
6. Vakbonden
7. Werknemersorganisaties
Efficiency en effectiviteit in het voortbrengingsproces:
Efficiency= met zo weinig mogelijk middelen het doel proberen te bereiken. Gaat over de
doelmatigheid van het productieproces.
Effectiviteit= met de gegeven middelen zoveel mogelijk proberen te bereiken. In de
behoeften van klanten voorzien. Gaat over doelgerichtheid van het productieproces.
Winst= de winst van een onderneming zegt zowel iets over de effectiviteit als de efficiency
(maak ik ze goedkoop genoeg).
Winst en continuïteit
Winst= het verschil tussen opbrengsten en kosten. is noodzakelijk voor een onderneming.
Daarnaast is niemand bereid te investeren in een onderneming als het geld door verlies
verdwijnt.
Continuïteit= gaat over het voortbestaan op de lange termijn. De onderneming zal daar altijd
naar streven door alsmaar te vernieuwen en mee te gaan in de veranderende behoeften van
een consument.
Maximale winst op korte termijn kan in strijd zijn met continuïteit op de lange duur. Geef een
toelichting.
Onderneming Non-profit organisatie
Marktmechanisme Overheid: particulier:
Budgetmechanisme donaties
Activiteiten zijn middel Activiteiten zijn doel
Efficiency en effectiviteit zijn af te lezen uit Effectiviteit slechts te benaderen door niet-
winst financiële maatstaven. Geld voor wegen,
ouderenzorg, werklozen (stichtingen,
verenigingen en goede doelen)
2
,Verschillen tussen overheid, non-profit en profit sector
overheid Collectieve goederen via
budgetmechanisme (voor wegen, ouderen)
Non-profit sector: Voorzieningen van maatschappelijk belang,
economisch niet zelfstandig
Profit sector: Producten en diensten via
marktmechanisme (vraag en aanbod)
economisch zelfstandig
Het gaat om een historische ontwikkeling van 1 naar 4. De sectoren bestaan nu naast elkaar.
Voor ver ontwikkelde landen is de dienstverlening de belangrijkste sector geworden.
Bij industrie is er een indeling in 4 productievormen:
1. Stukproductie (productie op bestelling, meestal in kleine aantallen)
2. Massaproductie (zo veel mogelijk in korte tijd produceren)
3. Seriestukproductie (Het in grote aantallen op de zelfde tijd produceren)
4. Seriemassaproductie (er worden verschillende producten geproduceerd)
Stukproductie Massaproductie
Maatwerk (op juiste maat maken) Standaardproduct
Bestemd voor één bepaalde klant Bestemd voor de markt
Op bestelling Op voorraad
Overwegingen keuze van een rechtsvorm
• Leiding en eigendom (door wie wil je dat de leiding gegeven wordt en van wie welke
eigendommen zijn)
• Financieringsmogelijkheden
• Continuïteit
• Aansprakelijkheid
• Fiscale consequenties (als natuurlijk persoon betaal je
inkomstenbelasting/loonheffing en als rechtspersoon betaal je
venootschapsbeslasting/winstbelasting)
• Publicatieplicht
, Onderneming Rechtspersoon?
Eenmanszaak Nee
VOF Nee
Maatschap (met een handelsdoel) bijv. artsen Nee
BV Ja
NV Ja
Coöperatie Ja
Kapitaalvennootschapen: BV & NV & coöperatie
Cooperatie= is een samenwerkingsverband met een mensen uit de zelfde branche en regio.
Zoals campina die was begonnen met een aantal boeren om in een fabriek hun producten te
werken.
ondernemingsvorm eigenaren Aansprakelijkheid vennootschapsbelasting Inkomstenbelasting
Eenmanszaak Eigenaar/exploitant Volledig Over winst
VOF Beherende Hoofdelijk Over winstaandeel
vennoten → Geen
comanditaire
vennoten →
Kapitaalvenootschap Aandeelhouders Geen Over winst Over dividend/
verkoopwinst
Coöperatie Leden WA/BA/UA
Verschillen tussen BV en NV
1. BV: aandelen op naam
NV: aandelen aan toonder
2. BV: aandelen hebben beperkte overdraagbaarheid
NV: aandelen zijn overdraagbaar op een aandelenbeurs
3. BV: oprichtingsstatuten kunnen een blokkeringsclausule bevatten voor
aandelenoverdracht (clausule is niet verplicht)
De rol van de aandeelhouders:
1. Zij zijn eigenaren van de onderneming
2. Zij zijn investeerders
3. Zij benoemen de directie
4. Zij ontvangen een uitkering uit de winst, dit heet dividend
Verschil natuur en rechtspersoon
Rechtspersonen: Verschil nv bv
Natuurlijke personen: Verschil eenmanszaak en vennootschap onder firma
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller deniseruigrok15. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.42. You're not tied to anything after your purchase.