Samenvatting Pathofysiologie Leerjaar 3, Periode 1 De Boer Op
110 views 1 purchase
Course
Pathofysiologie
Institution
Hogeschool Arnhem En Nijmegen (HAN)
In deze samenvatting vind je alle benodigde informatie van pathofysiologie voor de kennistoets van HF2P1, Leerjaar 3, periode 1. De samenvatting geeft uitgebreide informatie over de 4 thema's die aan bod komen: De nieren, Failure to thrive en GOR/GORZ, Regulatie van de voedselinname en Voedselover...
Voeding en Dietetiek, Fysiotherapie, Logopedie, Ergotherapie
Pathofysiologie
All documents for this subject (55)
Seller
Follow
evialdenzee
Reviews received
Available practice questions
Oefenvragen Pathofysiologie Leerjaar 3, Periode 1
Flashcards46 Flashcards
$3.266 sales
Flashcards46 Flashcards
$3.266 sales
Some examples from this set of practice questions
1.
Wanneer spreken we van acute nierinsufficiëntie?
Answer: Wanneer de functies van de nieren binnen enkele uren of dagen uitvallen spreekt met van acute nierschade. De urineproductie loopt terug tot minder dan 400 ml (oligurie) of zelfs 0-100 ml per dag (anurie).
In principe is herstel mogelijk bij acute nierschade wanneer de oorzaak bekend is en kan worden weggenomen.
2.
Waar in het lichaam kunnen de oorzaken liggen van nierinsufficiëntie?
Answer: - prerenaal: oorzaak ligt vóór de nier
- renaal: oorzaak ligt in de nier, er is nierschade
- postrenaal: oorzaak ligt ná de nier
3.
Wanneer treden klachten op bij chronische nierschade?
Answer: Klachten of symptomen treden meestal pas op bij eGFR 30 ml/min/1.73 m2 of minder. Anders dan bij acute nierschade blijft de urineproductie meestal ongeveer normaal tot de nierfunctie bijna terminaal is geworden.
4.
Wanneer wordt er gestart met nierfunctievervangende therapie?
Answer: Er wordt overgegaan op nierfunctievervangende therapie als de restfunctie slechts 3-5% is (terminale nierschade, eGFR < 5-10 ml/min/1.73 m2) of in een eerder stadium bij het bestaan van uremische klachten of wanneer er sprake is van diabetes mellitus.
5.
Wat zijn oorzaken van chronische nierschade?
Answer: Glomerulonefritis (auto-immuunziekten, systeemziekten)
Pyelonefritis
- Cystenieren
- Hypertensie en hypertensieve nefrosclerose
- Renale vasculaire aandoeningen
- Diabetes type I en type II
- Andere bekende primaire diagnoses (zoals niertumoren, overige erfelijke nierziekten, reflux, tubulo-interstitiële nefritis)
6.
Met welke biochemische parameters wordt rekening gehouden bij nierinsufficiëntie?
Answer: - Schatting van de eindlengte van het kind = streeflengte
- Gebasseerd op de ouderlijke lengte
Content preview
Evi Aldenzee Pathofysiologie HF2, P1
PATHOFYSIOLOGIE
THEMA 1 NIEREN
FUNCTIES VAN DE NIEREN
Regeling vochtbalans
Het lichaam verkeert in een evenwichtige toestand om optimaal te kunnen
functioneren. De vochtbalans is hiervoor erg belangrijk. Afhankelijk van de
vochttoestand scheiden de nieren meer of minder vocht uit.
Regeling bloeddruk
De nieren spelen een grote rol in het reguleren
van de bloeddruk. Zodra je nieren niet goed
functioneren, is dat te merken aan de bloeddruk.
Een hoge bloeddruk (hypertensie) kan de vaten
beschadigen, ook de kleine vaatjes in de nieren.
Hierdoor kan de nierfunctie (verder) achteruit
gaan.
Regeling mineraalhuishouding
De uitscheiding van mineralen, zoals natrium,
kalium, calcium en fosfaat, vindt plaats in de
nieren. Hoeveel mineralen worden
uitgescheiden, hangt af van de toestand van het
lichaam en kan worden beïnvloed door
hormonen.
Reabsorptie/uitscheiding Na+, K+, Cl-, Ca2+, P
Regulatie calciumhomeostase: via PTH en calcitonine met rol voor vitamine D.
Vitamine D
De nieren zijn nodig om vitamine D om te zetten in
de actieve vorm. Vitamine D is belangrijk voor de
opname van calcium in de darm en de inbouw van
calcium in de botten.
Regeling pH
• Doen zowel de nieren als de longen.
• Longen
o Excretie CO2 (gas, ‘respiratoir
zuur’).
• Nieren
o Excretie opgeloste zuren
Zure anionen (bijv. Cl- en daarmee
gepaard H+).
o Reabsorptie van gefiltreerd
bicarbonaat (HCO3-).
Ook de zuurgraad van het bloed wordt in balans
gehouden door de nieren. Als het bloed niet zuur
genoeg is, zullen de nieren de stof bicarbonaat
,Evi Aldenzee Pathofysiologie HF2, P1
uitscheiden. Daar wordt het bloed zuurder van. Als het bloed te
zuur is, zullen de nieren juist geen bicarbonaat uitscheiden.
• Afgesplitst NH2 wordt (na deaminering) in de ureumcyclus
omgezet in ureum.
• Ureumcyclus vindt plaats in de lever.
• Ureum is wateroplosbaar en wordt uitgescheiden met de
urine.
• NH4+ is toxisch, ureum niet
Uitscheiding lichaamsvreemde stoffen
De nieren zijn van essentieel belang voor
het filteren van afvalstoffen uit het bloed.
Zo worden sommige geneesmiddelen via
de nieren uitgescheiden.
Productie hormonen
De nieren produceren twee belangrijke
hormonen. Het ene hormoon, renine, is
belangrijk voor het regelen van de
bloeddruk. Het andere hormoon,
erythropoïne (EPO), stimuleert de
productie van rode bloedcellen in het
beenmerg.
NIERFUNCTIE
De mate waarin de nieren aan hun
homeostatische taken kunnen voldoen.
Dit is de hoeveelheid plasma (mL) die per
tijdseenheid wordt gefiltreerd en daarbij van
een bepaalde stof wordt ontdaan (bijv.
creatinine of insuline). Normaalwaarde: > 90
mL/min/1,73 m2
Bij patiënten met chronische nierinsufficiëntie
moet het stadium van de ziekte worden
vastgesteld op grond van het niveau van de
eGFR en de eventuele aanwezigheid van
proteïnurie, onafhankelijk van diagnose.
Acute nierinsufficiëntie
Wanneer de functies van de nieren binnen
enkele uren of dagen uitvallen spreekt men
van acute nierschade. De urineproductie
loopt terug tot minder dan 400 ml (oligurie) of
zelfs 0-100 ml per dag (anurie). In principe is
herstel mogelijk bij acute nierschade wanneer
de oorzaak bekend is en kan worden
weggenomen.
, Evi Aldenzee Pathofysiologie HF2, P1
Oorzaken
Prerenaal: oorzaak ligt voor de nier
• Hypovolemie (bloedverlies)
• Dehydratie
• Medicatie (diuretica)
• Verminderde nierdoorbloeding ten gevolge van
atherosclerose
• Slechte opname vloeistoffen
• Obstructie afvoersysteem → stuwing in de nier, bijv. bij nierstenen
• Prostaataandoening (BPH, kanker) → blokkering urethra
Chronische nierschade
Klachten of symptomen treden meestal pas op bij eGFR 30 ml/min/1,73 m2 of minder. Anders bij acute
nierschade blijft de urineproductie meestal ongeveer normaal tot de nierfunctie bijna terminaal is
geworden. Er wordt overgegaan op niervervangende therapie als de restfunctie slechts 3-5% is
(terminale nierschade, eGFR < 5-10 ml/min/1,73 m2) of in een eerder stadium bij het bestaan van
uremische klachten of wanneer er sprake is van DM.
Oorzaken
• Glomerulonefritis (auto-immuunziekten, systeemziekten)
• Pyelonefritis
• Cystenieren
• Hypertensie en hypertensieve nefrosclerose
• Renale vasculaire aandoeningen
• Diabetes type I en type II
• Andere primaire diagnoses (zoals niertumoren, overige erfelijke nierziekten, reflux, tubulo-
interstitiële nefritis).
Behandeling
De voornaamste doelen zijn verdere verslechtering van de nierfunctie vertragen en het risico op hart-
en vaatziekten verkleinen.
• Gezonde leefstijl, o.a.
o Gezonde voeding, o.a. inname andere afvalstoffen beperken (Na, K, PO43-, eiwit)
o Overgewicht voorkomen of behandelen
o Ondervoeding voorkomen of behandelen
o Niet roken
• Opletten met medicatie (lagere doses vele R/, geen NSAID’s)
• Behandelen hypertensie
• Nierdialyse + vochtbeperking bij verminderde diurese
• Niertransplantatie
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evialdenzee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.35. You're not tied to anything after your purchase.