Samenvatting colleges Inleiding Recht ; Minor Recht
19 views 1 purchase
Course
Inleiding Recht
Institution
Fontys Hogeschool (Fontys)
Book
Inleiding in het Nederlandse recht
Een beknopte samenvatting van de colleges van het vak 'Inleiding Recht'. De inhoud is een samenvatting van de hoorcolleges/kennisclips met hier en daar wat extra relevante informatie vanuit het boek.
Samenvatting inleiding recht
Deel 1: Rechtsbronnen en Rechtsgebieden
Rechtsbronnen
Belangrijkste rechtsbronnen: (waar vind je recht?)
1. De wet (de belangrijkste)
2. Jurisprudentie = Verzamelnaam voor rechterlijke uitspraken, dus wat de rechter al
eerder heeft gezegd (de rechtspraak)
3. Verdragen (internationale verdragen en afspraken
4. Gewoonte (het is een gewoonterecht als het aan de 2 voorwaarden voldaan word)
2 voorwaarden voor gewoonterecht: (Gewoonterecht is een ongeschreven regel)
1) Een bepaald gedrag moet ononderbroken gedurende lange tijd zijn gevolgd
en herhaald in een bepaalde maatschappelijke kring (bestendig gebruik).
2) Het bestendig gebruik moet als rechtsnorm worden ervaren.
*Jurisprudentie is ook een ongeschreven wet omdat de rechter zich went tot een uitspraak
uit het verleden.
Rechtsgebieden
Publiekrecht (burger <> overheid)
1. Staatrecht
(= Regelt de indeling van de Nederlandse staat en de rechtsverhoudingen tussen
staten onderling, overheid & burger, hoe de staten generaal zijn samengesteld, maar
ook welke grondrechten burgers hebben tegenover de overheid. Het staatsrecht
geeft de organisatie van de staat weer, oftewel een organisatieplaatje.)
2. Bestuursrecht
(= In dit recht staan de wetten waaraan de overheid zich bij het besturen van het
land moet houden beschreven. De Algemene wet bestuursrecht is de belangrijkste
wet in het bestuursrecht en geeft overheidsorganen een aantal regels voor de
uitoefening van de bestuurstaak. Dus Bestuursrecht gaat over de uitoefening van
bestuursbevoegdheid door de overheid of een overheidsorgaan. Vb.
belastingsdienst)
3. Strafrecht
(Wetboek van Strafrecht & Wetboek van Strafvordering) In het strafrecht zijn de
regels vastgelegd waaraan burgers zich moeten houden. Houdt iemand zich niet aan
deze regels, dan pleegt hij een strafbaar feit en kunnen er straffen en/of maatregelen
volgen, zie ook Openbaar Ministerie. Er zijn twee soorten strafbare feiten:
overtredingen en misdrijven. Dit voorkomt eigeninrichting.
Privaatrecht (burger <> burger)
1. Vermogensrecht (week 5 & 6)
2. Rechtspersonenrecht (BV en NV)
3. Personen en familierecht
(Burgerlijk Wetboek (BW))
Staatsrecht
Nederland is een democratische rechtsstaat.
Kenmerkt zich door de volgende beginselen:
Legaliteitsbeginsel: Alles volgens voorwaarden die in de wet voorgeschreven
staan.
Machtenscheiding (Trias Politica)
= Trias politica/ Montesquieu: wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende
macht moeten gescheiden zijn zodat de macht niet in de handen ligt van 1
iemand. Ook houden ze elkaar in evenwicht. Scheiding van (staatsrechtelijke)
bevoegdheden:
- Wetgevende macht (de regering en de statengeneraal)
- Uitvoerende macht (de regering)
- Rechtsprekende macht
*Systeem van checks & balances (controleren van elkaar)
Democratie > Parlementaire democratie
- Democratie = Heersen door het volk
- Parlementaire democratie = Parlementair stelsel > d.m.v. parlement dat door
het volk gekozen is: de volksvertegenwoordiging.
Regering: de Koning en de ministers samen.
Staten Generaal (/Het Parlement): De 1e en 2e Kamer. Controleert de regering. Ministers
leggen in het parlement verantwoording af over hun beleid.
- Burgers kiezen tweede kamer door tweede kamer verkiezingen. De partijen
die in de tweede kamer de meerderheid vormen, daaruit wordt de regering
samengesteld. Op die manier wordt de uitvoerende macht (de regering) en de
wetgevende macht (de regering en de staten generaal) indirect door het volk
gekozen.
- De eerste kamer heeft een veel minder actieve rol en wordt indirect gekozen
door de leden van de provinciale staten.
- In een parlementair stelsel is de uitvoerende macht (de regering)
verantwoording schuldig aan het parlement. En heeft het parlement
uiteindelijk de hoogste macht indien er tot een conflict komt.
- Om verantwoording af te leggen ofwel de regering te controleren, heeft het
parlement een aantal middelen: bijv. het vragenrecht, recht van enquête
(onderzoek te doen naar een bepaalde kwestie, bijv. de toeslagenaffaire)
*Vertrouwensregel =
- Houdt in dat een minister, staatssecretaris of het kabinet als geheel moeten
aftreden als zij niet langer het vertrouwen genieten van een van de Kamers
van de Staten-Generaal.
- Ongeschreven regel > gewoonterecht.
, - Door de vertrouwensregel heeft het parlement een sterk middel om de
regering te controleren.
*Rechten volksvertegenwoordiging
Grondrechten
= bijzondere categorie rechten die berusten op de gedachte dat de mens meer is
dan alleen onderdaan van een staat en dat de overheid dat meerdere heeft te
eerbiedigen. Op een aantal essentiële levensgebieden moet de mens autonoom
en in vrijheid kunnen leven zonder dat de staat zich daarmee bemoeit.
- Grondrechten staan ook in verdragen > mensenrechten > onder andere in
EVRM opgenomen.
Klassieke grondrechten:
= Waarborgen de vrijheden van burgers door de overheid:
o Vrijheidsrechten
o Politieke rechten
o Gelijkheidsrechten
(Van oudsher rechten van de burger tegenover de overheid. Deze zijn
afdwingbaar bij de rechter, burgers kunnen hier een beroep op doen.)
Sociale grondrechten:
= Voorwerp van zorg voor de overheid.
- De overheid dient bijv. zorg te dragen voor de volksgezondheid, het welzijn of
de werkgelegenheid.
- De overheid moet zich niet onthouden van bemoeienis (zoals bij de klassieke
grondrechten) maar moet ergens voor zorgen.
(Burgers kunnen op de sociale grondrechten geen beroep doen i.t.t. op de
klassieke grondrechten)
Bevoegdheid tot wetgeving
Wetgeving op verschillende niveaus (hoog naar laag):
Wetgeving: Burgers bindende regelgeving (hoeven hierbij dus niet perse de naam ‘Wet’ te
bevatten)
Regering en staten generaal samen > Wet in formele zin.
(Deze wetten bevatten in de benaming altijd het woordje ‘wet’ of ‘wetboek’.)
Regering > Algemene Maatregel van Bestuur
(Deze wetten zijn in hun benaming te herkennen aan de woorden ‘besluit’ of
‘regelement’.)
Minister > Ministeriele Regeling
(herkennen aan de naam ‘Regeling’ in de benaming van de wet)
Organen van lagere overheden > Verordeningen
(Zijn te herkennen aan het woord ‘verordening’ in de benaming, bijv. APV =
Algemeen Plaatselijke Verordening)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller noakappert1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.39. You're not tied to anything after your purchase.