Aantekeningen van alle hoorcolleges van het vak Voeding van de studie gezondheidswetenschappen. Het document bevat daarnaast veel handige afbeeldingen die aansluiten op de uitleg van de leerstof.
HOORCOLLEGE AANTEKENINGEN VOEDING
HC 1 LICHAAMSSAMENSTELLING
De voeding die je eet bepaald voor een deel lichaamssamenstelling en de lichaamssamenstelling beïnvloedt de
gezondheid en ziekten en andersom
LICHAAMSSAMENSTELLING ALGEMEEN
Waarom willen we lichaamssamenstelling meten?
- Vaststellen gezondheid
- Veranderingen lichaamssamenstelling volgen geassocieerd met bepaalde ziekten
- Effectiviteit van voedings- of activiteiteninterventies te bepalen
- Ideale lichaamsgewicht vaststellen
- Om voedings- en trainingsadvies te geven
- Om de groei en de ontwikkeling te volgen
Verschillende niveaus in lichaamssamenstelling
- Atomair: meeste details
- Moleculair
- Cellulair
- Weefsel
- Lichaam: minst gedetailleerd: hoe zwaar weegt iemand of BMI
Wat is de samenstelling van een lichaam?
- Op atomair niveau
- Moleculair niveau
1
, - Verdeling van lichaamsgewicht
- Verdeling op weefsel niveau
Meest gebruikte niveau’s
1. Vet, eiwit, cho, water, mineralen: je weet hoe het met de botten gesteld is en of iemand bijvoorbeeld
een water tekort heeft
2. Of weefsel niveau; vet weefsel, spier, organen, botten, overig: wordt veel gebruikt bij MRI scans e CT
scans→ veel gebruikt in onderzoek en medische wereld
3. Vet massa, vet vrije massa: versimpeld model→ teveel vet is slecht en te weinig is ook slecht en het
vet vrije deel wil je niet dat dit afneemt: organen en weefsels etc.
2
,METHODEN VOOR HET METEN VAN DE LICHAAM SAMENSTELLING
Methoden meten lichaamssamenstelling
- Begonnen in de 18de eeuw→ de methode verschillen in techniek en hoe nauwkeurig ze meten
1. Directe methoden: de gouden standaard methode, andere methoden worden hierop gebaseerd;
haarscherpe meting. → veel voor validatiestudies gebruikt
2. Indirecte methoden (gebaseerd op directe methoden); worden veel in onderzoek en medische circuit
gebruikt → zijn best nauwkeurig en valide → MRI scan en CT-scan. →geen huis tuin en keuken
apparaten
3. Dubbel indirecte methoden (gebaseerd op indirecte methoden): huis, tuin en keuken technieken:
makkelijk gebruiken en gevalideerd van de indirecte methode goed om te beseffen wat er wel en niet
gemeten kan worden.
- Ontleding en chemische analyse van kadavers
- Veelal uitgevoerd rond 1940
- Bevinding 1; aanzienlijke variatie in hoeveelheid lichaamsvet wanneer twee lichamen bijvoorbeeld
werden bekeken→ als iemand groter en dikker is, dan is dat het vet
- Bevinding 2: samenstelling van botmassa, vet vrije weefsel en vetweefsel redelijk constant en het
spierweefsel van de één was ongeveer gelijk aan die van de ander
Nadelen
- Relatief klein aantal humane studies
- Kadavers vaak van oude/zieke personen→ niet representatief
- Samenstelling verandert na de dood
- Niet erg praktisch voor toepassing bij levende personen
Directe methoden – neutronenactivatie analyse
- In vivo neutronen activatie analyse
- Is lang geleden ontwikkeld door een ongeluk met kernreactoren: in het bloed vonden ze dat een
aantal natrium atomen isotoop geworden waren
- Wat je uitstraalt zegt iets wat er in je lijf zit
- Wat we nu doen: Je bestraald het lichaam bewust→ natrium atomen (of andere atomen in het
lichaam, zoals calcium) worden isotoop → vallen terug naar normale energie niveau→ worden gamma
stralen → deze meet je vervolgens weer → dan weet je hoeveel atomen er in het lichaam zaten
- Veel gamma stralen: veel natrium in je lichaam en weinig gamma stralen: weinig natrium in lichaam
- Stikstof zit vaak in vaste hoeveelheid in het lichaam en wordt dus ook vaak gemeten
o Daarnaast ook mogelijk met Ca, Cl, P, N, H, O, C
Voordelen
- Meet chemische samenstelling lichaam in vivo
- Gouden standaard
INDIRECTE METHODEN (NIET LEREN VOOR TENTAMEN)
- MRI scan
- Ct- scan
- Verdunningsmethoden etc: in urine of bloed
DUBBEL INDIRECTE METHODEN
Gewicht
- Altijd hetzelfde aan hebben qua kleding als je meet
- Altijd meten op zelfde moment van de dag → avonds houd je vocht vast (+- 1,5 kg)
- Ondergrond van de weegschaal
- Weegschaal moet goed geijkt worden → dit blijkt lastiger te zijn dan het lijkt → kan in dosis van
medicijnen verschillen→ schadelijk
Lengte
- Houding; hielen, billen, schouders en achterhoofd tegen de muur
- Moment van de dag
- Meet zonder schoenen
- Na maximale inademing
o Kan lastig worden bij kyfose of scoliose, of iemand kan niet staan
▪ Kan worden opgelost door meten van de kniehoogte (blijft altijd hetzelfde als je
ouder wordt, de wervels zakken wel in) of de spanwijdte van de armen
BMI
- Gewicht/lengte ^2
- Quetelet (1796- 1874) → was een wiskundige → ontwikkeling van de index die niet meer gerelateerd
is aan de lengte en dus alleen iets zegt over het gewicht
- Goed verband tussen BMI en vet op populatie niveau→ er zijn ook genoeg voorbeelden waarbij
iemand heel lang is, en alsnog een groter vet percentage is op individueel niveau
- Er zijn veel formules of vetpercentages te berekenen → formule voor kinderen en ouderen niet
hetzelfde
- Blauwe deel van de lijn laat een goed verband zien
4
, Nadelen
- Lastig uit hoofd uit te rekenen
- Mensen met dezelfde BMI kunnen een compleet andere lichaamssamenstelling hebben
o Man met obesitas en body builder
- Ouderen hebben gemiddeld meer vet, door spier afname→ terwijl de BMI wel gelijk kan zijn met
iemand van 20→ er zijn vaak andere voorspelling voor ouderen dan voor jongeren
o Daarnaast is de lichaamslengte korter dan hij daadwerkelijk was en daarom is er vaak een
overschatting
- BMI zegt niet over de verdeling van vet en het risico op ziektes
- BMI bij kinderen kan prima gebruikt worden, maar de standaard afkap punten mogen niet gebruikt
worden bij kinderen → wordt gedaan met een curve met internationale percentielen → groei curves
Voordelen
- Definities gelijk voor mannen en vrouwen
- Lengte en gewicht zijn vaak goed te meten
- Veel gebruikt en vergelijkbaar met andere studies
- In het veld te gebruiken
Voorspellingsformules
- Gebruik maken van lineair verband om vetpercentage te voorspellen op basis van de BMI
- Bijvoorbeeld voor ouderen (Visser et al., 1994): Vetpercentage= 1,20*BMI + 0,23*Leeftijd –
10,8*geslacht – 5,4 (geslacht 0=vrouw, 1=man)
- Er zijn veel voorspellingsformules te vinden in de literatuur. Niet klakkeloos zo maar een gebruiken,
maar de beste uitzoeken (zie verplichte literatuur)
- Met voorspellingsformule kan je op individueel niveau gezien er totaal naast zitten
Middelomtrek
- Buikomvang
- Bepalen van de onderste rib en de iliac crest (bekken) → daar het midden van
- Meestal niet de natuurlijke taille
- Na normale uitademing wordt middelomtrek gemeten
Wat meet je?
- Je meet hiermee de hoeveelheid vet die in de buikholte zit en het vet dat onder je huid zit (dus ook op
je rug)→ vaak ook een laag subcutaan vet (onderhuid vet) en daaronder abdominaal/visceraal
(schadelijke) vet →Dit is het schadelijke vet→ verhoogd risico op HVZ
- Er zijn verschillende afkappunten
o Mannen 94cm en 102
o Vrouwen 80 cm en 88
Middelomtrek bij ouderen?
- Bij veroudering veranderd de verdeling van het vet; van heupen naar de middel verplaatsing→ bij
standaardmeting met afkappunten, zit 70% van ouderen in risico groep. Daarom mogen de
afkappunten niet gebruikt worden voor ouderen (er is nog geen nieuwe maat)
- Kan tm 70 jaar gebruikt worden, boven 70 een andere methode
5
, Voordelen
- Redelijk makkelijk te meten
- Hangt met name af van buikvet
- Wellicht beter bruikbaar bij ouderen dan BMI
Nadelen
- Meting lastig bij obesitas (locatie / huidplooien)
- Afkappunten zijn geslacht specifiek
- Afkappunten bij ouderen mogelijk niet juist
Middel heup verhouding
- Oude maat= waist to hip ratio, tegenwoordig alleen middelomtrek. De middelomtrek is beter
gecorreleerd met visceraal vet en er kan veel beter risico voorspeld worden met de middelomtrek.
(MHV niet gebruiken)
Overige omtrek maten
- Hoofdomtrek wordt gebruikt bij baby’s voor de groei
- Kuitomtrek wordt gebruikt voor het meten van de spiermassa
- Armomtrek: snelle check op ondervoeding bij kinderen en ouderen in de thuiszorg bijvoorbeeld
Huidplooien: de dubbele laag onderhuids vet wordt gemeten
- Op de biceps en triceps
- Evt. sub scapula (schouder achterkant) en supra iliac (middel)
➔ Meten van de dikte van subcutaan vet op diverse anatomische plaatsen
- Er zijn voorspellingsformules om het vetpercentage te voorspellen→ deze is bij ouderen anders als bij
jongeren omdat je met deze methode niet het binnenlaagje vet meet (de huidplooien kunnen bij
jongeren en ouderen namelijk hetzelfde zijn) → het vet bij ouderen zit voornamelijk in de buik→ daar
kom je met de tang niet bij
- Er moet een goede procedure worden gevolgd om betrouwbaarheid van de meting te waarborgen
o Linker of rechterzijde
o Locatie bepalen op basis van botpunten, dikte aflezen na 4 seconden
o Binnen en tussen waarnemer: bij tussen waarnemer is het verschil heel groot omdat er iedere
keer een andere persoon meet. Bij binnen waarnemer meet je zelf een aantal keer opnieuw.
▪ Is in onderzoek van groot belang dat dit juist en gelijk wordt gedaan
Voordelen
- Voordelen
- Redelijk eenvoudig uit te voeren
- ‘In het veld’ te gebruiken
- Goedkoop
- Geen voorbereiding nodig
Nadelen
- Kleding moet uit
- Grote variatie binnen waarnemer
- Grote variatie tussen waarnemers (training!)
- Samenstelling van je armen en benen speelt veel mee in de meting
- Stroom gaat van je voet naar je hand en van de hand naar je voet→ meet de weerstand hiervan
- Je meet de weerstand van je lichaam→ handig in ziekenhuizen omdat je niet uit bed hoeft te komen
- De weerstand van je vetweefsel is heel groot→ je hebt dan een hele hoge weerstand
- Spieren en water hebben een grote geleiding → je hebt dan een hele lage weerstand
- Iemand die langer is heeft meer weerstand→ er wordt hiervoor gecorrigeerd
- L^2/ Z
o Z= gemeten impedantie
o L= lengte lichaam
- Je meet de impedantie en voorspeld vervolgens het vetpercentage, je meet deze dus niet!
o VVM= constante + factor * L^2/Z
Voordelen
- Niet invasief
- Kleding kan aanblijven
- Makkelijk te gebruiken (beperkte waarnemer-bias)
- ‘In het veld’ te gebruiken
7
, Nadelen
- Formules zijn populatie-specifiek (cross-validatie nodig)
- Apparaat nodig (duurder dan bijv. huidplooimeter)
- Aanzienlijke voorspellingsfout vet-vrije massa (5-10%)
Wat hebben we besproken? (kortom wat moet je weten voor het tentamen?)
- Er zijn verschillende redenen om de lichaam samenstelling te meten
- Lichaamssamenstelling kan op verschillende niveaus worden bestudeerd
- Wat zit er in een reference lijf (niet specifiek zoals fosfor maar wel botten en spieren etc)
- Er zijn diverse aspecten op basis waarvan een keuze voor een lichaamssamenstelling methode
gemaakt wordt
- Onderscheid maken in directe, indirecte en dubbel- indirecte methoden
- Voor- en nadelen van directe en dubbel- indirecte methoden
8
, HC 2: MACRONUTRIËNTEN
ENERGIE ALGEMEEN
Energie; voeding; komt vanuit zon→ planten zetten dmv fotosynthese energie op in glucose
- Voeding is nodig om alle processen in stand te houden→ chemische energie
Metabolisme; stofwisseling; omzetting stoffen
- Anabolisme: energie nodig: van kleinere stoffen, maken we grotere moleculen
- Katabolisme: energie komt vrij: van grote moleculen, maken we kleinere stoffen
- Vervolgens fotosynthese (afbeelding)
Energie uit nutriënten
- Verhouding verschilt per voedingsmiddel
- Www.nevo.nl : van alle voedingsmiddelen opgesomd welke nutriënten er in zitten
- Hiernaast haal je ook nog energie uit alcohol
Welke voedingsmiddelen dragen het meeste bij aan de energieconsumptie in NL?
- Melkproducten
- Vlees en vleesproducten
- Niet alcoholische dranken
- Granen en graan producten
9
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Anouk152. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.37. You're not tied to anything after your purchase.