Deze samenvatting sluit aan en is gebaseerd op het boek Chemie Overal 4 VWO.
Hoofdstuk 5 “Reacties van zouten” en Hoofdstuk 6 “Koolstofverbindingen” zullen in dit
document aan bod komen. Deze samenvatting dient niet gekopieerd en/of gedeeld te
worden.
Begrippen Hoofdstuk 5
Neerslagreactie: Een reactie tussen ionen die niet naast elkaar in een
oplossing kunnen voorkomen.
Neerslagvergelijking: De vergelijking van de reactie tussen de ionen.
Stoichiometrische De verhouding waarin beginstoffen reageren en
verhouding: reactieproducten ontstaan.
Overmaat: Eén van de beginstoffen is in een grotere hoeveelheid
aanwezig dan voor de reactie nodig is.
Hard water: 2+ 2+
Water dat veel 𝐶𝑎 (𝑎𝑞) en/of 𝑀𝑔 (𝑎𝑞) -ionen bevat. Hoe
hoger de concentraties van deze ionen, des te harder is het
water.
Kalkzeep: 𝐶17𝐻35𝐶𝑂𝑂 .
−
Samenvatting Hoofdstuk 5
§5.2 Neerslagreacties
Wanneer een zout slecht oplosbaar is, is er sprake van een zoutoplossing.
Als een combinatie van ionen een slecht oplosbaar zout vormen, staat er een letter s in de
oplosbaarheidstabel. Een slecht oplosbaar zout (s) kun je op de volgende manier uitleggen:
1. Als je het zout in het water brengt, lost het niet op.
2. De ionen van het zout kunnen niet samen in een oplossing voorkomen. Breng je
beide ionsoorten toch bij elkaar, dan ontstaat er een vaste stof.
Neerslagreacties
Een neerslagreactie kan optreden als je twee of meer zoutoplossingen bij elkaar schenkt. Er
vindt een reactie plaats en om te weten welke reactie er verlopen is, maak je een
oplosbaarheidstabel van de ionen. De vergelijking van de reactie tussen de ionen heet een
neerslagvergelijking.
§5.3 Rekenen aan reacties
De stoichiometrische verhouding = de molverhouding.
, Verhouding tot de ionen
+ −
𝐴𝑔 : 𝐶𝑙 : 𝐴𝑔𝐶𝑙
1 : 1 : 1
𝐴𝑔𝑁𝑂3: 𝐶𝑎𝐶𝑙2: 𝐴𝑔𝐶𝑙
1
1 : 2
:1
2 :1 :2
De verhouding van de ionen van de neerslag is 1:1:1. Wanneer je naar de oorsprong van de
ionen gaat kijken, zie je dat dat anders kan zijn. Omdat er in 𝐶𝑎𝐶𝑙2 twee 𝐶𝑙 ionen zitten, heb
1
je 𝐶𝑎𝐶𝑙2 nodig om één 𝐶𝑙 ion te krijgen. Daarom wordt de verhouding 2:1:2.
2
Overmaat
Je spreekt van overmaat als één van de beginstoffen meer aanwezig is dan voor de reactie
nodig is. Wanneer er om overmaat gevraagd wordt, moet de stof van ml/gr omgerekend
worden naar mol. Overmaat los je op de volgende manier op:
1. De oplosvergelijking noteren.
2. De molariteit van de zoutoplossing noteren.
3. De molverhouding noteren.
4. Berekenen de hoeveelheid ionen van stof 1 per liter (mol).
5. Berekenen de hoeveelheid ionen van stof 2 per liter (mol).
6. Molverhouding vergelijken met de hoeveelheid ionen van stof 1 en 2.
7. Overmaat noteren.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller HulpVanRoos. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.