Aniek van 't Hof
SAMENVATTING HOORCOLLEGES jaar 2021/2022
,Inhoud
Hoofdstuk 1: Organisaties.........................................................................................................................................2
Wat zijn organisaties?.......................................................................................................................................2
Hoe werken organisaties en wat heb je eraan?................................................................................................3
Management in organisaties.............................................................................................................................7
De vier basisfuncties van management............................................................................................................8
Hoofdstuk 2:..............................................................................................................................................................9
Plannen..................................................................................................................................................................9
Plannen in organisaties.....................................................................................................................................9
De strategisch plannende organisatie.............................................................................................................10
Besluitvorming in organisaties........................................................................................................................12
Praktische planningstechnieken voor de manager.........................................................................................13
Structuren van organisaties................................................................................................................................13
Coördinatie in organisaties.............................................................................................................................16
Humanresourcemanagement (= personeelszaken)........................................................................................17
Cultuur in organisaties....................................................................................................................................19
Veranderen van organisaties..........................................................................................................................20
Hoofdstuk 4.............................................................................................................................................................22
Leidinggeven........................................................................................................................................................22
Leiders, leidinggevende en managers in organisaties....................................................................................22
Stijl van de leidinggevende..............................................................................................................................23
De motiverende leidinggevende.....................................................................................................................25
Gedrag in organisaties in relaties tot leiderschap...........................................................................................26
De leidinggevende als coach...........................................................................................................................29
Hoofdstuk 5.............................................................................................................................................................31
Beheersen............................................................................................................................................................31
Beheersing in organisaties: de planning- en controlcyclus.............................................................................31
Beheersing in vormen, bronnen en criteria....................................................................................................31
Beheersing volgens Merchant.........................................................................................................................34
1
Samenvatting M&O
,Hoofdstuk 1: Organisaties
Wat zijn organisaties?
Een organisatie is een menselijk samenwerkingsverband die blijvend is. Met andere woorden houdt dit in dat
een aantal mensen gaan samenwerken om een organisatie te beginnen, waarbij deze voor langere tijd bestaan
blijft.
Hoe herken je een organisatie
Een organisatie heeft 3 kenmerken, namelijk:
1. Samenwerking door mensen
Dit heeft te maken met synergie-effecten en schaaleffecten. Dit wil zeggen dat het effect van een
samenwerking groter is dan elk van de samenwerkende partijen afzonderlijk zou kunnen bereiken.
Samen bereik je meer dan alleen.
2. Gemeenschappelijk doel
Je begint een organisatie altijd met een bepaald gemeenschappelijk doel.
3. Doel voorbestaan van de organisatie
Intern: continuïteit. Het voortbestaan van de organisatie, ze zijn bezig met het in business blijven.
Extern: voorzien in maatschappelijke behoefte. Er moet wel vraag zijn naar je product of dienst, anders
heeft het geen zin om een organisatie te starten.
Verschillende betekenissen van het begrip organisatie
Het begrip van organisatie heeft een aantal betekenissen.
Functioneel: effectief op elkaar afstemmen van activiteiten. De verschillende mensen binnen de
organisatie moeten wel alle werkzaamheden met elkaar afstemmen.
Institutioneel: organisaties als instituut, met een naam en locatie. Deze zijn meestal vindbaar of
zichtbaar.
Instrumenteel: organiseren. Hoe hebben ze alles in de organisatie georganiseerd. Hangt erg nauw
samen met het functionele aspect van een organisatie.
Organisatie, bedrijf en onderneming
Alles is een organisatie, dit is een groot en overkoepelend begrip. Denk hierbij aan een school,
supermarkt, snackbar, een evenementen bureau. In het begrip organisatie wordt er een
onderscheid gemaakt in bedrijf en een onderneming.
Onderneming: is een bedrijf met een winstoogmerk. Ze willen winst maken denk aan
een supermarkt, een evenementen bureau.
Bedrijf: is een organisatie die goederen of diensten maakt om deze op de markt te
zetten.
Een organisatie kan zowel een onderneming als een bedrijf zijn. Echter is dit niet altijd zo. Denk
hierbij aan het voorbeeld van Inholland. Dit is een organisatie en een bedrijf, maar ze willen geen winst maken
en zijn dus geen onderneming.
Juridische keuzen ten aanzien van de organisatie
Iedere organisatie die bij de kamer van koophandel is ingeschreven, heeft een juridische vorm. Deze juridische
vorm noem je ook wel de rechtsvormen van een bedrijf. Hierbij zijn er 2 vormen:
1. Natuurlijke personen: dit zijn de mensen achter de bedrijven, die je kunt aanwijzen. Bijvoorbeeld:
Koen is de eigenaar van Outlive, Outlive is zijn eenmanszaak.
2. Rechtspersonen: er is hier niet aantoonbaar van wie het bedrijf is.
Bijvoorbeeld de aandeelhouders van bol.com, dit bedrijf heeft niet 1 eindverantwoordelijke.
2
Samenvatting M&O
, Een ander belangrijk aspect is de aansprakelijkheid. Als het niet goed gaat met je bedrijf en je moet
faillissement aanvragen is het goed om te weten onder welke rechtsvorm je bedrijf valt.
Bij natuurlijke personen kan er beslag op je privébezittingen, en kan er dus beslag op je huis of andere spullen
worden gelegd. Bij rechtspersonen is dit niet zo, wel verlies je bij faillissement je aandelen in het bedrijf.
Onder natuurlijke vormen zijn er de volgende rechtsvormen
Eenmanszaak: hier is de eigenaar met zijn gehele privévermogen aansprakelijk voor schulden in de eigen
zaak.
Maatschap: deze rechtsvorm wordt veelal gebruikt door beoefenaren van een vrij beroep die willen
samenwerken. De maten zijn voor een gelijk deel van mogelijke schulden aansprakelijk.
Vennootschap onder firma (=VOF): vaak firma genoemd. Dit is een samenwerkingsverband tussen twee of
meer personen onder één naam. Soms brengen firmanten alleen (start)kapitaal in, soms brengen ze arbeid
in of vergunningen. De firmanten zijn allemaal aansprakelijk voor de schuld van VOF, met hun
privévermogen.
Commanditaire vennootschap (=CV): deze rechtsvorm is vergelijkbaar met de firma. Het verschil is dat bij
de cv sprake is van een actieve en stille (commanditaire) vennoten. De stille vennoten brengen alleen geld
in als financier, maar gaan niet meewerken in de organisatie. De commanditaire vennoot kan wettelijk
gezien niet meer verliezen dan zijn totale inleg. Hij is daarboven niet aansprakelijk meer
Bij de rechtspersonen komen we de volgende rechtsvormen tegen:
Naamloze vennootschap (=NV): bij deze vorm zijn de aandelen wat men noemt aan toonder. Iedereen die
de aankoopprijs van het aandeel op de aandelenbeurs kan en wil betalen, kan ze kopen. De
aandeelhouders worden eens per jaar bijeengeroepen in een algemene vergadering aandeelhouders
(=ava). Een nv kent een raad van bestuur (=RvB), zij zijn het topmanagement van aandeelhouders. De RvB
vormt samen met toezichthouders een raad van commissarissen (=rvc). Alle beursgenoteerde
ondernemingen zijn een naamloze vennootschap.
Besloten vennootschap (=bv): de bv is vergelijkbaar met de nv, met het belangrijkste verschil dat de
aandelen van de bv juist wel op naam staan. Als de aandeelhouder de aandelen niet kwijt wil, kan niemand
er aan komen. De aandeelhouder van een bv is niet met zijn privékapitaal aansprakelijk voor schulden van
de bv.
Coöperatieve vereniging (=cv): de cv is een vereniging van
leden die hetzelfde doel nastreven, bijvoorbeeld
gezamenlijke inkoop van producten bij winkeliers, of de
gemeenschappelijke aankoop van dure landbouwmachines
door boeren. Ook de cv heeft een raad van bestuur (=rvd) en
toezicht in de vorm van een raad van toezicht (=rvt).
Voorbeelden van een cv zijn de Rabobank en de
Boerenbondwinkels.
Hoe werken organisaties en wat heb je eraan?
Het transformatieproces
Organisaties werken met een aantal aspecten. Deze aspecten zijn van invloed op de manier waarop
organisaties te werk gaan.
Transformatieproces
Organisaties worden opgericht met een bepaalde doelstelling. Om deze doelstelling te kunnen realiseren, zal
input veranderd moeten worden in output.
Aan de inputzijde onderscheiden we:
Materialen ( wat heb je nodig om je product / dienst te maken )
Middelen ( bijv. menselijke arbeid, geld, investeringen )
Overige factoren ( denk aan de wetgeving, klimaat )
In de organisatie wordt deze input getransformeerd tot:
Gewenste output ( verkoopbare producten / diensten waarna je omzet maakt )
Ongewenste output ( afval, milieuvervuiling, onverkoopbare producten )
3
Samenvatting M&O
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller aniekvth. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.