Berekeningen maken met wisselkoersen
Uitleggen waarom er internationale handel is
Uitleggen wat de belangrijkste factoren zijn waarom sommige producten beter in het ene
land dan in het andere land gemaakt kunnen worden
Uitleggen welke factoren de productiekosten beïnvloeden
Uitleggen wat het verschil is tussen de EU en de EMU
(procent)berekeningen maken over de waarde van de invoer en de uitvoer
Uitleggen waarom de bijdrage van de wederuitvoer aan het nationaal inkomen veel lager is
dan de bijdrage van de in Nederland geproduceerde goederen aan het nationaal inkomen
H2 – Wat moet je kunnen?
De belangrijkste overheidsorganen noemen
Het verschil aangeven tussen individuele, collectieve en quasi-collectieve goederen en van
elk soort goed een voorbeeld kunnen noemen
Het verschil uitleggen tussen de collectieve sector en de particuliere sector
Het verschil uitleggen tussen het omslagstelsel en het kapitaaldekkingsstelsel
Het verschil aangeven tussen de AOW en het pensioen
Het percentage inkomstenbelasting berekenen
Op grond van het inkomen en het belastingbedrag bepalen of de belastingheffing degressief,
proportioneel of progressief is
Op grond van de inkomsten en uitgaven van de overheid bepalen of de overheidsbegroting
sluitend is of niet
De staatsschuldquote berekenen
Het verband leggen tussen de economische situatie en de overheidsinkomsten, de
overheidsuitgaven en de staatsschuldquote
, 1.1 – Hoe belangrijk is de wereld voor Nederland?
Nationaal inkomen= het inkomen dat we met z’n allen in Nederland verdienen. 30% hiervan
verdienen we door de export.
Invoer/import= producten van het buitenland naar ons eigen land halen
Uitvoer/export= producten van ons eigen land aan het buitenland verkopen
Eurozone= landen die de euro als munt hebben
Vreemde valuta/deviezen= buitenlands geld
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)= organisatie die info verzamelt over allerlei zaken,
waaronder economische. Zij houden de export en import naar de eurozone precies bij.
1.2 – Wisselkoersen
Wisselkoers= de prijs van een munt uitgedrukt in een andere munt. Hoeveel munten moet ik betalen
(wisselen) voor een andere munt?
Wisselkoers berekenen kan je doen d.m.v. een kruistabel:
CHF 1 CHF 1,170
€ 0,885 €1
Stel je wil berekenen hoeveel CHF €1 is. Dan doe je 1 (€) x 1 (CHF) / 0,885 = 1,170.
Vader pint 500 Zwitserse franken. Zijn rekeningafschrift zegt dat hij €442,48 heeft betaald.
1. Bereken de koers van de Zwitserse frank in euro’s op 13 Aug.
€442, = 0,885
2. Bereken de koers van de euro ten opzichte van de Zwitserse frank op 13 Aug.
500 / €442,48 = 1,130
Anne en Peter hadden uitgerekend dat ze voor een week naar NY $1200 kwijt zouden zijn. Ze moesten
een jaar later gaan omdat Peter van de trap viel. De prijs van de week vakantie in dollars is niet
veranderd, maar de koers van de euro is veranderd van €1 = $1,44 naar €1= $1,25.
3. Bereken met behulp van bovenstaande koersen wat Anne en Peter oorspronkelijk in euro’s
kwijt zouden zijn voor de week in NY en hoeveel een jaar later.
$1200 / $1,44 = €833,33
$1200 / $1,25 = €960,00
1.3 – Waarom handel met het buitenland?
Er is internationale handel omdat landen bepaalde producten zelf niet maken. Soms kan een land het
product zelf ook maken maar dan importeren ze het vanuit bv. Azië omdat het daar goedkoper
gemaakt kan worden. Het kan ook zijn dat het klimaat er niet goed voor is.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller NWK2005. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.