Samenvatting van alle mogelijke examenvragen van het vak Fysiopathologie en Ziekteleer (Behaald Resultaat: 16/20)
13 views 0 purchase
Course
Fysiopathologie En Ziekteleer
Institution
Universiteit Antwerpen (UA)
Dit document bevat uitgebreide antwoorden op alle open/examen vragen voor het vak fysiopathologie en ziekteleer. Voor het theorie examen moet je alleen deze vragen leren. (Behaald Resultaat: 16/20)
Examenvragen Fysiopathologie en Ziekteleer 2016-2017
1. NIERZIEKTEN
1. Beschrijf het begrip klaring door de nieren. Hoe kun je dit begrip toepassen om de glomerulaire filtratie te
berekenen? Beschrijf de belangrijkste klinische laboratoriumtesten ter evaluatie van de nierfunctie bij de
mens.
De klaring door de nieren is een debiet dat wordt uitgedrukt in ml/min en het
plasmavolume weergeeft dat per minuut volledig gezuiverd wordt voor een bepaalde
stof. Het is gebaseerd op het principe van Fick dat stelt dat de concentratie van de stof in
de renale arterie gelijk is aan de concentratie van die stof in de renale vene en de urine
samen.
Men kan de glomerulaire filtratie berekenen door de klaring van een stof die niet geresorbeerd of gesecreteerd
wordt te bepalen. De arteriële concentratie en de urineconcentratie kunnen beide gemakkelijk bepaald worden voor
een stof. Als deze niet geresorbeerd of gesecreteerd wordt in de tubuli zal alles wat geklaard wordt ook
uitgescheiden worden in de urine en is de klarin gelijk aan de glomerulaire filtratie.
De nierfunctie wordt meestal negekeken door de creatinine concentratie in het bloed en de urine. Creatinine is een
afbraakproduct dat in de spieren wordt gevormd en uitgescheiden door de nier. De niertubuli zullen geen creatinine
resorberen of secreteren. De serumconcentratie van creatinine moet voor deze test goed opgevolgd worden. Als de
concentratie hoog is, wijst dit op een slechte filtratie van de nier. Men moet ook rekening houden met de spiermassa
van de patiënt. Een grote spiermassa zal een hogere creatinine concentratie in de urine geven omdat er meer
creatinine gevormd wordt en dus ook een grotere hoeveelheid uitgescheiden moet worden.
Ook ureum kan gebruikt worden, maar dan moet er rekening gehouden worden met het voedingspatroon van de
patiënt. Als de patiënt eiwitrijk eet, bijvoorbeeld een fitnisser, zal de ureum clearance groter zijn omdat dit meer
wordt gevormd. Inuline kan ook gebruikt worden om de nierfunctie na te gaan.
2. Bespreek de belangrijkste nierfuncties bij de gezonde mens.
Filterfunctie
De nier zorgt ervoor dat alle afvalstoffen, of mogelijk schadelijke stoffen worden uitgescheiden via de urine. In de
glomerulus passeert het arterieel bloed tegen een bepaalde perfusiedruk, de klaring van de nier is hiervan
afhankelijk. Bij een hoge druk zal de klaring verminderen omdat de stoffen minder tijd hebben om naar het kapsel
van Bowman te diffunderen. Bij een lage druk wordt er te veel uitgescheiden. Creatinine en ureum zijn voorbeelden
van stoffen die de nier uit het bloed haalt en excreteert.
Bloeddrukregulatie
Bij een te lage bloeddruk en dus een te lage perfusiedruk van de nieren zal het RAAS systeem geactiveerd worden.
De macula densa van het juxtaglomerulair apparaat detecteert dit door een verlaagde natriumconcentratie in de
tubuli. Cellen in de nieren zullen renine produceren en afgeven aan het bloed. Renine zet angiotensinogeen dan om
in angiotensine I. ACE zet dit dan om in angiotensine II. Dit zal zorgen voor vasoconstrictie en de productie van
aldosteron. Aldosteron verhoogt de water- en natriumresorptie door de activatie van natriumkanalen in de distale
tubuli. Het bloedvolume zal hierdoor vergroten en de bloeddruk zal stijgen. De renale perfusie is hierdoor weer
normaal.
Ook de hypofyse wordt gestimuleerd tot het vrijgeven van ADH bij een lage bloeddruk. Baroreceptoren en
osmoreceptoren zullen dit signaal doorgeven naar de hypofyse. Het vrijgegeven ADH zal zorgen dat er aquaporines
worden ingebouwd in de niertubuli wat leidt tot een verhoogde water resorptie.
Na+/K+ huishouding
Bij de glomerulaire filtratie zullen verschillende stoffen en ionen uit het bloed worden gehaald en naar de niertubuli
worden geleid. Ook met natrium en kalium gebeurt dit. In de niertubuli zullen natrium en kalium terug geresorbeerd
of nog meer gesecreteerd worden om de concentratie in het bloed op peil te houden. Als de concentratie te hoog is,
zullen de tubuli natrium en kalium van de vaten naar het lumen van de tubuli laten. Dit principe is gebaseerd op
osmose en passief transport.
,pH regulatie
De regulatie van pH in de nieren berust op de secretie of resorptie van H +. Als het bloed zuur is, zal er meer
waterstofcarbonaat aanwezig zijn in het bloed. Dit wordt getransporteerd naar de tubulicellen en hier zal het
gesplitst worden in CO2 en H+. Door de verhoogde concentratie waterstofionen in de cellen zullen ze migreren naar
het lumen omdat daar de concentratie lager is.
Endocriene functie
De nier produceert erythropoietine. Dit is een belangrijk hormoon voor de ontwikkeling van rode bloedcellen die als
belangrijkste functie zuurstoftransport hebben. De productie van erythropoietine zal gestimuleerd worden door
hypoxie van de nier. Dit betekent dat er weinig zuurstof vanuit het bloed naar de nier kan en er dus weinig rode
bloedcellen aanwezig zijn.
Ca+/P huishouding
De regulatie van de botombouw is belangrijk voor de Ca +/P huishouding omdat er bij botresorptie calcium en fosfor
vrijkomt, en bij de botvorming cit uit het bloed gehaald wordt. Vitamine D en parathormoon zijn 2 belangrijke
stoffen die de botresorptie zullen stimuleren. Parathormoon (PTH) wordt geproduceerd door de bijschildklieren. Het
zal zal niet alleen zorgen voor een verhoogde botresorptie, maar ook voor een verhoogde resorptie van calcium en
fosfor in de niertubuli en zal leiden tot de activatie van gehydrolyseerd vitamine D, wat wordt opgenomen uit
voeding of zonlicht en verwerkt wordt in de lever. Eens gehydrolyseerd vitamine D geactiveerd is, spreekt men van
calcitron. Dit zal op zijn beurt de calcium- en fosforresorptie uit de darm en de botresorptie stimuleren.
3. Bespreek de voornaamste oorzaken en tevens de fysiopathologische gevolgen van acute nierinsufficiëntie?
Bespreek ook de symptomatologie.
Acute nierinsufficiëntie kan worden ingedeeld in prerenaal, renaal en postrenaal.
Prerenaal
Een sterk verlaagde renale perfusiedruk is een vaak voorkomende oorzaak van prerenale nierinsufficiëntie. Dit kan
veroorzaakt worden door verschillende dingen. Zo kan hypovolumie leiden tot een verlaagde bloeddruk en dus ook
perfusiedruk. Ook een laag hartdebiet door hartfalen en systemische vasodilatatie veroorzaken een verlaagde
perfusiedruk.
Renale vasoconstrictie kan ook leiden tot prerenale nierinsufficiëntie. Dit kan veroorzaakt worden door
lichaamseigen stoffen zoals adrenaline of NSAID’s.
Een verstoorde regulatie van de bloeddruk leidt ook vaak tot prerenale nierinsufficiëntie. Dit kan door leeftijg,
atherosclerose en diabetis komen maar ook door ACE-inhibitoren die vaak worden gegeven bij hartfalen.
Renaal
De oorzalen bij renale nierinsufficiëntie zijn te wijten aan afwijkingen van de nier zelf.
- Obstructie van de renovascularisatie aan beide kanten door atherosclerose, thrombose, embool, compressie
- Ziekten van de glomeruli en de microcirulatie
- Acute tubulus necrose door ischemie of toxische beschadiging
- Intersitiële nefritis door een allergische reactie, infectieus, infiltratief of idiopathisch
- Intratubulaire neerslag
- Rejectie van transplantnier
Postrenaal
Door hyperplasie van de prostaat zal de urethra deels of volledig afgesloten zijn. Hierdoor kan de urine niet meer
goed uit de blaas waardoor er drukverhoging is in de blaas en de urether.
Ook door een carcinoma van de blaas kan de urine minder goed vanuit de nieren via de urether naar de blaas. Net
zoals bij prostaat hyperplasie ontstaat er drukverhoging in de urether.
Fysiopathologie
Acute nierinsufficiëntie zal altijd leiden tot tubulusnecrose indien het ziekteproces niet behandeld wordt. Het kan
reversibel of irreversibel zijn, afhankelijk van de duur, ernst en eventueel optreden van necrose. Er zijn voor de
tubulusnecrose 2 verschillende mechanismen die hiertoe zullen bijdragen. De tubulaire theorie stelt dat er tubulaire
, celdood plaatsvindt die leidt tot de vorming van cilinders. De hydrostatische druk in de tubuli zal toenemen en de
filtratiedruk zal verminderen met de vergrootte tubulaire druk. De vasculaire theorie zegt dat er een verminderde
filtratiedruk en glomerulaire filtratie is door vasoconstrictie van het vas afferens en dilatatie van het vas efferens.
Beide mechanismes zijn het gevolg van hypoxie van de medulla waardoor een hogere natriumconcentratie
gedetecteerd wordt door de macula densa. Er zal hierdoor een arteriole vasoconstrictie optreden die de
glomerulaire filtratie terug normaal wilt krijgen. Vasodilatoren worden vrijgesteld wat de bloedflow naar de medulla
verhoogt en de renale functi verminderd. Door de vasoconstrictie zal er ook ischemie ontstaan in de niertubuli.
Symptomatologie
In het begin zal de patiënt vermoeid en onwel zijn, maar na een tijdje zal kortademigheid, oedeem en verwardheid
ontstaan door de opstapeling van water, kalium, chloor en afvalstoffen.
4. Bespreek de belangrijkse glomerulopathieën.
Asymptomatische afwijkingen van het sediment
Bij dit ziektebeeld zijn er afwijkingen van het sedimant die geen symptomen veroorzaken bij de patiënt zoals
hematurie of proteïnurie. Deze zullen wel evolueren naar chronische nierinsufficiëntie over 10tallen jaren.
Acute glomerulonefritis
Dit is een vorm van renale acute nierinsufficiëntie.De patiënt heeft plots hematurie, protïnurie, een gedaalde
glomerulaire filtratie snelheid of vochtretentie. De patiënt kan volledig herstellen van dit ziektebeeld. De antigenen
van de streptococcus zullen een complex vormen door kruisreactie met die van de patiënt. Dit zal neerslaan in de
capillairen.
Snel progressieve glomerulonefritis
Dit ziektebeeld is vergelijkbaar met acute glomerulonefritis, maar is irreversibel door extracellulaire celproliferatie.
Ook deze vorm zal overgaan in chronische nierinsufficiëntie, maar al op enkele weken of maanden tijd.
Chronische glomerulonefritis
Nefrotisch syndroom
Een andere naam voor dit ziektebeeld is membraneuze glomerolunefritis. Het gaat gepaard met proteïnurie, laag
serum albumine, oedemen overal in lichaam en lipidenstoornissen.
Syndroom van Goodpasture
Antilichamen tegen het basaal membraan van de glomerulus en longen zullen dit beschadigen. Het bloed kan
hierdoor ‘doorlekken’.
5. Welke zijn de voornaamste oorzaken van prerenale nierinsufficiëntie?
Een sterk verlaagde renale perfusiedruk is een vaak voorkomende oorzaak van prerenale nierinsufficiëntie. Dit kan
veroorzaakt worden door verschillende dingen. Zo kan hypovolumie leiden tot een verlaagde bloeddruk en dus ook
perfusiedruk. Ook een laag hartdebiet door hartfalen en systemische vasodilatatie veroorzaken een verlaagde
perfusiedruk.
Renale vasoconstrictie kan ook leiden tot prerenale nierinsufficiëntie. Dit kan veroorzaakt worden door
lichaamseigen stoffen zoals adrenaline of NSAID’s (non-steroïdal anti-inflammatoiry drugs)
Een verstoorde regulatie van de bloeddruk leidt ook vaak tot prerenale nierinsufficiëntie. Dit kan door leeftijg,
atherosclerose en diabetis komen maar ook door ACE-inhibitoren die vaak worden gegeven bij hartfalen.
6. Welke zijn de voornaamste oorzaken van renale nierinsufficiëntie?
De oorzalen bij renale nierinsufficiëntie zijn te wijten aan afwijkingen van de nier zelf.
- Obstructie van de renovascularisatie aan beide kanten door atherosclerose, thrombose, embool, compressie
- Ziekten van de glomeruli en de microcirulatie
- Acute tubulus necrose door ischemie of toxische beschadiging
- Intersitiële nefritis door een allergische reactie, infectieus, infiltratief of idiopathisch
- Intratubulaire neerslag
- Rejectie van transplantnier
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lemmeslodders. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.04. You're not tied to anything after your purchase.