Diabetes Mellitus (Calders)
Type 1 Type 2
10% 90%
40 – 70 jaar: mannen Mannen = vrouwen
+75 jaar: vrouwen
STOORNIS: immuunsysteem vernietigd STOORNIS: insulineproductie is initieel
β-cellen pancreas die insuline aanwezig, werking Langerhanscellen is
produceren -> onvoldoende onvoldoende
insulineproductie Niet insuline-afhankelijke diabetes
Insuline-afhankelijke diabetes
BEHANDELING: BEHANDELING:
*insulinetherapie 1) Dieet + beweging
*gezonde voeding + beweging 2) Farmacotherapie miv
insulinetherapie (als eerste
maatregel niet voldoende)
Sarcopenie:
Glycemie tussen 70 -110 *stijging vetmassa
mg/dl *daling spiermassa en vetvrije massa
-> vet stapelen
1) subcutaan
2) visceraal (tussen organen) ->
8u 10u
productie Leptine (vervolg zie
Om 10u sporten: 8u minder insuline hieronder)
spuiten, anders glycemie onder 70
Gevolgen Leptine
Hypothalamus: stimulatie verzadigingscentrum
Meer oxidatie perifere vetten -> elektronen naar ETS -> meer O2-radicalen ->
reactie met celorganellen & -substraten + reageren met cascade ->
Mitochondriën onderdrukken = minder ATP-generatie
-> Inflammatie -> TNF-α -> inhibitie cascade
Normaal: eten -> β-cellen produceren insuline -> binden insuline receptoren
-> cascade -> insuline receptor substraten worden gefosforileerd: Activatie ->
proteïnekinase (PI3) activatie -> CASCADE -> translocatie glut 4
(glucosereceptor in de spier): wordt in het membraan geplaatst -> glucose
binden glut 4 -> geheel wordt opgenomen in de cel via endocytose -> 1
INSULINE ZORGT VOOR TRANSLOCATIE 4 GLUT 4
Diabetes: 1 INSULINE ZORGT VOOR TRANSLOCATIE 2 GLUT 4 = meer insuline
nodig voor zelfde resultaat = insulineresistentie
Pancreas overbelast heeft gevolgen op:
Kern DNA -> mRNA via RNA-polymerase: optimale werksnelheid
wordt overschreden -> meer micro RNA’s in circulatie -> binden
, complementair met mRNA’s. Deze complexen gaan naar
ribosomen: worden overgeschreven tot complex -> blokkage
door dubbele streng -> product wordt afgeschreven maar is
geen insuline
Mitochondri O2-radicalen blokkeren complexen: meer ATP nodig, minder ATP
ën productie
RER Eiwitproductie: STRESS -> meer fouten en worden niet meer
gemerkt -> foute insuline gaat naar spieren, … wordt niet
herkend -> meer insuline wordt gevraagd = nog meer daling
functionaliteit -> nog meer stress
Resultaat op lange termijn -> β-cel produceert geen / bijna geen insuline meer
(10 à 15 jaar)
Medicatiebeleid
1. Dieet
2. Normale medicatie
3. Injecties met insuline
Klinisch beeld: risicofactoren
Obesitas -> dikwijls als insulineresistentie of hebben al diabetes
O2-radicalen -> problemen: hart, bloedvaten, zenuwweefsel
Assesment
INSULINERESISTENTIE: orale glucose tolerantie test
’s nachts vasten, ’s morgens ziekenhuis: 75g glucose in 250ml water
bloedstalen op -30, -15, 0, 30, 60, 90, 120 minuten
Plasmaglucose bepalen Plasma-insuline bepalen
diabet
es
Ins.
resistentie
norma
al
0 30 60 90 120 0 30 60 90 120
HBA1c = geglycosileerde Hb: zwaarder dan gewone
> 6,5% totale fractie = diabetes
Geeft een beeld van de voorbije 2à3 maand (levensduur RBC = 120
dagen)
Streefdoel therapie: <7% -> moet je individualiseren
Cardiovasculair risico
Risicoprofiel: leeftijd, vrouw meer dan man, BMI, buikomtrek, roken,…
1) Bloeddruk -> vooral SBD (DBD minder belangrijk)
Glucose plakt aan vaatwand: minder compliantie: meer druk
SBD ≥ 140 hypertensie: risico cardiovasculair accident
2) Lipidenprofiel
Triglyceriden -> meer vetzuren is slechter
Totale cholesterol
HDL (high density lipoproteïnen) = meer eiwit en minder
vet = goed -> kan vet opnemen en transporteren
LDL (low …) meer vet -> makkelijk afzetten in bloedvat ->
inflammatie, artherosclerose, myocard aantasten
o Vrije LDL
, o Geoxideerde LDL (O2-radicalen) -> maat voor
oxidatieve stress en beschadiging hart en BV ->
belangrijk trainingstherapie: dit zo veel mogelijk
naar beneden krijgen
Goed lipidenprofiel: veel HDL en weinig LDL
Inflammatie
Interleukines: snel en overgevoelig
TNF-α: snel: de concentratie bepaalt de mate van het onderdrukken van het
systeem
Hs CRP (c reactif proteïn) -> minder gevoelig, langere termijn dan andere
Hoge concentratie = slechte insulineresistentie / CV risico
Fysieke activiteit meten
o IPAQ (international physical activity questionaire) -> grondig, lang
o Baecke -> vragenlijst over vrije tijd, werk, sport -> veel korter: beter
voor opvolgen patiënt
o Accelometrie -> registreren bewegingen x,y,z-stelsel -> heel duur
apparaat
o Pedometer -> patiënt beter opvolgen
Fysieke fitheid / inspanningscapaciteit
o Maximale inspanningstest -> aërobe capaciteit bepalen
o 6min / 12min / 2km test -> submaximaal -> geeft beter de
functionaliteit weer
Kracht meten
o Dynamometrie
o Bepalen 1RM
o Handknijpkracht
o Sit-to-stand: kracht beenspieren
Complicaties
1. Te veel vet: willen we verbranden -> excessieve verbranding -> oxidatieve
stress: ALTIJD complicaties
2. Retinopathie: slecht zien tot blind worden
3. Nefropathie: heel belangrijk (bloeddrukregeling, volumeregeling, …)
4. Neuropathie
o Zuurstofradicalen beschadigen zenuwen
o Sensibel
paresthesiën, jeuk, tintelingen, nachtelijke kuitkrampen,…
meten via monofilamenten (kleine staafjes), stemvork (vibraties),
biothesiometer (toestel met trillende kop: boven 25V:
sensorische neuropathie)
ENG (electroneurografie) is duidelijkst en objectiefst
o Motorisch
Van distaal naar proximaal (klachten)
OL meer dan BL (verschil in vezeltype): atrofie spieren
Verschillende voetstand -> overdruk: hamertenen, klauwtenen,
ingezakte ruimte extensorpezen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kinestudent. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.