100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
College aantekeningen Bijzondere overeenkomsten (ZEER UITGEBREID, 160 pagina's!!) $6.37   Add to cart

Class notes

College aantekeningen Bijzondere overeenkomsten (ZEER UITGEBREID, 160 pagina's!!)

 29 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Uitgebreide aantekeningen van de gegeven colleges van het vak Bijzondere Overeenkomsten uit de Master Nederlands recht specialisatie Privaatrecht. De colleges zijn vrijwel volledig meegetypt en geven zo een uitgebreid uittreksel van de te bestuderen stof voor het tentamen. Het document bestaat uit ...

[Show more]
Last document update: 3 year ago

Preview 4 out of 150  pages

  • October 27, 2021
  • October 27, 2021
  • 150
  • 2021/2022
  • Class notes
  • Pavillon, verheij, tigelaar
  • All classes
avatar-seller
HOORCOLLEGES BIJZONDERE OVEREENKOMSTEN 2020-2021:

Hoorcollege 1: Consumentenovereenkomst (Tigelaar)

I Bijzonderheden consumentenrecht:
Achtergrond consumentenrecht:
Afkomstig uit Europa, bijvoorbeeld:
- Richtlijn consumentenrechten (2011/83/EU).
- Richtlijn verkoop op afstand van financiële diensten (2002/65/EG).

Het consumentenrecht bestaat uit een heleboel verschillende richtlijnen, meer dan 20. Deze richtlijnen
zijn ontstaan sinds ongeveer het begin van de jaren ‘80. De richtlijnen hierboven vormen de grondslag
voor het college. Deze twee richtlijnen worden verder ontwikkeld door het Hof van Justitie.

Uitgelegd door het Hof van Justitie:
- Arrest Content Services.
- Arrest Walbusch Walterbusch.
- Arrest Slewo/Ledowski.
- Arrest Amazon.

Richtlijnen worden geïmplementeerd door de lidstaten. Alle Europese lidstaten krijgen de opdracht:
hier is een nieuwe richtlijn, implementeer die in je rechtsysteem. Dat doen de lidstaten en vervolgens
ontstaat er een dispuut/geschil tussen partijen. Zij stappen naar de nationale rechter. De rechter ziet
dat de regelgeving waar partijen zich op beroepen of die van toepassing is te herleiden is tot een
richtlijn. Als deze regelgeving uitgelegd moet worden komt de rechter aan Europees recht en hij weet
niet precies wat daarmee bedoeld wordt. In die gevallen kan de nationale rechter een prejudiciële
vraag stellen aan het Hof van Justitie. Vervolgens geeft het Hof antwoordt op deze vragen. Aan de
hand van het antwoord op de prejudiciële vraag gegeven door het Hof van Justitie lost vervolgens de
nationale rechter het geschil op. Het gevolg is dat zaken uit verschillende lidstaten bij het HvJ komt.
Het antwoord is echter niet alleen van toepassing op de partijen bij het geschil maar op alle lidstaten.

Consumentenrecht: implementatiewetgeving:
- Richtlijn consumentenrechten (2011/83/EU)
- Richtlijn verkoop op afstand van financiële diensten (2002/65/EG)
Nederlandse regelgeving
- Afdeling 6.5.2B (art. 6:23og e.v. BW) → art. 6:230g-230s BW.
- Art. 6:230w-z BW.

De Richtlijn consumentenkoop en de richtlijn digitale inhoud en digitale diensten zijn nog niet
omgezet in nationale regelgeving. Nadat een richtlijn is aangenomen hebben lidstaten nog 3 jaar om
deze te implementeren in hun rechtssysteem.

Doel van het consumentenrecht:
- Europa: één interne markt → dit is het streven vanuit Europa. Die interne markt is te
herleiden op de samenwerking die plaatsvond direct na WOII (EGKS, EEG, EU). Die
samenwerking start dus in de jaren ‘50. Ondertussen wordt de westerse wereld steeds

, welvarender. In de jaren ‘70 houdt President Kennedy een toespraak en daar focust hij op
de positie van de consument. Want is deze positie wel een goede voor de consument en
wordt de consument niet bedrogen door allemaal ondernemers die hem prikkelen om
allerlei aankopen te doen die misschien wel helemaal niet goed zijn voor de consument.
Die ontwikkeling in Amerika om de consument te moeten beschermen waait over naar
Europese landen, ondertussen hebben we in Europa die samenwerking. De Europese
landen beginnen zelf met het maken van consumentenregelgeving. Dat doen ze
bijvoorbeeld door een bedenktermijn te geven bij deur-aan-deur-verkopen Deur-aan-deur-
verkopen kennen we nu niet meer, maar vroeger toen er veelal mensen thuis waren (vrouwen)
kwamen verkopers aan de deur om dingen te verkopen. Je ziet het nu nog wel gebeuren door
energiemaatschappijen. Dit zag men in Europese landen en zij vonden dit wel overrompelend
voor de consument. Dus daarom het instellen van een bedenktermijn. Alleen deze
bedenktermijn verschilde tussen de verschillende lidstaten in het aantal dagen. Dat
belemmerde de interne markt. Want de ene regelgeving die de consument beschermde
varieerde van de andere regelgeving.
- Dus: om deze belemmeringen te beperken werden er richtlijnen gemaakt.
- Nationale consumentenregelgeving: belemmering.
- Daarom op Europees niveau consumentenregelgeving → in eerste instantie waren veel
richtlijnen van de consumentenacquis van minimumharmonisatie niveau (De Commissie
bepaalde een niveau in de richtlijn waarop de consument wordt beschermd maar de
lidstaten waren vrij om de consument nog verder te beschermen). Maar: deze
minimumharmonisatie leverde dus nog verdere belemmeringen op. Want de ene lidstaat ging
verder in de bescherming dan de andere lidstaat. Dus: daarom zijn de meest nieuwe
richtlijnen (consumentenkoop en digitale inhoud en digitale diensten) van
maximumharmonisatie niveau → dan is het niveau van consumentenbescherming bepaalt
vanuit Europa daarvan mogen lidstaten niet afwijken tenzij anders aangegeven in de
richtlijn. Uitgangspunt is maximumharmonisatie.

Consumentenrecht: vol dynamiek:
Gelaagd: EU-recht en NL-recht → hierdoor is het consumentenrecht vol dynamiek.
- Hof van Justitie: ontwikkeld het consumentenrecht.
- Richtlijnconforme interpretatie: hiertoe zijn de nationale rechters verplicht.
Rechtsgebied doorkruisend: privaatrecht en bestuursrecht → ondanks dat het gaat om een
consument en een private partij. Reden: het gaat bij consumentenrecht om relatief kleine
belangen en lage bedragen + consumenten hebben vaak niet de juridische kennis en middelen
om naar de rechter te stappen daarom toch het bestuursrecht erbij betrekken.
- ACM (wet handhaving consumentenbescherming): autoriteit consument en markt. Dit
bestuursorgaan kan bestuurlijke boetes opleggen aan ondernemers die de
consumentenregelgeving schenden. Dus dan het is eigenlijk een privaatrechtelijke norm die
bestuursrechtelijk wordt gehandhaafd.
- AFM (wet financieel toezicht): deze houdt toezicht op alle regelgeving die betrekking heeft
op financiële producten.

Grijpt in op het burgerlijk procesrecht.

, - Ambtshalve toepassing door de rechter. Bij een civiel geschil is natuurlijk het uitgangspunt in
het procesrecht de lijdelijkheid van de rechter, de partijen komen bij de rechter en leggen het
geschil voor de rechter moet zich houden aan de grenzen van de rechtsstrijd. Een consument
procedeert niet snel. Een consument zal alleen procederen wanneer het gaat om een transactie
met een groot belang, denk aan de koop van een huis of een auto. Maar als je een consument
en een onderneming hebt die naar de rechter stappen, dan heeft de consument natuurlijk een
zwakke positie. Dat zag men in Europa, het Hof van Justitie verklaarde heel veel regelgeving
met betrekking tot het consumentenrecht van openbare orde. Als iets van openbare orde is
moet de rechter het ambtshalve toepassen.
- De rechter komt op voor de consument en past de regels die de consument
beschermde toe in een geschil, zonder dat de consument daarop een beroep doet.

Consumentenrecht vs. verbintenissenrecht:
- Dwingend recht (art. 7:6 en art. 7:73 BW) i.p.v. regelend: als we het consumentenrecht
vergelijken met ons verbintenissenrecht dan zien we dat het consumentenrecht vaak van
dwingend recht is terwijl het verbintenissenrecht van regelend recht is (het faciliteert
partijen, partijen kunnen anders overeenkomen → dat kan niet bij het consumentenrecht,
men moet zich aan het consumentenrecht houden het is namelijk van dwingend recht).
Dit om de consument te beschermen.
- Het verbintenissenrecht is eigenlijk een open systeem, het consumentenrecht is veel
gedetailleerder. Hoe gedetailleerder iets is hoe minder partijen de ruimte hebben om iets
nader in te vullen.
- Voorbeelden gedetailleerdheid: art. 7:6a BW (garantieregeling), art. 7:13 BW (kosten
bij aflevering).
- Je ziet dat het consumentenrecht specifieker is als je kijkt naar de extra
instrumenten die we kennen in het consumentenrecht, bijvoorbeeld de
informatieplichten en het ontbindingsrecht (Europees niveau: herroepingsrecht,
volksmond: retourrecht, art. 6:230o BW). Als we de informatieplichten afzetten
tegen een verbintenisrechtelijk leerstuk dan kom je bij dwaling, daarin zit ook
een mededelingsplicht. Wanneer je iets wel of niet moet mededelen bij dwaling
hangt heel erg sterk af van de omstandigheden van het geval, dat is in het
consumentenrecht niet aan de orde → daar zijn lijsten van informatieplichten te
vinden.
- Nadere invulling van B2C-verhouding.
- Extra instrumenten in het consumentenrecht:
- Informatieplichten: de ondernemer is verplicht de consument over allerlei dingen te
informeren voorafgaand aan de overeenkomst.
- Ontbindingsrecht (herroepingsrecht): dit is geen ontbinding in de zin van art. 6:265
BW (het artikel dat een tekortkoming vereist), het is een herroepingsrecht. Dat
betekent een bedenktermijn. De consument en de handelaar hebben een overeenkomst
gesloten, maar de wet biedt de mogelijkheid aan de consument om nog 2 weken na de
overeenkomst over de overeenkomst na te denken en eventueel terug te treden en zo
de overeenkomst te herroepen zonder dat er een tekortkoming is (zonder dat er iets
mankeert aan het product).

, Consumentenrecht: implementatiewetgeving:
Europese richtlijnen, o.a.
- Richtlijn consumentenrechten (2011/83/EU)
- Richtlijn verkoop op afstand van financiële diensten (2002/65/EG)
Nederlandse regelgeving
- Art. 6:23og-230s BW
- Art. 6:230w-z BW
→ Afdeling 6.2.5B BW.


II Afdeling 6.5.2B: consument
- Art. 6:230g lid 1 sub a BW.
- Schaub TvC 2017.

Afdeling 6.5.2B BW kent vier ‘regimes’:
1. Consumentenovereenkomst. Definities in sub c en d. Dit zijn overigens ook de definities voor
consumentenkoop. Vaak is een consumentenovereenkomst ook een consumentenkoop. Denk
aan een overeenkomst bijvoorbeeld die je sluit in een schoenenwinkel wanneer je een paar
schoenen koopt.
- Art. 6:230g lid 1 sub c
- Art. 6:230g lid 1 sub d
2. Overeenkomst op afstand (art. 6:230g lid 1 sub e). Dit is als je online via een website je
schoenen koopt. Je sluit dan dus de overeenkomst af via internet. Dit kan ook een
overeenkomst zijn met betrekking tot een dienst, denk aan een overeenkomst voor NPO plus.
3. Overeenkomst gesloten buiten een verkoopruimte (art. 6:230g lid 1 sub f): hiermee wordt
gedoeld op de klassieke deur-aan-deur-verkoop (= colportage). Dit zijn ook de mensen die op
straat staan en krantjes uitdelen om je zo te bewegen een abonnement aan te gaan. Dat is een
overeenkomst gesloten buiten een verkoopruimte. Hiervoor kennen we een apart regime,
omdat hierbij ook het overrompelingseffect speelt net als bij deur-aan-deur-verkoop, dan
verdient de consument wel iets meer bescherming.
4. Overeenkomst op afstand/gesloten buiten een verkoopruimte waarbij het object van de ovk
een financieel product/financiële dienst is (art. 6:230g lid 1 sub o): een lening of krediet. Hier
wordt de consument heel erg beschermd. Hier betreft het een lening die via internet of
colportage wordt aangegaan, dan is régime 4 van toepassing.

Begrip consument (art. 6:230g lid 1 sub a BW): iedere natuurlijke persoon die handelt voor
doeleinden die buiten zijn bedrijfs- of beroepsactiviteit vallen.
Of natuurlijk persoon/koper handelt als consument afhankelijk van:
- Omstandigheden van het geval.
- Maatstaf: subjectieve bedoelingen van de klant.
- Dus: het uitgangspunt is de bedoeling van de klant. Wil deze het product voor privé
gebruiken of zakelijk?
- Eventueel ruimte voor gerechtvaardigd vertrouwen van de ondernemer.

Voorbeeld: als een advocaat een laptop en een auto koopt en hij doet dit privé dan is hij een
consument. Koopt een advocaat een nieuwe toga die hij wilt gebruiken voor zijn beroep dan is hij
ondernemer en dus geen consumentenovereenkomst (subjectieve bedoeling). Als de advocaat de

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller leonievandis. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.37. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$6.37  1x  sold
  • (0)
  Add to cart