100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Core Business $4.29
Add to cart

Summary

Samenvatting Core Business

4 reviews
 837 views  25 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van het boek Core Business. H1 t/m 33, behalve H21 en H22

Preview 2 out of 16  pages

  • February 16, 2015
  • 16
  • 2016/2017
  • Summary

4  reviews

review-writer-avatar

By: andreskleef • 6 year ago

review-writer-avatar

By: juulrutten • 8 year ago

review-writer-avatar

By: Ruben7 • 7 year ago

review-writer-avatar

By: luukvandenbraak • 7 year ago

avatar-seller
Hoofdstuk 1
Enkelvoud Meervoud
1ste persoon: I am 1ste persoon: we are
2de persoon: you are 2e persoon: you are (jullie zijn)
3e persoon: she/he/it is 3e persoon: they are (zij zijn)
Onvoltooid verleden tijd (past tense):
I was / you were / she was / we were / you were / they were (ik was)
Tegenwoordig toekomende tijd (present future tense):
I will be / you will be / she will be / we will be / you will be / they will be. (ik zal
zijn)
Verleden toekomende tijd (past future tense):
I would be (ik zou zijn)
Voltooid tegenwoordige tijd (present perfect):
I have been / she has been (ik ben geweest)
Voltooid verleden tijd (past perfect):
I had been (ik was geweest)
Zou(den) geweest zijn
would have been (zou zijn geweest)
Liggen/staan/zitten  vorm van ‘to be’


Hoofdstuk 2
- In Engels in een bevestigende zin  onderwerp voor het gezegde.
- Woorden van bepaalde tijd, geven aan wanneer iets gebeurt  staan
voor of achter in de zin.
- Woorden van onbepaalde tijd, geven aan hoe vaak iets gebeurd 
always/never/often/sometimes/still/usualy/probably/suddenly/rarel
y. Ze staan:
* vlak voor het werkwoord (We rarely get complaints)
* na het 1e ww als er meer wws in de zin staan (I would never have done
this.)
* na een vorm van ‘be’. (he is often abroad)
* in een vraagzin: na het onderwerp (Do you often go out?)
- Woorden van plaats geven aan waar iets gebeurt  staan aan eind vd zin.
- Woord van plaats en tijd naast elkaar  plaats voor tijd (P/T).
Hoofdstuk 3
- Woorden die eindigen op –y  voor de uitgang –s en –ed verandert de y in
ie als er een medeklinker voor staat. Als er een klinker voor staat 
stays/stayed.
- Het meervoud van een znw heeft een vaste s. Dus ook worden die op een
klinker eindigen.
* -o  -oes (tomato  tomatoes)
* -o  -os (euro  euros)
- Afkortingen krijgen een vaste s. Afkortingen met hoofdletter, kleine s.
(DVDs, CDs)

, - Eindmedeklinker wordt verdubbeld als de laatste lettergreep de klemtoon
heeft en er maar één klinker staat. Regel geldt ook voor uitgang –ing.
(stop – stopped)
- De l wordt altijd verdubbeld, behalve als er twee klinkers voorstaan.
(travel – travelling, mail – mailed) Uitzondering: dialled. (draaien).
- Aardrijkskundige namen hebben geen koppelteken. (Groot-Brittannië,
Great Britian)
- Namen van maanden en dagen worden met hoofdletter geschreven.
- Full met dubbel l, in samenstelling altijd ful.
Till met dubbel l, maar until met één l.
- Bijna alle werkwoorden met –ise kunnen ook met –ize worden geschreven.
Bij twijfel –ise.
- Than  vergrotende trap. (bigger than, more than)
Then  betekent ‘toen’. (then he left)
Hoofdstuk 4
- Tussen tientallen (twintig, dertig) en eenheden (1-9) staat een
koppelteken.
- Tweehonderd, tienduizend, twee losse woorden in het Engels.
- Voor hundred en thousand zet je a of one.
- Na hundred en thousand volgt and (two hundred and fifty). Geen and
tussen duizen en honderdtallen. (three thousand eight hundred)
- In duizendtallen  komma, voor decimalen  een punt.
- Bij afkortingen gebruik je de laatste twee letters. 1st 2nd 3rd 4th.
- Bij breuken staat het rangtelwoord in meervoud  one third/two thirds
Tientallen keren = dozens of times
Een keer/twee keer = once/twice
drie keer/vier keer = three times/four times

Nul in temperaturen = zero
Nul in telefoonnummers = oh
Nul in sportuitslagen = nil  bij tennis = love
Hoofdstuk 5
Regelmatige werkwoorden  -ed.
Onregelmatige werkwoorden  uitzonderingen (buy-bought-bought)
Hoofdstuk 6
Present/Past Continuous: vorm van be + werkwoord + -ing vorm.
 als een handeling gedurende een bepaalde tijdsduur aan de gang is/bezig
is of was.
 aangeven dat je iets gepland hebt in de toekomst (tomorrow, tonight, next
month)
 om aan te geven dat een activiteit tijdelijk is.
 om irritatie uit te drukken (always staat vaak in de zin)
Have  geen duurvorm als het om ‘bezitten’ gaat.
have  andere betekenissen wel duurvorm.
Hoofdstuk 7

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JasmijnGroeneveld. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.29. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

49497 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.29  25x  sold
  • (4)
Add to cart
Added