Zaken:
- Stoffelijke objecten, dingen die je vast kan pakken
- Onderscheid tussen roerend en onroerend
Onroerend:
- De grond
- Nog niet gewonnen delfstoffen
- Gebouw of werk dat duurzaam met de grond verenigd is:
- Een gebouw of werk is een constructie die door mensenhanden vervaardigd
is
- Portacabin (art. 3:3): Een gebouw of werk kan duurzaam met de grond zijn
verenigd doordat het naar aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter
plaatse te blijven:
- Bestemmingscriterium
- Kenbaarheidscriterium
- Gebouw of werk dat indirect met de grond is verenigd:
- Warmtekrachtkoppelingsinstallatie (art. 3:3): Indien een werk zich in een
gebouw bevindt en het naar aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter
plaatse te blijven, is het onroerend. Bestemmingscriterium van het portacabin
arrest geldt óók voor de indirecte vereniging van art. 3:3
- Havenkraan (art. 3:3): Zelfs als iets heen en weer kan rijden over een rails, kan het
nog steeds onroerend zijn.
, - Woonark (art. 3:3): Een woonark is een zaak die blijkens zijn constructie bestemd is
om te drijven en drijft, zodat sprake is van een schip in de zin van art. 8:1 BW. Een
schip is in het algemeen een roerende zaak.
De eigenaar van een zaak is eigenaar van al haar bestanddelen (eenheidsbeginsel)
Dépex/Curatoren (art. 3:4):
- Wanneer een gebouw en apparatuur in constructief opzicht op elkaar zijn afgestemd,
ligt hierin een aanwijzing dat apparatuur een bestanddeel is geworden van het
gebouw.
- Hetzelfde geldt wanneer het gebouw uit oogpunt van geschiktheid als
fabrieksgebouw bij het ontbreken van de apparatuur als onvoltooid moet worden
beschouwd.
Natrekking
1. Op grond van art. 3:4 jo 5:3 BW: Bestanddeelvorming
a. Geldt bij natrekking in het geval van 2 roerende zaken
b. Kan gelden voor de vraag of een voormalig roerende zaak bestanddeel is
geworden van een gebouw of werk (Dépex/Curatoren)
2. Op grond van art. 3:3 BW jo 5:20 lid 1 BW: Verticale natrekking
a. Geldt bij natrekking indien 1 van beide zaken de grond is (directe vereniging)
b. Kan gelden voor de vraag of een zaak bestanddeel wordt van een gebouw of
werk (indirecte vereniging) (WKK jo Portacabin)
Beperkte rechten
- Absoluut
- Rusten op het recht van een ander
- Recht van prioriteit: het oudste beperkte recht gaat voor
- Zaaksgevolg
- Gesloten stelsel
Vruchtgebruik: het recht om goederen die aan een ander toebehoren, te gebruiken en
daarvan de vruchten te genieten.
- Erfrecht: kinderen worden eigenaar, maar langstlevende partner mag alles nog
gebruiken.
Erfdienstbaarheid: een last, waarmee een onroerende zaak - het dienende erf - ten behoeve
van een onroerende zaak - het heersende erf - is bezwaard
Opstalrecht: een zakelijk recht om in, op of boven een onroerende zaak van een ander
gebouwen, werken of beplantingen in eigendom te hebben of te verkrijgen. Met opstalrecht
kan je natrekking doorbreken.
Erfpacht: zakelijk recht dat de erfpachter de bevoegdheid geeft eens anders onroerende
zaak te houden en te gebruiken
, Week 2 - Hoorcollege
Bezit en houderschap
Bezit: Goed voor jezelf houden (= gedragen alsof je rechthebbende bent)
Houderschap: Goed voor een ander houden
- Of iemand een goed houdt, en of hij dit voor zichzelf houdt, beoordelen a.d.h.v.:
- Verkeersopvattingen
- Wettelijke regels
- Uiterlijke feiten
- Als je eenmaal houder bent, dan blijf je ook houder, dus wordt je niet bezitter en dus
ook geen rechthebbende (interversieverbod)
Inbezitneming: Door zich daarover de feitelijke macht te verschaffen
Bewijsvermoedens
- Houder wordt vermoed voor zichzelf te houden (bezitter te zijn)
- Bezitter wordt bezitter te goeder trouw te zijn
- Bezitter wordt vermoed rechthebbende te zijn
Gielkens/Gielkens
Is er sprake van bruikleen geweest of van schenking? In dat geval moet je uitgaan van
bewijsvermoedens.
Verkrijgende verjaring
Verkrijging van goed onder bijzondere titel
Twee soorten:
- Art. 3:99 e.v. BW:
- Verkrijgende verjaring door bezitter te goeder trouw:
- Bezit
- Te goeder trouw
- Onafgebroken
- Voor 3 of 10 jaren
- Als je te goeder trouw bent, dan blijf je dat ook
- Art. 3:120 - 3:121 BW: kosten en vruchten zijn voor bezitter te goeder trouw
- Art. 3:105 en 3:106 BW:
- Bevrijdende verjaring door bezitter niet te goeder trouw
- Gedupeerde kan nog schadevergoeding vorderen
- Art. 3:120 - 3:121 BW: kosten en vruchten zijn niet voor bezitter te kwader
trouw
Bezit van beperkte rechten ex art. 3:105 BW wordt bijna nooit aangenomen:
Duijf/Bolt: Mensen hebben een huis gebouwd. Stuk grond waar het op stond waren zij
houder van. Huis staat er al heel lang.
Natrekking:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Teun99. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.33. You're not tied to anything after your purchase.