Toen ik in havo 5 zat kreeg ik als stof voor de poëzietoets: stijlfiguren, beeldspraak, strofe, rijmschema, lyrische subgenres en metrum en ritme. Dit waren zeven hoofdstukken uit onze bundel. In mijn samenvatting heb ik de theorie verwerkt aan de hand van uitleg, voorbeelden en schema’s. Ik heb...
Nederlands poëzie
- Hoofdstuk 1 tot en met 7
Hoofdstuk 1. Beeldspraak
Een veelvuldig gebruikt stijlmiddel is beeldspraak: Het spreken in beelden. Iets (een
object) wordt vergeleken met of vervangen door een beeld.
Met beeldspraak heb je twee hoofdgroepen: Metafora (vergelijkingen) en metonymia
(geen vergelijkingen maar een ander soort verband)
Metafora
A. Vergelijkingen:
1. Een vergelijking met als: het object en beeld worden beide genoemd en zijn
verbonden door een werkwoord (kww) of door verbindingswoorden: als, zoals,
gelijk, lijk of lijken op. Kww: worden, schijnen, lijken, blijken, blijven etc.
Zij lacht als een boer met kiespijn
2. Homerische vergelijking: Een vergelijking die verder wordt uitgewerkt.
3. Vergelijking met van: Het object en beeld worden beide genoemd en zijn
verbonden door het woord van.
Beesten van jongens
4. Een vergelijking zonder als (asyndetische vergelijking): Het object en het
beeld staan zonder enig verbindingswoord naast elkaar
En naast mij lag, snurkend varken, mijn vrouw te slapen.
Herken je dus aan komma’s.
Een object is dus werkelijkheid foto-uitleg
B. Zuivere metafoor: Alleen het beeld van de vergelijking wordt genoemd. Het
object waarmee de vergelijking wordt gemaakt, wordt niet genoemd, zodat
alleen het beeld overblijft. (een vergelijking dus zonder object)
Dat holle vat slaagt nooit (object: de domme leerling)
Allegorie: Een zuivere metafoor die in het hele kunstwerk wordt
volgehouden.
C. Personificatie: een voorwerp, een ding, een plant of abstract begrip wordt
voorgesteld als levend wezen omdat hij menselijke eigenschappen krijgt.
De zon lacht stralend.
D. Synthesie: de indrukken van twee verschillende zintuigen worden verbonden
(combi van twee zintuigen) ruiken, horen, voelen, kijken, proeven
Warme tonen
Metonymia
1. Deel voor geheel (pars pro toto)
Even de neuzen tellen
, 2. Geheel voor deel (Totum pro parte)
Nederland verloor met 2-1
3. Je noemt de maker in plaats van het product
De nieuwe Giphart verkoopt goed
4. Je noemt het materiaal in plaats van het voorwerp
Voor goud gaan
5. Je noemt de plaats van herkomst in plaats van het product
Een glaasje Champagne drinken; Goudse eten
6. Je noemt de leider in plaats van de groep
Caesar veroverde heel Galilië
Hoofdstuk 2 Stijlfiguren
Stijlfiguur= afwijking van de normale manier van zeggen, met de edoeling een of
ander effect te bereiken aandacht en bewust
We hebben vijf verschillende effecten die we kunnen bereiken en onderscheiden zich
ook weer in verschillende stijlfiguren.
a. Middelen om je lichter uit te drukken dan je bedoelt
1. Eufemisme: een verzachtende uitdrukking, worden vaak gebruikt bij zaken
waar je niet zo gemakkelijk over praat. Bijvoorbeeld: ziekte, dood,
toiletgang
Mijn vader heeft het tijdige met het eeuwige verwisseld.
Waar kan ik mijn handen wassen? Vroeg hij benauwd.
2. Understatement: wordt gebruikt om ernstige, grote zaken of emoties als
minder of ernstig of minder groot voor te stellen. Soms probeert men een
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elmamujakic. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.29. You're not tied to anything after your purchase.