Gedragsbeïnvloeding
HC1 14-09-2021
Hoofdstuk 1
Gedrag veranderen: Welk gedrag is te beïnvloeden en welke niet?
1. Lichamelijke kenmerken & prestaties
o Groot deel genetisch bepaald
o Ook te beïnvloeden o.a. sport, eetgewoontes
o Succes in sport: nature of nurture?
Malcolm Gladwell: “magical number of greatness = 10.000 hours”
Deliberate practice (bewuste oefening) van 10.000 uur is nodig om
expert te worden
o Aangeboren talent is een grote factor + er moet veel tijd in gestopt worden.
Wat kun je als psycholoog doen?
Psychologische factoren als motivatie en doorzettingsvermogen ook
van belang
Dieper in gaan op leerprocessen (bv. qua optimale techniek
aanleren/focus). Bijv. visualisatietechnieken, slaapspecialist e.d.
Omgaan met spanning “choking under pressure”.
2. Cognitieve prestaties
o IQ en snelheid informatieverwerking voor 50 tot 80% genetisch bepaald
Er is sprake van aangeboren potentieel Moet echter nog ontwikkeld
worden/moet wat mee gedaan worden om te ontwikkelen.
Vraag is of braintraining/sudoku’s/schaken ook echt de fluïde
intelligentie verhoogt i.p.v. steeds beter worden in een trucje
Near transfer vs. far transfer
o Near transfer: beter worden in vergelijkbare spellen
o Far transfer:
3. Persoonlijkheid
o Eigenschappen staan redelijk vast.
o Gedrag is echter afhankelijk van je ideeën daarover.
o Als gedragsbeïnvloeder kun je je beter focussen op het veranderen van
gedrag in concrete situaties.
Verschillende therapieën laten zien dat bepaalde gedrags- en
denkpatronen te doorbreken zijn (bijv. CGT)
Denken in concrete gedragingen of competenties is vaak effectiever.
Belangrijke randvoorwaarde om gericht gedrag te veranderen:
- Je moet wel aan de slag gaan
,Incremental theorist: geloof in de maakbaarheid van de mens over algemeen growth
mindset
Entity Theorist: Gelooft niet dat mensen echt veranderen. Heeft over algemeen fixed
mindset.
Growth mindset
Leidt tot meer zelfvertrouwen
Meer motivatie om te leren
Falen: dan moet ik er nog meer moeite in stoppen of een andere strategie gebruiken.
kan ertoe leiden dat je veel potentie in iemand ziet .
Mindset m.b.t. intelligentie: Mensen zijn zeer sensitief voor de soort feedback bij
leersituaties: “goed gedaan, wat ben jij slim!” vs. “goed gedaan, wat heb jij hard gewerkt!”
heeft grote gevolgen voor motivatie, vertrouwen en vervolggedrag.
Het tweede zorgt meer voor een ‘growth mindset’
Over het algemeen is het als psycholoog functioneler als je een growth mindset hanteert,
maar er schuilt ook een gevaar in geloof in maakbaarheid:
- Bijv. als iemand faalt betekent dat niet persé dat diegene niet hard genoeg heeft
gewerkt.
Hoofdstuk 1, conclusies:
- Wees selectief in het gedrag dat je wilt veranderen
- Er zijn meerdere wegen naar Rome: Verschillende individuen kunnen situaties en
taken op verschillende wijzen benaderen met hetzelfde resultaat
- De manier waarop je denkt over (de veranderbaarheid) van gedrag is zeer belangrijk
voor het leren en veranderen van gedrag.
, Hoofdstuk 2
Leren: Aanpassingsproces aan omgeving (niet het vergaren van wijsheid)
Klassiek conditioneren, enkele sleutelbegrippen:
(1) Het proces van conditioneren
► Neutrale stimulus wordt gekoppeld aan een natuurlijke stimulus/respons reflex
(2) Discriminatie: Reageert alleen op een bepaalde stimulus
(3) Generalisatie: Respons/reflex ontstaat bij meerdere stimuli.
(4) Extinctie: Uitdoving van geleerde associatie
Valt alles even makkelijk te conditioneren?
Nee: Garcia effect / Sauce-Bearnaise syndroom:
o Misselijkheid/negatieve gevoelens worden heel krachtig aan voedsel (dat
onlangs is gegeten) gekoppeld, dit is dus dikwijls onterecht.
Operante conditionering
- Nieuw gedrag sturen door belonen en straffen
- Soms is gedrag te complex om in 1x aan te leren, wat dan?
o Shaping: Gedrag opdelen in stukjes en wanneer men in de goede richting
gaat, al belonen
o Partiële bekrachtiging (intermittend reinforcement): Door gedrag niet altijd te
belonen is het beter bestand tegen extinctie. (daardoor werken gokkasten
goed)
Sociaal leren:
- Ook na-apen of observationeel leren genoemd (Bandura).
- Zeer krachtig, gebeurt van jongs af aan.
- Kan zowel bewust als onbewust
Rolmodellen worden sneller als zodanig gezien en ‘nagedaan’ als ze ‘zelfrelevant’ zijn. En
zijn dus geschikt om gedrag te beïnvloeden.
Verschillende emoties en motivaties als gevolg van rolmodellen:
- Positief rolmodel:
o Haalbaar Positief (bijv. inspiratie
o Onhaalbaar Negatief
- Negatief rolmodel
o Vermijdbaar Opluchting
o Onvermijdbaar
Cognitief leren
Het leerproces dat plaatsvindt door te lezen, luisteren of zelf na te denken en
oplossingen te vinden. Hiervoor heb je ‘concepten’ en ‘geheugen’ nodig.
Men kan verschillen in inhoud van en relatie tussen concepten.
Leren = vermeerdering / verrijking / verandering in relatie tussen concepten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Lstudent3. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.63. You're not tied to anything after your purchase.