Meer dan onderwijs
Hoofdstuk 3: Hoe kinderen leren
3.1 Inleiding en definitie
Definitie van leren, geformuleerd door Boekaerts en Simons (2015, p. 3)
“We zeggen dat iemand leert of iets heeft geleerd wanneer we een relatief stabiele verandering in zijn
of haar gedrag of in gedrag disposities constateren, die het gevolg is van leeractiviteiten en een
zekere mate van wendbaarheid heeft.”
Leren = Gaat om meer dan kennis verwerven, stabiele gedragsveranderingen, verworven gedrag dat
je ook in andere situaties kunt gebruiken (=transfer)
Onopzettelijk leren = niet de uitgesproken bedoeling om te leren
Hierbij kan gebruik worden gemaakt van speciale leeromgevingen
Opzettelijk leren = bedoeling om te leren
Wordt intentioneel leren genoemd.
Intentioneel leren = Opzettelijk leren dat met een bedoeling gebeurd.
Transfer = Een begrip dat ook kan worden gebruikt in andere situaties
Transferbevordering via meta-leren = Een dergelijk gesprek kan helpen om bij een volgend spel het
geleerde makkelijk terug te halen en toe te passen.
Bijv. Tijdens het spelen van een rekenspel ontdekken de kinderen dat ‘schatten’ de kans op snel
winnen vergroot. Daarna bespreken.
Passende leeromgeving zorgt ervoor dat kinderen goed kunnen leren
Leeractiviteit = een verzameling van handelingen die tot een bepaald doel leiden. Wordt vaak
intentioneel toegepast.
In alle onderwijsleersituaties gaat het om de relaties tussen drie elementen:
1. Iemand die zorgt voor het leren
2. Iemand die leert
3. Iets wat wordt geleerd
,3.2.1 Spel
Omschrijving spel, Langeveld:
“Het spel is de meest wezenlijke bezigheid van het veilige kind met een wereld die nog alles kan
blijken te zijn”
Belangrijke aspecten Langeveld:
De meest wezenlijke bezigheid door spel leren ze de wereld om hun heen
Het veilige kind een kind speelt pas wanneer een kind zich goed voelt
Met een wereld die nog van alles kan blijken te zijn interactie tussen kind en spelobject
Ontwikkelingsgericht onderwijs (OGO): Het leren van kinderen hangt samen met de
ontwikkelingsleeftijd.
Van Oers (2005) (navolging van Huizinga): Wil verbreding van de visie op het spel, waardoor midden-
bovenbouw ook kenmerken van spel kunnen vertonen.
Homo ludens = spelende mens
Spel als kennisproductie, het leidt evenals leren tot kennis. (hierin speelt leraar WEL grote rol)
Belangrijke aspecten bij het opnieuw definiëren van spel:
De deelname is op vrijwillige basis (intrinsiek, gemotiveerd)
Uitgesproken en niet uitgesproken regels spelen een belangrijke rol
Er is tegelijkertijd ruimte voor vrijheid van handelen
Spel = natuurlijke leervorm
Piaget: Spel is kenmerkend voor jonge kinderen. Spel is een oefenspel waarbij handelingen geoefend
worden die nodig zijn voor de omgang met dingen. Daarnaast is het een rollenspel waarin het kind de
sociale wereld imiteert.
Van Huizinga: Nederlandse cultuurhistoricus die een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan de
verbreding van de visie op het spel. (Van Oers is zijn na volgeling)
Definitie van spel, Huizinga:
“Spel is een vrijwillige handeling of bezigheid, die binnen zekere vastgestelde grenzen van tijd en
plaats wordt verricht naar vrijwillig aanvaarde doch volstrekt bindende regels, met haar doel in
zichzelf, begeleid door een gevoel van spanning en vreugde, en door het besef van ‘anders zijn’ dan
het gewone leven.”
Belangrijkste aspect volgens Huizinga:
Competitie: het willen overtreffen van anderen en van zichzelf
, Vygotsky: Spel is belangrijkste activiteit van kinderen. In het spel wordt de zone van naaste
ontwikkeling gecreëerd. Door spel ontwikkeld het kind zich.
Nadruk op de aanwezigheid van een sociale omgeving ten behoeve van de cognitieve ontwikkeling
en het leren kennen van de cultuur.
Meta-cognitief bewustzijn = Kinderen beseffen dat ze kunnen spellen, het geeft een gevoel van
vrijheid.
El’konin: zelfde lijn als Vygotsky, hij beschrijft de theorie van leidende activiteiten. Tijdens de
basisschooltijd vindt een overgang plaats van rollenspel naar meer regelgeleid spel. Hierbij gaat het
leermotief een rol spelen.
Regelgeleid spel wordt vooral ingezet voor kennisverwerving en is als zodanig een leeractiviteit.
Leeractiviteiten nemen vanaf 7/8 jaar een meer centrale positie in.
Janssen-Vos: Gaat er vanuit dat er geen definitie van spelen is, maar benoemt een aantal kenmerken
van spelen:
1. Spelen is prettig het levert een positieve ervaring en betrokkenheid op en is spannend
2. Spelen betekent vrijheid van handelen Activiteiten met een spelkarakter hoeven niet te
voldoen aan allerlei eisen en verplichtingen
3. Spelen kent ook regels Wanneer je een rol speelt, horen daar allerlei afspraken en
kenmerken bij
4. Spelen is altijd vrijwillig
5. Spelen is een open of flexibele activiteit.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marijebeverdam. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.22. You're not tied to anything after your purchase.