100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Inleiding tot Recht alle hoorcolleges + literatuur Grondslagen van het Recht H1 en H5 $8.67   Add to cart

Class notes

Inleiding tot Recht alle hoorcolleges + literatuur Grondslagen van het Recht H1 en H5

 12 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Tentamen afgerond met een 7.8. Dit document omvat uitgebreide en duidelijke aantekeningen van alle hoorcolleges.

Preview 4 out of 46  pages

  • November 8, 2021
  • 46
  • 2021/2022
  • Class notes
  • Oudejans, ahmed
  • All classes
avatar-seller
Inleiding tot recht
Minicollege 1-3
Positief recht
Privaatrecht (burgerlijk recht/civiel recht)
• Regelt de relaties tussen burgers onderling
- Partijen mogen zelf hun relatie regelen binnen de grenzen van het recht
- Partijen zijn gelijkwaardig aan elkaar
• Voor het eigenbelang
• Doel: om burgers zo veel mogelijk vrij te maken
• Veel aanvullend recht
- Regelt relaties tussen mensen die zelf niet deze relaties hebben geregeld en
vastgelegd
• Soorten privaatrecht
1. Vermogensrechtelijk: Rechten en plichten van de burger zijn waardeerbaar op het
vermogen
2. Niet-vermogensrechtelijk: de rechten en plichten van de burger zijn niet
waardeerbaar op het vermogen
- Bijvoorbeeld familierecht en personenrecht

Publiekrecht
• Regelt de relatie tussen de burger en overheidsorganen en tussen
overheidsorganen onderling
• Voor het algemene belang
• Hiërarchische verhouding waarbij de burger ondergeschikt is aan de staat
• Regels binnen het publiekrecht zijn veelal dwingend van aard
- Geen veranderingen mogelijk zoals bij het privaatrecht
• Het biedt de grondslag voor overheidsoptreden
• Soorten publiekrecht (rechtsgebieden)
1. Staatsrecht
- Regelt de inrichting en organisatie van de staat
- Denk aan trias politica
2. Bestuursrecht
- De regels voor de overheidsorganen die belast zijn met de uitvoering en
handhaving van regels
- Neemt beslissingen die de individuele burger raken
- Beslissing om uitkeringen, toeslagen etc.
3. Strafrecht
- Weke feiten tegen de rechtsorde ingaan en welke sancties hierbij worden
opgelegd

De rechterlijke macht
1. De zittende magistratuur
- Gewone rechterlijke macht
- Doen rechtspraak
2. Staande magistratuur
- Het OM, procureurgeneraal HR
- Doen opsporing, vervolging en advies

,De gerechten
1. Rechtbank
• De eerste bank voor civielrechtelijke bestuursrechten en strafzaken
• Mag oordelen over de feiten als zowel de juridische aspecten van de zaak
2. Gerechtshoven
• Een hogere rechten bekijkt opnieuw naar een conflict en kan opnieuw ordelen
• Ook wel het Hof
• Mag oordelen over de feiten als zowel de juridische aspecten van de zaak
3. Hoge Raad
• Geen feitelijke instanties: de hoge raad gaat uit van de feiten zoals deze zijn
vastgesteld door de rechtbank en het hof
• Moet waken over de rechtseenheid: bekijkt eigenlijk dus de interpretatie van het
recht
- Indien je het er nog steeds niet tevreden mee bent zou je het eventueel ook nog
naar het Europese Gerechtshof brengen: er is meer dan alleen de nationale wet
om dingen voor elkaar te krijgen

Rechtsmiddelen
1. Verzet
• Wanneer je bijvoorbeeld als aangeklaagde niet komt opdagen bij de zitting: hiermee
zal A waarschijnlijk de zaak winnen, maar kan B verzet indienen als gebruksmiddel
2. Hoger beroep
• Bij het hof
3. Beroep in cassatie
• De Hoge Raad kan een eerdere uitspraak vernietigen ofwel vanwege een vormfout
ofwel vanwege een schending van het recht omwille van de rechtszekerheid en de
rechtseenheid

Absolute en relatieve competentie
Voordat een procedure kan worden gestart moeten we weten welke rechter bevoegd is
• Absolute competentie
- Welke rechtheden is bevoegd om een zaak in behandeling te nemen: welk soort
rechter mag oordelen over de zaak
- 1 van de 11 rechtbanken
- Uitzondering: kantonrechter; is zowel bevoegd in strafzaken (lichte
overtredingen zoals verkeersboetes) als civiel zaken (zaken tot geldvorderingen
van 25.000)
• Relatieve competentie
- Welke locatie is bevoegd
- Arrondissement: geografische ligging
- De hoofdregel is dat de hoofdplaats van de gedaagde of de verdachte bepalend
is

,Inrichting zittingszaal
1. Bij de rechter (civielrecht)
• Nevengeschiktheid: eiser en gedaagde op gelijke hoogte
• Partijautonomie: de eiser kan zelf initiatief nemen om naar de rechtbank te gaan en
dat partijen zelf initiatief kunnen nemen om de rechtszaak te beëindigen
• Accusatoir van aard: aanklager mogen de inhoud en de omvang van het proces zelf
bepalend
• Lijdelijke rechter: de rechter houdt een afwachtende houding in en onthoudt zich
van te actieve inmenging in de procedure
2. Bij de rechter (strafrechtrecht)
• Ondergeschiktheid: de verdachte is ondergeschikt (aan de overheid)
• OM-vervolging: alleen het OM mag de vervolging instellen
- Burgers die slachtoffers zijn van een misdrijf mogen aangifte doen maar zelf geen
rechtszaak beginnen, dat mag alleen het OM
• Inquisitoir van aard: de verdachte is voorwerp van onderzoek en staat in het licht
van waarheidsvinding
• Actieve rechter: De rechter is actief bezig

Het OM behoort tot de rechterlijke macht

Soorten uitspraken
Vonnis: uitspraak van de rechtbank
Arrest: uitspraak van het Hof of de Hoge Raad

Verhullend argumenteren: rechters die hun uitspraak baseren op de maatschappelijke
gevolgen die een uitspraak kan hebben

Literatuur
Grondslagen van het recht H1
Indelen van recht
1. Dwingend of aanvullend recht
- Dwingend recht: er mag niet van wettelijke bepalingen worden afgeweken door
partijen
- Aanvullend recht: heeft een aanvullende werking op het dwingend recht: er mag
wel worden afgeweken door partijen indien ze het hier beide mee eens zijn
2. Formeel of materieel recht
• Materieel recht: heeft betrekking tot de rechten en plichten: hoe rechtspersonen
zich naar elkaar moeten gedragen in hun onderlinge verkeer: denk aan wat
strafbaar is
• Formeel recht (Procesrecht) geeft regels over de wijze waarop een bepaald proces
gevolgd moet worden: denk aan recht op een advocaat etc.
3. Nationaal en internationaal recht

1.2 Codificatie, wetboeken en wetten
Codificatie: een poging om alle rechtsregels op een rechtsgebied zo duidelijk mogelijk op
een systematische wijze in een wetboek op te nemen
• Geeft overzicht: bevordert inzichtelijkheid

, - Zo weten burgers waar ze op kunnen rekenen en hoe ze hun gedrag moeten
afstemmen
• Rechtsregels zijn onderling geordend: onderlinge samenhang komt naar voren
• Bevatten vaak een algemeen gedeelte waarin belangrijke termen worden
gedefinieerd en waarin de meest algemene regels staan
• Ontstaan: om rechtsonzekerheid en willekeur in toepassing van het recht in
verschillende gebieden te voorkomen

Niet alle regels die tot een rechtsgebied horen zijn te vinden in het des behorende wetboek,
zo zijn er namelijk ook veel bijzondere strafwetten en strafbepalingen.

1.3 Rechtsgebieden
Klassieke indeling rechtsgebieden
1. Privaatrecht
2. Staatsrecht (bestuursrecht)
• Het publiekrecht
• Constitutionele recht: regelt de grondslagen van de staat
• Provincierecht, gemeenterecht en waterschapsrecht
3. Strafrecht
• Valt onder het publiekrecht
• Commune strafrecht, economisch strafrecht, verkeersrecht

Functionele rechtsgebieden
Functioneel rechtsgebied: heeft betrekking op een bepaald thema en regelt relaties tussen
betrokkenen
• Kan zowel privaatrechtelijke als publiekrechtelijke rechtsregels over een bepaald
onderwerp omvatten
• Sociaal recht (arbeidsrecht), milieurecht, gezondheidsrecht en huurrecht

1.4 Publiekrecht en privaatrecht
Onderscheid publiekrecht en privaatrecht
1. Relaties
• Privaatrecht: relaties tussen burgers
• Publiekrecht: relaties tussen overheidsorganen en burgers
2. Rechtsverhoudingen
• Privaatrecht
- Eigenbelang
- Betrokkenen nevengeschikt: ze zijn ven gelijke rang
• Publiekrecht
- Algemeen belang
- Betrokkenen ondergeschikt: de burger is ondergeschikt aan de overheid
- Gemeenten zijn wel gelijkwaardig aan elkaar: ook grootte maakt niet uit
3. Rol van de rechter
• Privaatrecht
- Initiatief ligt bij de partijen zelf
- Partijen kunnen gerechtelijke procedure beëindigen

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LIJansen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.67. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75632 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.67  1x  sold
  • (0)
  Add to cart