Een duidelijke samenvatting waarin alle belangrijke informatie overzichtelijk wordt weergegeven. Deze samenvatting is te gebruiken voor de opleidingen: pabo, pedagogiek en (toegepaste) psychologie.
Inhoudsopgave
8 De fysieke ontwikkeling in de peuter- en kleutertijd....................................................................................2
8.1 Fysieke groei...................................................................................................................................................2
8.2 Motorische ontwikkeling................................................................................................................................4
9 De cognitieve ontwikkeling in de peuter- en kleutertijd...............................................................................6
9.1 De intellectuele ontwikkeling.........................................................................................................................6
9.2 De taalontwikkeling......................................................................................................................................11
9.3 De invloed van educatie en opvang..............................................................................................................13
9.4 Voorlezen, televisie en digitale media..........................................................................................................14
10 De sociaal-emotionele ontwikkeling en de persoonlijkheidsontwikkeling in de peuter- en kleutertijd......15
10.1 Een antwoord op de vraag ‘Wie ben ik?’....................................................................................................15
10.2 Vrienden en familie: het sociale leven van peuters en kleuters.................................................................17
10.3 Morele ontwikkeling en zelfbeheersing......................................................................................................19
11 De fysieke ontwikkeling in de schooltijd.................................................................................................. 22
11.1 Het groeiende lichaam...............................................................................................................................22
12 De cognitieve ontwikkeling in de schooltijd............................................................................................. 22
12.1 De intellectuele en taalkundige ontwikkeling............................................................................................22
12.2 Intelligentie: het bepalen van individuele sterke punten...........................................................................26
12.3 Onderwijs: lezen, schrijven en rekenen (en meer)......................................................................................29
13 De sociaal-emotionele ontwikkeling en de persoonlijkheidsontwikkeling in de schooltijd........................32
13.1 De ontwikkeling van het eigen ik................................................................................................................32
13.2 Psychische problemen en gedragsproblemen............................................................................................34
13.3 Relaties: vriendschappen in de schooltijd...................................................................................................34
13.4 Het gezin in de schooltijd............................................................................................................................36
14 De fysieke ontwikkeling in de adolescentie.............................................................................................. 38
14.1 Fysieke rijping.............................................................................................................................................38
,8 De fysieke ontwikkeling in de peuter-
en kleutertijd
8.1 Fysieke groei
8.1.1 Het groeiende lichaam
Nederlandse kinderen na 2 jaar: 11 á 12 kilo en gemiddeld lang.
Individuele verschillen in lengte en gewicht:
- Veel verschillen
- Na de peuter- en kleutertijd neemt het verschil tussen jongens en meisjes toe.
Jongens zijn langer en zwaarder dan meisjes.
- Grote verschillen tussen kinderen in economisch ontwikkelde landen en
ontwikkelingslanden. Dit vertaalt zich in sterkere groei in economisch ontwikkelde
landen.
Veranderingen in lichaamsvormen en -verhoudingen
Van 2 tot 6 jaar
- Slanker worden
- Langere armen en benen
- Uiteindelijk soortgelijke verhoudingen als volwassenen
- Sterkere botten en spieren
8.1.2 De groeiende hersenen
Van alle lichaamsdelen groeien de hersenen het snelst.
2-jarige hersenen 75% van volwassen grootte
5-jarige hersenen 90% van volwassen grootte
Waarom groeien hersenen zo snel?
- Toename van het aantal verbindingen tussen cellen speelt een belangrijke rol (ze
maken complexe verbindingen tussen neuronen mogelijk) ze zorgen voor een
snelle ontwikkeling van de cognitieve vaardigheden.
- De hoeveelheid myeline stijgt: de overdracht van zenuwcellen door hersencellen
versnelt en het gewicht neemt toe ontwikkeling grove en fijne motoriek.
Einde kleutertijd corpus callosum wordt aanzienlijk dikker. Er zijn dan 800 miljoen vezels
die de twee hersenhelften helpt coördineren.
Lateralisatie
Lateralisatie gebeurt uitgesprokener tijdens de kleutertijd.
2
, Linkerhelft Rechterhelft
Verbale competentie vereist Met name non-verbaal
Praten Ruimtelijk inzicht
Lezen Herkennen van patronen en tekeningen
Denken Muziek
Redeneren Emotionele uitingen
Sequentieel, specifiek Meer tegelijk, globaal
De hersenhelften moeten wel samenwerken. Als een functie beschadigd raakt, neemt de
andere hersenhelft het over.
Binnen lateralisatie zijn er veel individuele verschillen.
Begrippen
Neuron: Zenuwcel, bouwstenen van de hersenen.
Myeline: Vettige substantie die de neuronen beschermt en de overdracht van
zenuwsignalen versnelt.
Corpus callosum: Bundel van zenuwvezels die de twee hersenhelften met elkaar verbindt.
Lateralisatie: Het proces waarbij bepaalde functies hun plek eerder in de ene hersenhelft
van in de andere hersenhelft vinden.
8.1.3 Het verband tussen groei van de hersenen en cognitieve ontwikkeling
Onderzoek neurowetenschappers: de relatie tussen cognitieve ontwikkeling en
hersenontwikkeling veel verschillende spurts op cognitief gebied tussen 18 en 24
maanden.
Ander onderzoek: toename myeline houdt verband met groeiende cognitieve vaardigheden
van kleuters Myeline in het hersengebied dat te maken heeft met aandacht en
concentratie voltooid rond de leeftijd van 5 jaar. Dit verklaart de groeiende
concentratieboog van de beginnende schoolgaande leeftijd.
8.1.4 De ontwikkeling van de zintuigen
Dankzij de hersenontwikkeling krijgen de zintuigen de gelegenheid om zich in de kleutertijd
verder te ontwikkelen.
Kinderen hebben moeite met het lezen van gedrukte letters. Ze lezen de eerste letter en
raden het woord.
Kleuters hebben moeite met het waarnemen van samengestelde objecten.
Pas rond 7 á 8 jaar perceptuele schematisering.
Ook het gehoor wordt scherper. De buis van Eustachius, ligt bij de geboorte bijna
horizontaal. Later gaat deze meer in een hoek liggen kan leiden tot oorpijn in de
kleuterjaren.
De verandering van het gehoor is niet zo groot als het gezichtsvermogen. Peuters en kleuters
kunnen nog geen geluiden filteren en zijn hierdoor minder geconcentreerd.
3
, Begrippen
Perceptuele schematisering: het vermogen om tegelijkertijd het geheel en de afzonderlijke
delen te onderzoeken.
De buis van Eustachius: de ruimte achter het trommelvlies wat het middenoor met de
neusholte verbindt.
8.2 Motorische ontwikkeling
Peuters en kleuters kunnen zien wat volwassenen ontgaat. Ze verdelen hun aandacht over
elk aspect, terwijl volwassenen onbelangrijke onderdelen wegfilteren
veranderingsblindheid.
8.2.1 De grove motoriek
3 jaar oud rennen, traplopen, springen
4 jaar oud hinkelen
5 jaar oud koprollen (door betere coördinatie)
Activiteitsniveau
Ook de vooruitgang in de grove motoriek houdt verband met de hersenontwikkeling en
myelinevorming rond neuronen (evenwicht en coördinatie). De motoriek ontwikkelt zich
sneller door veel te oefenen.
Deze aspecten spelen een belangrijke rol bij in het activiteitsniveau van kinderen:
- Omgeving
- Genen
Genderverschillen in grove motorische vaardigheden
Jongens Meisjes
Gemiddeld sterker Betere coördinatie
Hoger activiteitsniveau
Begrippen
Veranderingsblindheid: het verschijnsel dat veranderingen in het gezichtsveld makkelijk
over het hoofd gezien worden.
8.2.2 De fijne motoriek
De fijne motoriek is een verzamelnaam voor subtiele lichaamsbewegingen
3 jaar oud puzzelen
4 jaar oud vormen vouwen
5 jaar oud potlood vasthouden
8.2.3 Zindelijk worden: wanneer en hoe?
Veel meningsverschillen:
- Flexibele aanpak
- Hardere aanpak
- Elimination communication
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maryembdd. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.