Het lymfesysteem
Lymfe: afval van vloeistof in ruimte tussen de cellen
Lymfecapillairen: absorberen vloeistof van het capillairnetwerk, passief transport
Lymfevaten: contraheren en transporteren het vocht, actief transport
Vaatstammen: verzamelvaten
Lymfe-knopen: filterstations, klieren met afweercellen
Capillairen (dermis): passief transport van vocht. Endotheel van initiële lymfevaatjes bevat
geen pompmechanisme. Verankeringsvezels reageren op ‘trek’ en ‘druk’ in het weefsel
Pre-collectoren: bevat kleppen en gladde spiervezels, poriën tussen de endotheelcellen
Collectoren (subcutis): actief transport. Angionen met afvoerende functie middels gladde
spiervezels. Vulling zorgt voor actiepotentiaal, contractie.
Oppervlakkig lymfvatsysteem: zit vooral in de dermis
Diep systeem: onder de lichaamsfascie
Visceraal systeem: in en tussen de organen
Oedeem = een zichtbare en/of tastbare zwelling van een lichaamsdeel die berust op
toename van vrij vocht in het interstitium:
- Hoge output failure: transportcapaciteit van lymfe is normaal, maar lymfvatsysteem is
intact. De eiwitten worden afgevoerd, dus eiwitarm oedeem. Veneus oedeem: wel
delle indrukbaar.
- Lage output failure: transportcapaciteit van lymfe is verlaagd of afwezig,
lymfvatsysteem is niet meer in tact, dus eiwitrijk oedeem. Lymfoedeem: niet delle
indrukbaar.
Oorzaak lymfoedeem:
- Primair: hereditair, dus symptomen zoals milroy, meige, distichiasis, turner, noonan,
klippel etc. Het kan ook niet hereditair zijn, maar slecht in aanleg: dysplasie.
- Secundair: behandeling van kanker, verlamming, obstructie, CVI
MLD = oedeemtherapie:
1. Hygiene en skin care
2. Mld
3. Compressie
4. Bewegingsoefeningen en ademhalingsoefeningen
Doel van MLD: het terugbrengen van oedemateuze ledemaat naar een stabiele staat door
gebruik te maken van de overgebleven lymfevaten en alternatieve routes en dit zo lang
mogelijk te behouden
Effecten in weefsel bij MLD:
- Drainage: normalisering homeostase
- Vasomotorische reacties – contractiesnelheid gaat omhoog
- Neurogene effecten: pijnafname en stimulatie van de nervus vagus (parasympaticus)
- Reparatie/regeneratie
- Immunologische effecten: zowel de specifieke als de aspecifieke afweer verbetert
door de stimulatie van lymfnoduli
Met MLD geef je weinig druk: 30 tot 40 mmHg
,Wat er wordt gedaan met MLD:
- Stimuleren lymfvasomotoriek via rekprikkel aan huid proximaal van het wondgebied
(bijv. Bij een ulcus of postoperatief)
- Manueel verplaatsen van oedeem via de weefselspleten (oedeemgrepen)
- Opheffen van blokkades door eiwit-fibrose middels fibrosegrepen
- Toename reabsorptie
Contra-indicaties MLD
Absoluut:
- Trombose
- Acute infecties (erysipelas
- Metastasen/maligniteiten
- Dermatitis op basis van radiotherapie
Relatief:
- Maligniteiten (palliatief)
- Hartinsufficiëntie/decompensatio cordis
- Cardiaal oedeem (functioneel oedeem): als je hart niet goed functioneert dan blijft het
bloed in je benen hangen. Het vocht blijft hangen in de huid zodat het hart het niet te
zwaar krijgt
- Nierfunctie stoornis
- Lage bloeddruk
- DVT
- Hypertensie: mag wel als patiënt medicijnen gebruikt voor een te hoge bloeddruk
- Hyperthyreoïde (geen halsbehandeling)
- Zwangerschap (geen buikbehandeling)
Een hydrocèle of waterzakbreuk is een ophoping van vocht in het scrotum, de balzak: het
zakje waar de teelballen of zaadballen in hangen. De term 'hydrocèle' betekent letterlijk een
zak van water. De teelballen worden omgeven door een vlies gevuld met vocht, waarin ze
kunnen bewegen. Bij een hydrocèle is er sprake van een toename van de hoeveelheid vocht.
Een hydrokèle kenmerkt zich vaak als pijnloze, goedaardige, zwelling in het scrotum.
Een hydrocèle komt vooral bij jonge kinderen en oudere mannen. Bij baby's en zuigelingen
kan de balzak opgezwollen raken doordat het lieskanaal waarlangs de testikels afdalen van
de buik in het scrotum tijdens de laatste periode van de ontwikkeling in de baarmoeder, niet
goed raakt afgesloten. Er kan dan lichaamsvocht in dit kanaal terechtkomen en dit komt
vervolgens in de balzak terecht. Het gevolg is dat de balzak opgezwollen raakt. Een
hydrocèle verdwijnt normaalgesproken een paar maanden na de geboorte, maar de
verschijning van een opgezwollen scrotum van hun pasgeboren kindje kan nieuwbakken
ouders danig verontrusten.
Een hydrocèle wordt ook wel geassocieerd met letsel of een ontsteking aan de teelbal of
bijbal. Ook kan het ontstaan ten gevolge van een ongeval. Voorts kan het voorkomen als
reactie op kanker van de testikel. Een hydrocèle kan ook worden veroorzaakt door de
buitenmatige productie van vocht in het scrotum, door onvoldoende opname van het vocht of
niet goed functionerende afvoer van de scrotuminhoud. Dit type hydrocèle komt vaker voor
bij oudere mannen.
MLD en wonden
Met MLD bij patiënten met een wond worden de afvalstoffen afgevoerd en ontstaat er een
betere trofiek van het wondbed
Behandeling zelf:
- Laat zwaartekracht meewerken bij afvoer oedeem
- Behandeling altijd proximaal van de wond starten
, - Bij benadering van de wond: langzamer, grootvlakkiger, minder cirkelvormig,
langzame druk toe- en afname
- Het mag geen pijn doen
Rode wond:
- Van de wond af draineren
- Geen druk/rek op de wondranden: je wilt niet dat het gaat springen, korst gaat krijgen
of dat de patiënt pijn heeft
- Je gaat van de wond af, omdat deze wond al schoon is en je wilt het oedeem
weghalen
Gele wond:
- Mag naar de wond toe draineren
- Wondtoilet
- Je gaat naar de wond toe, omdat je bij een gele wond veel viezigheid hebt. Met mld
spoel je deze viezigheid weg. Daarom wordt het een wondtoilet genoemd
Zwarte wond: doen we niets mee, moet naar chirurg
Open wond:
- Anti-septisch werken (handschoenen)
- Veel exsudaat (geel): mag naar de wond toe: wondtoilet
- Granulatieweefsel (rood) vormt: van de wond af
- Mag geen pijn doen
(Primair) gesloten wond:
- Van de wond af
- Met mld omleiden van de blokkade af
- Bij de wond: steeds minder rek en druk, overgaan tot intermitterend drukken
Anderson classificatie:
1 = pitting oedeem, geringe fibrosis
2 = non-pitting oedeem, matige fibrose
3 = huidhypertrofie met insnoeringen
4 = als 3 maar met papillomateuze woekering en wratformatie
5 = klassieke elephantiasis
Circumferentiemetingen: C = omtrek
Herpertz bij oedeem aan 1 zijde:
- Je meet op 4 punten de omtrek. Het maakt niet uit welke punten
- Let op dominantie. Als je meer je rechterhand gebruikt (sterker en groter van omtrek).
Bij oedeem in rechterhand moet je 8 % van de omtrek eraf halen
Kühnke bij dubbelzijdig oedeem:
- 4 cm methode
- Streepjes om 4 cm tekenen
- C meten om 4 cm
- Formule = volume = 0²/
- Kuhnke is een nauwkeuriger methode: je meet meer punten
10 % verschil tussen links en rechts: pre-oedeem (voorstadium)
Huidzorg:
- Slechte stofwisseling: hierdoor kunnen de leukocyten niet bewegen naar het
rompgebied (stase)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MeldaHuidtherapie. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.80. You're not tied to anything after your purchase.