100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Literatuur IidB $4.87   Add to cart

Summary

Samenvatting Literatuur IidB

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit document bevat de samenvatting van alle relevante informatie uit het boek van Inleiding in de Bedrijfskunde.

Preview 4 out of 57  pages

  • October 29, 2021
  • 57
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Inleiding in de bedrijfskunde - literatuur
Hoofdstuk 1: Het concept van zakendoen

Het bedrijfsleven richt zich op het produceren en het leveren van producten en diensten om aan
de behoeften van de samenleving te voldoen.
Er zijn verschillende soorten bedrijfsactiviteiten:
• Innovation
• Operations
• Marketing
• Finance & accounting
• Human resource management

Business = georganiseerde inspanning van individuen om goederen te produceren en te
leveren om aan de behoeften van de samenleving te voldoen.

Het is belangrijk om te weten hoe deze activiteiten elkaar beïnvloeden, hoe ze worden gevormd
en op wat voor manier zij vormgeven aan de context.

Zakelijke contexten
• Strategic level: het omvat de doelstellingen van het bedrijf dat wordt geformuleerd door
het management (het geeft richting aan de organisatie) → doelstellingen, vermogen,
budget en structuur van het bedrijf.
• Organizational level: omvat de manier waarop bedrijfsactiviteiten worden uitgevoerd en
verdeeld. Het gaat in op de bedrijfscultuur. Hoe groter de omvang van een bedrijf, hoe
meer de structuur ervan geformaliseerd is.
• Environmental level: het richt zich op 5 factoren: economie, staat, technologie, arbeid
en culturele en institutionele verschillen. De invloed van deze 5 factoren op een bedrijf
staat centraal. → draagt sterk bij aan globalisering

Strategie = omvat een reeks doelstellingen en methoden om die doelstellingen te bereiken. Een
strategie wordt normaal gesproken beheerd door de bedrijfsleiding en is gebaseerd op een mix
van zorgvuldige analyse van de omgeving en de organisatie, de persoonlijke voorkeuren van
betrokken managers en een onderhandelingsproces met verschillende belanghebbenden.

,Organisatie = verwijst naar de manier waarop mensen gegroepeerd zijn en de manier waarop
ze opereren om de activiteiten van het bedrijf uit te voeren.

2 manieren om de structuur en subsystemen van een organisatie te benaderen:
• De Systems Approach: het richt zich op de interne omgeving en subsystemen van de
organisatie die van elkaar afhankelijk zijn. Organisaties worden geanalyseerd in termen
van
• input: information, materials, labour, methods, finance, technology
• process: innovation, operations, marketing, HRM
• output: goods, services, profit, job satisfaction, information
Een bedrijf wordt volgens deze benadering gezien als een levend organisme. Om
effectief te zijn, moet het bedrijf, net als een organisme aanpassen aan zijn omgeving
om te kunnen overleven. De input, process en output moeten in evenwicht zijn.

Systems approach = een bedrijfsvisie met 2 verwante concepten. Ten eerste bestaan bedrijven
uit een reeks interacties, waar bedrijfsactiviteiten, de verschillende aspecten van de organisatie
en aspecten van de milieu deel van uitmaken. Wat we als bedrijf identificeren, is de som van al
deze invloeden en interacties. Ten tweede, beschouwt de systeembenadering business als een
serie van inputs van de omgeving, interne processen en outputs.

• De contingentiebenadering (Lawrence en Lorsch, 1967): richt zich op externe
omgeving van een organisatie. In hoeverre past de organisatie in de omgeving waar het
zich bevindt? Een bedrijf is beïnvloedbaar door situationele factoren.

Contingency approach = richt zich op de relatie tussen de organisatie en haar omgeving. Het
omvat het idee dat zakelijke activiteiten en de manier waarop deze zijn georganiseerd, een
product zijn voor de omgeving waarin ze opereren. De meest succesvolle bedrijven zijn
bedrijven die zijn georganiseerd om te profiteren van de omgeving.

→ Beide benaderingen houden geen rekening met het effect dat organisaties op hun omgeving
hebben.

Hoofdstuk 5: Globalisering van het bedrijfsleven
International Business (IB) = een bedrijf dat zich bezighoudt met internationale
(grensoverschrijdende) economische activiteiten en/of het doen van zaken in het buitenland.

De belangrijkste actoren in IB zijn de multinational enterprises (MNEs), ofwel multinationale
ondernemingen (MNO’s): dit zijn bedrijven die zich bezighouden in meerdere landen met
foreign direct investment (FDI), ofwel buitenlandse directe investeringen (BDI). BDI zijn
investeringen in het controleren en beheren van activiteiten met toegevoegde waarde in andere
landen.

International Business (IB) houdt zich bezig met de internationale omgeving van bedrijven en
hoe en waarom deze omgeving belangrijk is voor de afzonderlijke bedrijven.
De nationale markten zijn zich omgaan zetten tot internationale markten, waardoor
internationale concurrentie toeneemt. Het vereist daarom wel om expatriate opdrachten uit te
voeren: opdrachten in het buitenland.

,Opkomende economieën = economieën die pas onlangs een institutioneel kader hebben
opgezet om de internationale handel en investeringen te vergemakkelijken. Deze economieën
hebben meestal een laag of middelhoog inkomen en een bovengemiddelde economische groei.

4 grootste opkomende landen (BRIC-landen):
• Brazilië
• Rusland
• India
• China
• 85% van de mensheid leeft in een opkomende economie, maar zij bezitten maar 30%
van de global gross domestic product (GDP), ofwel wereldwijde bruto binnenlands
product (BBP).

Bruto binnenlands product (BBP) = de som van de toegevoegde waarde van in een economie
opererende bedrijven, huishouden en overheden.

Bruto nationaal product (BNP) = gross national product (GNP) = BBP + inkomsten uit niet-
ingezeten bronnen in het buitenland.

Bruto nationaal inkomen (BNI) = gross national income (GNI) = BBP = inkomsten uit niet-
ingezeten bronnen in het buitenland (bijv Nederlanders die wonen en werken in het buitenland).

Koopkrachtpariteit (KKP) = purchasing power parity (PPP) = een omrekening die de
tegenwaarde bepaalt van de hoeveelheid goederen en diensten die verschillende valuta’s
kunnen aankopen (vergelijken van de koopkracht tussen 2 landen: in Turkije kan je meer kopen
met een euro dan in Nederland.).

Wat bepaalt het succes en falen van bedrijven over de hele wereld?
• Institution-based view: bedrijven zijn afhankelijk van formele regels (wetgeving) en
informele regels (normen, waarden, cultuur). Deze regels (instituties) kunnen in elk land
verschillen. Deze visie heeft dus veel betrekking op de externe omgeving van een bedrijf,
die het succes van een bedrijf kan beïnvloeden.
• Resource-based view: interne middelen en capaciteiten hebben invloed op het succes
of juist de mislukking van een bedrijf. Succesvolle bedrijven hebben bepaalde
waardevolle en unieke middelen en mogelijkheden die concurrenten niet hebben.
Deze visie richt zich dus op de interne omgeving van een bedrijf.

, Liability of outsidership = aansprankelijkheid van
buitenstaanders = het nadeel van buitenstaanders (buitenlandse bedrijven) vergeleken met
insiders (binnenlandse bedrijven), veroorzaakt door gebrek aan bekendheid met de lokale
omgeving. verschillen in taal, cultuur, normen, regelgeving

Globalisering = een proces dat leidt tot een grotere onderlinge afhankelijkheid en wederzijdse
bewustzijn (reflexiviteit) tussen economische, politieke en sociale eenheden over de hele wereld
en tussen actoren in het algemeen.

Globalisering wordt door verschillende mensen anders geïnterpreteerd. Voor jongeren is
globalisering gekoppeld aan de informatie en communicatiemogelijkheden die het creëert.
Voor anderen biedt globalisering zakelijke kansen, wegens de toenemende kennis over
technologie.

Door globalisering nam de ongelijkheid toe door de groei van MNEs (MNO’s). Dit kwam door
liberalisering van de markt: het wegnemen van wettelijke beperkingen voor het bedrijfsleven.
Na de introductie van de naamloze vennootschap waren nieuwe vormen van eigendom mogelijk
en werden er dus grotere bedrijven opgericht, waardoor MNO’s belangrijker werden in de
wereldeconomie.

Ongeschoolde arbeiders of laagopgeleiden hebben een grotere kans om hun baan te verliezen,
omdat er door globalisering banen verplaatst kunnen worden naar lageloonlanden. Het inkomen
van hoogopgeleiden stijgt juist. Er ontstaat zo ongelijkheid binnen landen, maar ook tussen
landen.
Door globalisering wordt iedereen meer hetzelfde, dit kan ten koste gaan van culturen,
identiteiten en tradities. Er wordt een soort homogene cultuur gecreëerd global culture.

De wereldeconomie kan beschreven worden in golven van globalisering: het patroon van
globalisering als gevolg van een combinatie van langetermijntrends en schommelingen (WO I).

Triade = ontwikkelde economieën: West-Europa, Noord-Amerika en Japan

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller robgrootjans. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.87. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.87
  • (0)
  Add to cart