H.1: Algemeen
H.3 en 4: Psychodynamische theoriën (Freud)
H.5 en 6: Humanistische theorieën (Rogers)
H.7: Eysenck, and Cattel
H.8: 5 factoren model
H.9 en 10: Sociale cognitieve theorieën
H.12: Biologische benadering
H.13: Leertheoretische benadering
Extra literatuur uit Van der Molen aangeboden via Blackboard
onder ‘Moduulboek’
H.2, H.11, H.14 en H.15 is geen toetsstof.
Hst1. THEORIES OF PERSONALITY
Hiërarchie karakter
persoonlijkheid trek
proces type
structuur eenheid om te analyseren
systeem
Samenvatting
1. Persoonlijkheidtheoretici denken dat de theorieën 5 doelen
nastreven. Ze gebruiken (1) wetenschappelijke observaties die
theorieën ondersteunen die (2) intern coherent en systematisch zijn,
(3) testbaar en (4) algemeen aanvaardbaar – wat moet leiden tot (5)
bruikbare toepassingen.
2. Persoonlijkheidstheorieën stellen de vragen wat, hoe en waarom
door vier onderwerpen te behandelen: (1) persoonlijkheidsstructuur,
(2) persoonlijkheidsprocessen, (3) persoonlijkheidsontwikkeling en
(4) persoonlijkheidsverandering (waaronder psychotherapie).
3. In de geschiedenis van de persoonlijkheidsleer is een basis
ontwikkeld die drie wetenschappelijke functies heeft: (1) het
organiseren van bestaande kennis over persoonlijkheid, (2) zoeken
naar nieuwe kennis over belangrijke onderwerpen en (3) het
identificeren van nieuwe onderwerpen voor studies.
4. Het bestaan van verschillende theorieën in het veld kan vergeleken
worden als verschillende gereedschapskisten – elke kist heeft
gereedschap om een onderwerp van de persoonlijkheidstheorieën
op te lossen/aan te pakken.
,Hst3. FREUD’S PSYCHOANALYTIC THEORY
anale fase levensdrift of eros
angst afweermechanismen
castratie angst menselijke geest of psyche
reiniging van de ziel orale fase
bewuste penisnijd
doodsdrift of thanatos fallische fase
afweermechanismen lustprincipe
ontkenning voorbewuste
driften / drijfveren primaire (denk)proces
energiesysteem projectie
erogene zones rationalisatie
vrije associatie reactieformatie / reactievorming
genitale fase realiteitsprincipe
es, Uber-ich, ich verdringing
identificatie secundaire (denk)proces
onderdrukken sublimatie
isolatie onbewuste
latentie fase ongedaan maken
Samenvatting
1. De psychoanalytische theorie illustreert een psychodynamische,
klinische benadering op persoonlijkheid. Het psychodynamische deel
is vooral gefocust op de interpretatie van gedrag als gevolg van de
interacties tussen motieven of ‘drives’. De klinische benadering gaat
vooral over informatie wat verzameld is tijdens intensieve
behandeling met individuele personen.
2. Freud poneerde een mechanisch, deterministisch, op energie
gebaseerd model van de geest. Dit model reflecteerde direct de
19eeeuwse wetenschappelijke en medische training die Freud heeft
gehad.
3. Freud baseerde zijn theorie op ‘case-study evidence’. Hij dacht dat
diepteanalyses van klinische gevallen de enige valide manier was
om te ontdekken hoe het bewustzijn en onderbewustzijn in elkaar
zat.
4. De basis van Freud’s theorie is een combinatie van analyses van
zowel persoonlijkheidsstructuren als persoonlijkheidsprocessen.
De structuren bestonden uit drie mentale systemen – het es, Uber-
ich en het ich – die functioneren volgens verschillende principes die
in conflict zijn met elkaar.
De processen bevatten mentale energie die hun oorsprong vinden in
het es, maar die geblokkeerd en verstoord zijn door de acties van
het Uber-ich, werkend in de beperkingen van het ich.
5. In de psychoanalytische theorie zijn conflicten tussen het es, Uber-
ich en het ich.
Es impulsieve expressie
Uber-ich conflict met es door het verlangen naar het vertragen
van impulsen om de beperkingen van de realiteit
, Ich conflict met es door het verlangen om morele standaarden
aan te hangen
Verdedigingsmechanismen zijn strategieën ontwikkeld door het
Uber-ich om de onacceptabele ‘drives’ en verlangens van het es te
stoppen
6. In de persoonlijkheidsontwikkeling van de psychoanalytische theorie,
gaat het individu door een aantal ontwikkelingsfasen. Elke fase
bevat een onderscheiden deel van het lichaam dat de voornaamste
focus heeft van sensuele bevrediging. Deze ontwikkelingsfasen
komen vroeg in het leven voor – in de jeugd. Verder dan enige
andere theorie, suggereert Freud’s psychoanalytische theorie dat de
jeugdervaringen een blijvende, onveranderlijke invloed heeft op
iemands persoonlijkheid.
7. De psychoanalyst Erik Erikson probeerde de psychoanalytische
theorie te verbreden en uit te breiden door de nadruk te leggen op
de psychologische ontwikkelingsfasen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JonathanH26. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.33. You're not tied to anything after your purchase.