Perinatologie
H1 embryonale en foetale ontwikkeling
Zwangerschapsduur: gerekend vanaf de eerste dag van de laatste menstruatie en is
ongeveer 14 dagen langer dan de embryonale leeftijd.
Bevruchting: het samensmelten van een spermatozoön met een eicel.
Een spermatozoön bevat in de kop een celkern die chromosomen bevat en het acrosoom
waarin enzymen zitten. Overleven zo’n 24-48 uur.
Binnen 12-24 uur vindt bevruchting plaats na
gemeenschap (coïtus).
Binnen 24-60 uur na bevruchting gaat de
bevruchte eicel (zygoot) zich verdubbelen en
verplaatst zich van de eileider naar de uterus.
Morula: een stevig klompje cellen is na 3
dagen in de baarmoeder.
Blastocyst: een centrale holte
Embryoblast: cellen waaruit het embryo zal
ontstaan hopen zich aan een zijde op.
Trofoblast: de cellen die samen met het
uterusweefsel de placenta gaan vormen liggen
aan de periferie.
1 op de 60 kinderen wordt verwekt met IVF.
Als de celdeling tot 8 of 16 is gekomen wordt de morula teruggebracht in de uterus.
ICSI (intracytoplasmatische sperma-injectie): een enkele zaadcel wordt direct in het
cytoplasma van de eicel gebracht.
Hoogtechnologisch draagmoederschap: de zwangerschap komt bij de draagmoeder tot
stand nadat in haar barmoeder een embryo is ingebracht dat ontstaan is uit de wensouders.
Laagtechnologisch draagmoederschap: de draagmoeder wordt zwanger uit de combinatie
van haar eigen eicellen en het zaad van de wensvader.
Decidua basalis: Groeit uit tot het moederlijke
deel van placenta.
Chorionholte: Groeit uit tot het foetale deel van
de placenta.
, Bloed van de moeder wordt niet vermengd met dat van de foetus, er vindt uitwisseling
plaats met het zuurstofarme bloed van de foetus met gassen, stofwisselingsproducten en
andere stoffen.
Zuurstofarm bloed van de foetus komt met navelarteriën bij de placenta en het zuurstofrijke
bloed gaat met navelvenen terug naar de foetus.
Amnionholte ontstaat op de 8e dag na bevruchting en bevat het vruchtwater (amnionvocht).
De holte wordt omgeven door vruchtvliezen, binnenste = amnion, buitenste = chorion.
Vruchtwater bestaat in het begin uit moederlijk bloed, na 8 weken gaat de foetus urine
lozen, aan het eind zo’n 1 liter vocht wat voor de helft uit urine bestaat.
Foetus slikt zo’n 400ml vruchtwater per dag in.
Oligohydramnion: een tekort aan vruchtwater (verminderde urineproductie).
Polyhydramnion: een overschot aan vruchtwater (obstructie maag-darm kanaal, afwezige
slikfunctie)
Navelstreng: rond week 8 ontstaan, bevat 2 arteriën en 1 vene omgeven door steunweefsel
(Wharton gelei).
Ontwikkeling van orgaansystemen
1e maand:
Embryonaal weefsel bestaat uit 3 lagen
- Ectoderm
- Mesoderm
- Entoderm
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller HannahVdVeen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.