Samenvatting Seneca maatschappijwetenschappen havo examen
18 views 1 purchase
Course
Maatschappijwetenschappen
Level
HAVO
Book
Seneca maatschappijwetenschappen havo deel 2: de 21e eeuw
de Hc samengevat en de Kc die je allemaal moet kennen van maatschappijwetenschappen, zelf een 6,7 mee gehaald op m'n eindexamen. als je hem nodig hebt voor een tussentijdse toets moet je je richten op een HC maar die staan duidelijk aangegeven.
alle hc en kc uitgewerkt die in het eindexamen komen
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Secondary school
HAVO
Maatschappijwetenschappen
5
All documents for this subject (388)
Seller
Follow
amberaben03
Content preview
Domein B, HC vorming
HC Vorming = het proces van verwerving van een bepaalde identiteit.
Kc socialisatie = het proces van overdracht en verwerving van de cultuur van de groep(en)
en de samenleving waar mensen toe behoren. Het proces bestaat uit opvoeding, opleiding
en andere vormen van omgang met anderen.
Culturen zijn tijd- en plaatsgebonden.
2 vormen van socialisatie:
Enculturatie = aanleren en verwerven van een andere cultuur of elementen daaruit, dan
waarin iemand is opgegroeid.
Kc acculturatie = aanleren en verwerven van een andere cultuur of elementen daaruit, dan
die waarin iemand is opgegroeid.
Functies socialisatie
- continuering van de cultuur van de samenleving
- Verandering cultuur van de samenleving en groepen daarbinnen.
- Identificatie met de eigen groep en cultuur door waarden en normen.
- Identiteitsontwikkeling.
- Reguleren van gedrag van mensen waardoor gedrag van mensen voorspelbaar
wordt.
Nurture = opvoeding en omgevingsfactoren.
Nature = biologische of erfelijke factoren.
Media framing
- cultivatiehypothese:
- Opninieleidershypothese:
- Mediaframinghypothese:
- Selectiviteitshypothese:
Kc identiteit = het beeld dat iemand van zichzelf heeft, dat hij uitdraagt en andere voorhoudt
en dat hij als kenmerkend en blijvend beschouwd voor zijn eigen persoon en dat is afgeleid
van zijn perceptie over de groep(en) waar hij juist wel of niet deel van uitmaakt.
Sociale identiteit = afgeleid van zijn kennis over de groepen waar hij deel van uitmaakt.
Kc cultuur = het geheel van voorstellingen, uitdrukkingsvormen, opvattingen, waarden en
normen die mensen als lid van een groep of samenleving hebben verworven.
Dominante cultuur = de cultuur van de groep in de samenleving met een invloedrijke
politieke of economische positie.
Subcultuur = levensstijlen van groepen mensen die zij deels ontlenen aan de dominante
cultuur.
Dimensies van hofstede
- grote machtsafstand vs kleine machtsafstand
- Individualistisch vs collectivistisch
- Masculien vs feminien
, - Lage onzekerheidsvermijding vs hoge onzekerheidsvermijding
- Langetermijngerichtheid vs kortetermijngerichtheid
Kc politieke socialisatie = het proces van overdracht en verwerving van de politieke cultuur
van de groep(en) en samenleving waar mensen toe behoren. Het proces bestaat uit
opvoeding, opleiding en andere vormen van omgang met anderen.
Opvattingen van mensen wat goed en fout is in de politiek kan leiden tot conflicten.
3 stromingen:
- confessionalisme = christelijke waarden en harmonie en samenwerking.
- Liberalisme = individuele rechten en individuele vrijheden.
- Socialisme = gelijkwaardigheid en een sterke/sturende rol van de overheid om dit te
kunnen realiseren.
Voor de jaren 60
- kostwinnersgezin = traditioneel gezin, man werkt en de vrouw doet het huishouden
en verzorgd de kinderen. Grote gezag en machtsafstand.
- Gezin hoeksteen van de samenleving.
- Babyboom
Jaren 60-80
- veel ontzuiling
- Ontstaan multiculturele samenlevingen, vrouwenemancipatie en anticonceptiepil.
- Sociale ongelijkheid mannen en vrouwen nam af op sociaal-economisch gebied.
- moderne gezin kwam op = een onderhandeling s huishouding met een geringe
gezagafstand. Bindingen tussen ouders en kinderen veranderden. Veel overleg met
kinderen over de regels.
Na de jaren 80
- aantal eenpersoonshuishoudens neemt toe.
- Egalitaire gezin = gelijkheid tussen man en vrouw in belangrijke mate ze hebben
gelijkmatige verdeling van taken. Kinderen veel te zeggen.
- Geïndividualiseerde gezin = nadruk op meer afzonderlijk individu en grote mate
financiële en emotionele onafhankelijkheid. Rijkere tweeverdieners. Er komt meer
fysieke ruimte voor de jeugd.
Na 1950 overheidsbeleid
- overheid verlegt uitgangspunt van gezin naar individu.
- Confessionele wil dat het gezin de hoeksteen van de samenleving moet blijven.
- 1971 scheidingswet
- 2001 homohuwelijk
- 2014 lesbische vrouwen kind samen krijgen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller amberaben03. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.31. You're not tied to anything after your purchase.