Hoofdstuk 3: Zuid-Amerika
Paragraaf 1: regionale beeldvorming
Het beeld dat mensen van een onbekend gebied hebben, is vaak gebaseerd op
vooroordelen. Dat noem je een stereotype, het geeft een algemene karakterisering.
Stereotypen berusten op perceptie. Perceptie is de manier waarop je op basis van informatie
de werkelijkheid inkleurt. Cultuurelementen spelen een belangrijke rol in het stereotype
beeld van Zuid-Amerika. Aardrijkskunde is de wetenschap die zich bezighoudt met de aarde
als woonplaats van de mens en met de mensen als bewoners ervan. Aardrijkskunde ruimt
verkeerde regionale beelden op door aanleveren geografische beeldvorming. Dit zijn
feitelijke beelden van de ligging van een gebied en van ruimtelijke kenmerken en relaties.
Geografische kennis zorgt ervoor dat je mental map wordt gecorrigeerd. Zowel stereotype
beelden als geografische beelden van Zuid-Amerika zijn van invloed op het ruimtelijke
gedrag van buitenlandse consumenten, politici, bedrijven en burgers. Juiste beelden lijden
vaak tot betere resultaten. Door de media is het beeld van Zuid-Amerika de laatste tijd
verandert.
Paragraaf 2: landschappen
Het westelijke vasteland van Zuid-Amerika uit de Zuid-Amerikaanse plaat en de Caribische
plaat bestaat. In bron 11 zie je hoe de Nazcaplaat wegduikt onder de Zuid-Amerikaanse
plaat. Dit heet seductie. Dit zorgt voor aardbevingen en gebergtevorming. Hierdoor komt het
stollingsgesteente andesiet er veel voor. Het hooggebergte de Andes is een gebergte met
ertussenin een hoogvlakte of hoogland. Zie bron 10. De wegduikende plaat neemt land mee
en zorgt voor een voorlandbekken, een laagte.
In het oosten vinden we een passieve continentrand. Hier zijn weinig tektonische
verschijnselen. Aan het oosten van de Andes liggen twee schilden. De hooglanden van
Guyana en Brazilië.
Zuid-Amerika is erg bekend om zijn bodemschatten. De metalen zijn vaak met het magma
omhoog gekomen. Door verschillende stollingstemperaturen kunnen metalen zich ophopen
en ontstaan er ertsaders. In een aantal gebieden vindt je veel bauxiet.
Paragraaf 3: klimaten
De temperatuur in Zuid-Amerika is afhankelijk van de breedteligging, maar ook van de
hoogteligging. De leerslag wordt bepaald door de ligging ten opzichte van de gebergtes. In
juli schuift de ITCZ naar het noorden, wat op het hoogland voor een zuidoostpassaat gaat
waaien. Mangrovebossen kunnen groeien in gebieden met relatief weinig neerslag, omdat
ze in brak en zout water. In het zuiden van Brazilië wordt het klimaat gematigder. Verder
naar het zuiden vindt je steppe en woestijnklimaat. In het uiterste zuiden van de Chili vindt
je een gematigd zeeklimaat.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dirknagel13. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.