Samenvatting Financieel management voor de niet-financiële manager H3 + H4 + H5 + H13
2 views 0 purchase
Course
Business case (MBFMBUSCAS20_2021)
Institution
Hogeschool Utrecht (HU)
Book
1 Jaarverslaglegging Financieel management voor de niet-financiële manager
Samenvatting van Financieel management voor de niet-financiële manager (Hiltermann). Handig is om de bundel te kopen, daarin staat alle informatie voor het gehele BUSCAS tentamen van 2 november 2021. Dus de bundel is ook met Educatiever, de 4 artikelen en Huisvestingsmanagement.
financieel management voor de niet financiële manager
facility management
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Hogeschool Utrecht (HU)
Facility Management
Business case (MBFMBUSCAS20_2021)
All documents for this subject (5)
Seller
Follow
MarijnTerpstra
Reviews received
Content preview
Financieel management van Hiltermann toets BUSCAS
Hoofdstuk 3
Winst en verliesrekening (resultatenrekening, exploitatierekening, staat van baten en
lasten) = zegt iets over de mate waarin een organisatie de afgelopen periode in financieel
opzicht heeft gerendeerd. Het is geen momentopname, maar een overzicht van wat er de
afgelopen periode in financieel opzicht is gebeurt.
Resultaat = omzet – kosten.
Voorbeeld van winst-verliesrekening
Netto-omzet = dat de eventuele kortingen al van de omzet zijn afgetrokken.
Productiefactoren =
- arbeid (tijd en inspanning van mensen)
- kapitaal (alle middelen die voor de productie van een goed nodig zijn)
- natuur (hulpbronnen als lucht, water, grond en delfstoffen)
- ondernemerschap (organisatie van het productieproces)
Productiefactor arbeid is bijv personeelskosten die betaalt moeten worden door het bedrijf.
Omzet = geld dat je binnenhaalt, als je iets verkoopt en je krijgt hiervoor geld boek je dit pas
in op het moment van de levering van het product dus als de klant het product gekregen
heeft.
Kosten boek je op het moment van verbruik, en dus niet op moment van inkoop of betaling.
Afschrijvingen zijn kosten. Het is de in geld uitgedrukte waardedaling van vaste activa. De
levensduur is de gebruiksduur van de activa.
Rentekosten worden in eerste instantie buiten de kostenopstelling gehouden. Het wordt
apart opgenomen in de winst- en verliesrekening als ‘’financiële baten en lasten’’.
Bedrijfsresultaat = netto omzet – kosten (excl financiële baten en lasten, dus betaalde en
ontvangen rente en belastingen). Dit geeft aan wat de organisatie verdiend heeft aan de core
business. EBIT (earnings before interest and taxes) wordt dit ook wel genoemd.
Winst voor belastingen = bedrijfsresultaat – financiële baten en lasten. Hierover wordt dan
nog vennootschapsbelasting berekend. Daarna blijft de nettowinst over.
Hoofdstuk 4
Kasstroomoverzicht is gwn liquiditeitsbegroting.
Operationele activiteiten = hebben betrekking op kernfuncties zoals inkoop, productie en
verkoop. Het is de inzet van mensen en middelen ter realisatie van organisatiedoelstellingen.
Het genereert operationele geldstromen zoals betalingen aan crediteuren, salarisbetalingen,
belastingafdrachten en ontvangsten van debiteuren. Het gaat over alle posten op de winst-
en verliesrekening die een onmiddellijke betaling tot gevolg hadden.
, - Ingaande geldstroom: betalingen van klanten doordat ze het product gekocht hebben
- Uitgaande geldstroom: personeelskosten, leveranciersbetalingen.
Samen is dit kasstroom uit operationele activiteiten.
Investeringsactiviteiten = aanschaf van capaciteit. Het zorgt voor uitgaande kasstromen.
Wel kunnen ze ook capaciteit afschaffen, desinvesteringen (verkopen bv), dus dan zorgt het
voor inkomende kasstromen. Verschil is kasstroom uit investeringsactiviteiten.
Financieringsactiviteiten = betrekking op financiering van organisatie zoals lenen van geld
ter betaling van voorgenomen investeringen. Dit samen heet kasstroom uit
financieringsactiviteiten.
Kasstroomoverzicht = geeft weer waarom de post liquide middelen het afgelopen jaar is
gemuteerd als gevolg van operationele-, investerings-, en financieringsactiviteiten.
Voorbeeld van
kasstroomoverzicht.
Hoofdstuk 5
Voorbeeld van hierboven genoemde theorie:
Iemand heeft een bedrijf opgestart en de volgende dingen zijn gebeurt in het eerste kwartaal.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MarijnTerpstra. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.